Het gebeurt niet elk jaar dat er in ons land een nieuwe zoogdiersoort wordt ontdekt. Groot nieuws dus, de waarneming van een Grote rosse vleermuis aan de Belgische Kust.
Koepelspinnen, in het Engels ‘velvet spiders’ oftewel fluwelen spinnen, behoren tot de mooiste achtpoters van Europa. Alles wat er bekend is van deze dieren is nu gepubliceerd in een online artikel. In België komt één soort voor uit deze familie: de Lentevuurspin.
Half mei 2012 werden de eerste twee waarnemingen in meer dan 100 jaar van de bijzondere langpootmug Eutonia barbipes verricht. De soort werd zowel in de Oost-Vlaamse Damvallei als in het Antwerpse Zammelsbroek gefotografeerd. Reden om de champagne boven te halen? Goedkope bubbels zullen ook wel volstaan. In Nederland werd deze soort recent op zo'n 44 locaties aangetroffen. Reden voor die waarnemingsachterstand is de matige interesse voor langpootmuggen. Eigenaardig eigenlijk, want het zijn toch vaak erg grote muggen met opvallende kleuren of vleugeltekening. Misschien dat een nieuwe velddeterminatietabel soelaas kan brengen?
Half juni - half juli: voor nachtvlinderaars is dat hét hoogseizoen. Niet alleen vliegen er dan spectaculaire soorten, ook de soortdiversiteit is in die periode het grootst. Maar voor 2012 ziet het er naar uit dat het een hoogseizoen in mineur zal worden.
Schietmotten zijn een vrij onbekende insectenorde waarvan de larven beter bekend zijn als kokerjuffers. Doordat de meeste soorten gebonden zijn aan zuiver water met een hoge ecologische waterkwaliteit, zijn het goede bio-indicatoren. Aangezien het merendeel van de waterlichamen geen goede ecologische waterkwaliteit heeft, hoeft het niet te verwonderen dat de meeste soorten schietmotten zeer zeldzaam zijn. Onderzoek naar schietmotten staat in Vlaanderen nog in zijn kinderschoenen, maar mogelijk kan het inzetten van nachtvlindervallen belangrijke gegevens verstrekken.
Zijn de pruimen dit jaar wat rimpelig en langwerpig? Of lijken de sleedoornbessen meer op cashewnoten? Dit is het werk van het Narrentasje, een plantenziekte die voor mislukte vruchten zorgt, die helaas ook niet meer te eten zijn.
Het zal je buur maar wezen. Zo’n huisje-boompje-beestje-kerel. En achter dat huisje, in het tuintje, ligt de obligate tuinvijver. Uitvloeisel van een late midlifecrisis, net als de Harley Davidson. Op zich geen probleem. Lang leve de tuinvijvers, zelfs, want op heel wat plaatsen vormen ze een onvolprezen surrogaat voor de teloorgang van menig veedrinkpoel. Alleen kan het wel eens raar lopen.
In de oudheid was men er van overtuigd dat Koekoeken in de winter veranderden in Sperwers. Ook in de Lage Landen is dit geloof blijven bestaan tot niet zo gek lang geleden. Wetenschappelijk onderzoek biedt intussen meer onderbouw voor deze mythe. Niet dat Koekoeken écht veranderen in Sperwers, wel dat ze niet toevallig zo hard mogelijk op Sperwers lijken.
Nadat eerder dit jaar voor het eerst in 30 jaar in Vlaanderen weer een Otter werd waargenomen in Willebroek, kon een cameraval opnieuw Otters vastleggen in Smeetshof, een natuurgebied van Natuurpunt in Limburg. De opnames dateren van 20 april en 9 mei 2012 en gebeurden in het kader van een doctoraatstudie van Kristijn Swinnen aan de Universiteit van Antwerpen.
Mechelen - 13 juni 2012 - Naar alle waarschijnlijkheid leven er otters in een gebied van Natuurpunt in Limburg. Dat blijkt uit opnames van Kristijn Swinnen, onderzoeker aan de Universiteit Antwerpen. De opnames dateren van 20 april en 9 mei 2012 en gebeurden in Smeetshof, een natuurgebied van Natuurpunt. Dat is een uitgestrekt en moeilijk toegankelijk moerasgebied van 187 hectare in Bocholt. Smeetshof maakt deel uit van het grensoverschrijdend natuurgebied Grenspark Kempen-Broek. In het gebied werden onlangs ook bevers waargenomen. Het nieuws komt na de bekendmaking van opnames van een otter in Willebroek, eerder dit jaar.
