Walter Belis leest en bespreekt boeken over vogels en alles wat ermee te maken heeft.
Rodts J., 2024. De slimste vogelgids junior
Rodts J., 20246. De slimste vogelgids junior, Uitgeverij Houtekiet, Antwerpen, 221 blz., ISBN 978 90 5720942 0, € 27,99.
Over de aanpak en de methode van de "slimste vogelgids" (2019) waren de meningen aanvankelijk verdeeld. Persoonlijk zagen we in de combinatie van foto's én pijltjes en een rangschikking volgens grootte geen probleem. Het was een kwestie van wennen. Van Peterson naar Jonsson, en later de ANWB-vogelgids betekende ook telkens een aanpassing. Intussen zijn al heel veel exemplaren van dit naslagwerk over de toonbank gegaan wat voor een Nederlandstalige uitgeverij met een geografisch beperkt verspreidingsgebied niet zo evident is. De courante vogelgidsen (Peterson, Jonsson, ANWB…) zijn gebaseerd op een indeling die, als we ons beroepen op de recente taxonomische bevindingen, achterhaald is. Waarom dan niet meteen opteren voor een systeem dat voor iedereen duidelijk is en geen wetenschappelijke voorkennis behoeft, vooral als de gids bestemd is voor een ruim publiek? Laten we dit onderwerp maar terzijde schuiven en ons toeleggen op de inhoud. De junior vogelgids van Jan Rodts beperkt zich tot 90 courante broedvogels van België en Nederland en richt zicht tot jonge vogelkijkers vanaf 7 jaar. De rangschikking van klein naar groot en het gebruik van pijltjes vereenvoudigen het zoekwerk en laten een snelle(re) determinatie toe. Naast de Vogelgids voor kids van Marc Duquet (Kosmos Uitgevers, 2019, 20222), die absoluut niet op determinatie gericht is en bovendien (te)veel tekst bevat, is De slimste vogelgids junior zowel een leuke als serieuze gids voor jeugdige natuurliefhebbers die willen leren hoe je vogels kunt vinden en herkennen. Dit is de zesde druk met handige QR-codes om de zang of roep van alle in de gids opgenomen vogels onmiddellijk te kunnen beluisteren. Met deze gids voor specialisten in wording wordt de spreuk "jong geleerd is oud gedaan" in de praktijk omgezet.
Walter Belis

Grant P. & Grant R., 2024. 40 Years of Evolution: Darwin's Finches on Daphne Major Island
Grant P. & Grant R., 2024². 40 Years of Evolution: Darwin's Finches on Daphne Major Island, Priceton University Press, Princeton, ISBN 978 0 691 26322 9, 464 p., £ 15,75 ou ± € 20.
Peter en Rosemary Grant, twee beroemde evolutiebiologen, hebben baanbrekende studies gedaan naar de Galápagosvinken die voor het eerst beroemd werden door Charles Darwin. In How and why species multiply (Princeton University Press, 2007) presenteerden ze een complete evolutionaire geschiedenis van Darwins vinken sinds hun oorsprong bijna drie miljoen jaar geleden tot nu. Nu richten de auteurs in hun rijk geïllustreerde nieuwe boek, 40 Years of evolution, hun aandacht op gebeurtenissen die op hedendaagse schaal plaatsvinden. Door continu vinkenpopulaties te volgen gedurende een periode van vier decennia, onthullen ze de oorzaken en gevolgen van belangrijke gebeurtenissen die leiden tot evolutionaire veranderingen in soorten. De auteurs gebruikten een enorm en ongeëvenaard scala aan ecologische, gedrags- en genetische gegevens, waaronder zangopnames, DNA-analyses, voedings- en broedgedrag, om veranderingen in vinkenpopulaties op het kleine eiland Daphne Major in de Galápagosarchipel te meten. Ze ontdekten dat natuurlijke selectie herhaaldelijk plaatsvindt, dat vinken zelden hybridiseren en genen uitwisselen, en dat ze in tijden van droogte concurreren om schaars voedsel, met als opmerkelijk resultaat dat de huidige vinkenpopulaties aanzienlijk verschillen in gemiddelde snavelgrootte en -vorm van die van veertig jaar geleden. De meest spectaculaire ontdekking van de auteurs is de initiatie en vestiging van een nieuwe afstammingslijn die zich nu gedraagt als een nieuwe soort en die verschilt van anderen in grootte, zang en andere kenmerken. De auteurs benadrukken de onmetelijke waarde van continue langetermijnstudies van natuurlijke populaties en van cruciale kansen voor het detecteren en begrijpen van zeldzame maar significante gebeurtenissen. Door de lotgevallen van vinken gedurende meerdere generaties te volgen, biedt 40 Years of evolution ongeëvenaarde inzichten in ecologische en evolutionaire veranderingen in natuurlijke omgevingen. In de jaren volgend op de eerste publicatie van het boek in 2014, hebben er zich in het domeinveld van de genomica enorme ontwikkelingen voorgedaan. In deze herziene editie van 40 Years of evolution combineren de Grants de resultaten van hun historische veldstudie met genomische analyses van hun eerste bevindingen, lossen ze onbeantwoorde vragen uit het veld op en bieden ze onschatbare inzichten in de genetische basis van variatie in snavel- en lichaamsgrootte en de geschiedenis van deze iconische adaptieve radiatie.
Walter Belis

Svensson L., Mullarney K. & Zetterstrom D., 2024. ANWB Vogelgids van Europa
Svensson L., Mullarney K. & Zetterstrom D., 2024. Vogels, De grote ANWB Vogelgids van Europa, Kosmos Uitgevers, Antwerpen/Utrecht, 480 blz., ISBN 978 90 4393 514 2, € 75 (introductieprijs tot 12 februari 2025: € 65).
Voor wie op zoek is naar een origineel en vooral waardevol geschenk voor de feestdagen, is er bijzonder goed nieuws. Het boek dat ooit bekendheid verwierf onder de Zweedse naam Fåglarna en dat elke vogelwaarnemer kent als de ANWB Vogelgids van Europa, is nu in een groot formaat beschikbaar. Lars Svensson, een internationaal erkend Zweeds ornitholoog, leverde voor de pocketeditie de tekst en de verspreidingskaarten. Killian Mullarney en Dan Zetterström maakten de veelgeprezen illustraties. Nu volgt het 'koffietafelboek' van deze bestseller. Met een prachtig formaat van 22,5 bij 30 centimeter en een gewicht van maar liefst 2,4 kilogram is deze editie ruim 60 procent groter dan de paperbackversie, waardoor de overduidelijke illustraties nog veel meer tot leven komen. Het boek in groot formaat is niet alleen prachtig om doorheen te bladeren, maar ook handig voor de determinatie. Net als de handige terreinversie omvat dit essentiële naslagwerk alle vogels die nestelen, migreren, overwinteren of af en toe te zien zijn in Europa, Noord-Afrika en een groot deel van het Midden-Oosten. Deze gids werd voor het eerst gepubliceerd in 1999 en is nu beschikbaar in 23 talen. Er zijn intussen meer dan een miljoen exemplaren van verkocht. Een eerste heruitgave vond plaats in 2019. Er werd toen reeds rekening gehouden met de taxonomische wijzigingen en de progressie bij de identificatie van soorten. De huidige herziene en uitgebreide derde editie telt 480 pagina's, de eerste 400 bladzijden en de tweede 448. Zo werd telkens ruimte gecreëerd om meer aandacht te besteden aan bepaalde vogelsoorten en -families. In deze nieuwe gids worden bijna 900 soorten gedetailleerd beschreven met aandacht voor afmetingen, verspreiding, frequentie, migraties, geluid en verenkleedkenmerken afhankelijk van leeftijd, geslacht, tijd van het jaar. In deze derde editie behield het team bewust de volgorde die nu tussen orden en families is vastgesteld. Dit betekent niet dat de redactie geen rekening houdt met de recente ontdekkingen over de relaties tussen soorten en families, maar het redactieteam wilde het raadplegen van het werk vergemakkelijken, een naslagwerk afleveren dat vooral een identificatiegids is die in de eerst plaats informatie geeft over verspreiding, status…. Illustraties van een ongeëvenaarde precisie en verspreidingskaarten vullen de verrijkte teksten aan waardoor alle soorten kunnen worden geïdentificeerd met behulp van de 'differentiële' methode. Bovendien staat er bij elke vogelgroep een inleiding waarin de belangrijkste zaken worden behandeld die verband houden met hun identificatie of observatie: hoe onderscheid je roofvogels tijdens de vlucht? Welke eendhybriden kunnen worden verward met deze of gene soort? Deze vragen, en nog veel meer, worden beantwoord. Deze derde uitgebreide editie heeft het mogelijk gemaakt om de beschrijving van verschillende soorten uit te diepen, met name roofvogels, hoenderachtigen, sternen, uilen, gierzwaluwen, vliegenvangers, mezen, gorzen en vinken. De kaarten en teksten zijn aangepast, met name het gedeelte over occasionele soorten. Deze nieuwe editie bevat 200 platen, 4.000 illustraties en 700 bijgewerkte verspreidingskaarten, 32 nieuwe pagina's en 50 opnieuw ingekleurde of toegevoegde platen. De taxonomie is herzien waar nodig en de teksten werden uitgebreid. Deze gids blijft ongetwijfeld een ornithologisch juweeltje en deze derde druk is een goede verbetering ten opzichte van de vorige drukken.