Na de verovering van Vlaams-Brabant, Limburg en Antwerpen, zet de Bever zet zijn opmars vanuit het oosten nu ook in Oost-Vlaanderen verder. De succesvolle intrede van de Bever vorig jaar in Vlassenbroek (Dendermonde) krijgt navolging in het natuurreservaat Molsbroek in Lokeren waar het grootste knaagdier van Europa recent opdook.
Wespen hebben een kwalijke reputatie. En dat is eigenlijk onterecht. Het overgrote merendeel van de wespen is zeer zachtaardig en heeft niets te maken met vervelende prikken op een zomerse barbecue. De groep van de bladwespen is zo’n voorbeeld van een zachtaardige en best mooie wespengroep. Ze zijn gemakkelijk te herkennen doordat het achterlijf geen insnoering of zogenaamde wespentaille heeft. Een aantal zeldzamere soorten lijkt nu aan een opmars bezig.
Ontmoetingen met lieveheersbeestjes zijn over het algemeen beperkt tot natuurstudiemensen die met het klopscherm de Vlaamse bomen en heesters te lijf gaan, of ook wel achteloos spelende kinderen die verwonderd komen aandraven met een felgekleurd stippelbeest uit de tuin. Op sommige plaatsen kan je er echter niet omheen. Bergtoppen zijn bekende verzamellocaties voor horden ‘hemelbeestjes’, maar ook aan de kust kan je het meemaken.
Beekprikken zijn mysterieuze dieren. Met hun zilvergrijze schubben en hun langgerekte potloodvorm hebben ze eerder iets weg van een waterslangetje dan van een vis. Volwassen exemplaren van deze bedreigde vissoort hebben een wel erg vreemde eigenschap. Ze moeten kiezen tussen eten of voortplanten. Het lijkt geen evidente keuze maar toch maakt elke beekprik ze ooit wel eens.
Kerken. Stenen monumenten. Heel wat gemeenten stellen hun katholieke erfgoed ’s nachts graag in de kijker met sfeervolle verlichting. Maar voor vleermuizen is die monumentverlichting nefast. De Vleermuizenwerkgroep van Natuurpunt trok dan ook aan de alarmbel toen de kerk van Vurste in de schijnwerpers werd geplaatst.
Afgelopen weekend organiseerde de Projectgroep Levend Zand voor het derde opeenvolgende jaar een biodiversiteitsweekend in Lommel-Werkplaatsen. Met 75 specialisten, medewerkers en gasten werd de stijgende lijn in het aantal deelnemers doorgezet. Door de slechte weersomstandigheden op zondag kon de beschikbare tijd helaas niet volledig worden benut. Toch werden circa 180 uren veldwerk verricht, gespreid over 35 activiteiten. Die liepen uiteen van het vangen van nachtvlinders, via het scheppen naar waterorganismen tot het strepen van planten en traceren van vleermuizen
Wie denkt dat micro-motjes mini, bruin, saai en moeilijk herkenbaar zijn, moet zeker eens kennismaken met de Oosterse schone. Deze kleine nachtvlinder is aan een stevige opmars bezig en werd de laatste weken ook in de Antwerpse agglomeratie meerdere malen waargenomen. In de Lage landen kent de soort een opmerkelijke geschiedenis.
Onderzoekers uit Noord-Spanje vonden in barnsteenfossielen uit het Vroeg Krijt de oudste bewijzen terug van bestuivende ongewervelden. Het gaat om fossiele tripsen die minuscule stuifmeelkorrels tussen haren op het achterlijf dragen.
Sommigen beweren dat tegen 2050 twee derde van de wereldpopulatie in urbane gebieden zal wonen met weinig plaats voor groen en beperkt contact met natuur en biodiversiteit. Samen hiermee zal een toenemend aantal mensen te kampen krijgen met chronische ontstekingen, waaronder allergie en auto-immuunziekten. Maar is dat ook zo? Een Finse studie toonde onomstotelijk de link aan tussen biodiversiteit en gezondheid.
De Eikelmuis is met haar zwarte Zorro-masker en lange pluimstaart een opvallende verschijning. Ondanks de verhoogde aandacht voor deze mooie slaapmuis, wordt ze jaar na jaar steeds minder vaak waargenomen. Net als bij zovele soorten ligt de oorzaak onder andere in de achteruitgang van de kwaliteit van haar leefgebied en het verdwijnen van verbindingen tussen de weinige resterende leefgebieden.