Walter Belis

Van Harxen R., 2024. Uilen in Nederland
Van Harxen R., 2024. Uilen in Nederland - soorten, overeenkomsten en verschillen, KNNV Uitgeverij, Zeist, 240 blz., ISBN 978 90 5011 955 9, € 29,95.
Van de dertien Europese uilensoorten komen er elf in Nederland voor. Deze uilensoorten worden in Uilen in Nederland behandeld met een speciale aandacht voor hun onderlinge overeenkomsten en verschillen. Van Ronald Van Harxen kennen we reeds zijn uitmuntende monografie over de steenuil (Atlas/Contact 2021). De steenuil is wellicht zijn lievelingssoort want de auteur is voorzitter van Steenuilenoverleg Nederland (STONE). Al meer dan 40 jaar is hij bezig met onderzoek naar en bescherming van de steenuil, met name in de Achterhoek. Hij is bijzonder geïnteresseerd geraakt in het dieet van de steenuil en observeert daartoe nestkasten. Van Harxen leverde ook bijdragen voor The Little Owl van Dries Van Nieuwenhuyse (Oxford University Press 2024), de steenuilspecialist uit onze contreien. Het is normaal dat de interesse van Ronald Van Harxen ook gaat naar de andere uilensoorten die Nederland rijk is. In het eerste deel van Uilen in Nederland maken we in het kort kennis met de diverse soorten. We vernemen meer over de uiterlijke kenmerken, de typische roep(en), de naamgeving, verspreiding en aantallen, het broeden, het voedsel en waar we ze kunnen waarnemen. In het tweede deel, waarin persoonlijke (reis)ervaringen verhaald worden, beleven we de passie van de auteur voor deze vogels. In het derde komen de verschillende aspecten van het uilenleven aan bod. Waarom begint de ene soort meteen bij het eerste ei met broeden en wacht de andere tot het legsel compleet is, of waarom de een alleen muizen verkiest en een andere zich ook met regenwormen en meikevers voedt. Uilen lijken uiterlijk op elkaar, maar ze zijn ook uitermate divers in gedrag en ecologie. Om een volledig plaatje te verschaffen heeft Ronald Van Harxen alle Europese uilensoorten in beeld gebracht met tal van interessante wetenswaardigheden. De focus ligt uiteraard op de in Nederland broedende uilen. Uilen in Nederland gunt ons een intiem inkijk in het leven van onze raadselachtige uilen.
Walter Belis

Boussauw J., 2024. Vogels in de cultuur
Boussauw J., 2024. Vogels in de cultuur. Over naamgeving, legenden en sprookjes, voorspelling en geneeskunde, Uitgeverij Noordboek, Gorredijk, 272 blz., ISBN 978 94 6471 259 9, € 24,90.
Sinds de mensheid bestaat, kennen wij aan allerlei vogels een bijzondere betekenis toe. Onder hen zijn er, in grote lijnen geschetst, toekomstvoorspellers, onheil- en geluksbrengers. De nachtegaal en de zwaluw kondigen de lente aan; de uil was de praesaga avis of toekomstvoorspeller bij uitstek maar ook de koekoek stond hoog aangeschreven als waarzeggende en voorspellende vogel. Nu is de ekster niet zo populair maar in het verleden stond deze vogel bekend als krachtige boodschapper van veranderingen. De inhoud van dit boek van Johan Boussauw is echter veel ruimer opgevat. Vogels in de cultuur gaat over onze vogels in een (zeer) brede cultuurhistorische context. Dit naslagwerk staat vol met historische verhalen uit het volksgeloof, oude wetenschap, aangevuld met volkse gebruiken en citaten. De auteur beschrijft uitvoerig per soort of soortgroep onderwerpen als bijgeloof, volksweerkunde, volksgeneeskunde, magie, mythes, jacht, naamgeving, sprookjes en legenden. Uit eigen ervaring weet ik dat - éénmaal de interesse voor deze onderwerpen gewekt is – de zoektocht eindeloos interessant wordt. Johan Boussauw zal dit alleen maar beamen. Gedurende tientallen jaren heeft hij materiaal verzameld afkomstig uit middeleeuwse encyclopedieën, boeken over volksgeloof en oude documenten. Daarbij heeft hij een groot aantal toepasselijke prenten gevonden, afkomstig uit de zestiende tot en met de negentiende eeuw. Dit laatste is uiteraard gelinkt aan zijn grote belangstelling voor middeleeuwse prenten. Boussauw is immers grafisch kunstenaar. In Vogels in de cultuur weet hij zijn voorliefde voor oude boeken en prenten te combineren met een uitgebreide natuurkennis en zijn belangstelling voor volkskunde.
Walter Belis

Parsons I., 2024. Of the trees and the birds
Parsons I., 2024. Of the trees and the birds, Whittles Publishing, Dunbeath, Caithness, Scotland, 160 p., ISBN 978-184995-574-4 240, £ 18.99 of ± € 23.
Bomen en vogels horen samen, en dat is zo al miljoenen jaren, lang voordat wij ons bij het gezelschap voegden. In hun lange en gedeelde geschiedenis hebben ze talloze relaties opgebouwd, waarvan sommige voor ons eenvoudig en vanzelfsprekend zijn, zoals een vogel die een boom gebruikt om op te zitten terwijl hij op zoek is naar voedsel. Andere zijn ingewikkelder, maar nog steeds opvallend voor ons, met als klassiek voorbeeld dat veel boomsoorten vogels gebruiken om hun volgende generatie te garanderen door hun zaad verpakt in voedzame voedselpakketten, die wij bessen noemen, af te leveren. Maar zelfs deze relatie kan meer betrokkenheid inhouden dan het op het eerste gezicht lijkt, waarbij sommige bomen dodelijke methoden gebruiken om er voor te zorgen dat ze de "zaadkoeriermethode" krijgen die ze willen, terwijl andere bomen ultraviolette signalen gebruiken om de vogels te informeren dat de bessen klaar zijn voor consumptie en zelfs de tint van de bes veranderen om aan te geven of deze het beste 's avonds of 's ochtends gegeten kan worden. En dan zijn er nog die relaties die we pas net beginnen te ontdekken en die leiden tot een hele reeks fascinerende vragen: kunnen vogels individuele boomsoorten identificeren? Kunnen bomen 'praten' met vogels, kunnen ze hen om hulp vragen? De intieme banden tussen bomen en vogels zijn extreem ingewikkeld, ze kunnen onzichtbaar voor ons zijn, ze kunnen zelfs onbegrijpelijk zijn, maar ze blijven altijd verbazingwekkend. Of the Trees and the Birds bekijkt hoe deze relaties mogelijk zijn ontstaan en waar we nu staan in ons begrip ervan. Soms begrijpen we die relaties verkeerd en soms leiden onze acties tot hun ineenstorting, wat catastrofaal kan zijn voor hele ecosystemen. We moeten ons bewust zijn van deze relaties, ons erover verwonderen en ze koesteren, want de geschiedenis van de wereld zou er heel anders uitzien zonder hen. De natuur is en blijft in alle opzichten verbazingwekkend.
Walter Belis

Redaktion Der Falke, Rabenvögel
Redaktion Der Falke, Rabenvögel, 64 blz. ISBN 978 3 89104 862 7, € 14,95.
Het gebeurt niet vaak dat een ornithologisch tijdschrift zich waagt aan een themanummer. Voor Natuur.oriolus is het geen onbekend terrein. In 2001 besteedde dit tijdschrift een volledig nummer aan "De Steenuil in Vlaanderen"; een jaar later verscheen het themanummer "Meeuwen"; in 2005 "Ganzen"; in 2007 "Roofvogels in Vlaanderen" en "Akkervogels in Vlaanderen" in 2018. Het is telkens een hele opdracht om een gezond evenwicht te vinden en een ruim publiek aan te spreken. Het Duitse tijdschrift Der Falke waagt zich ook af en toe aan deze oefening. Dit themanummer is gewijd aan kraaien, niet altijd de meest geliefde vogelsoorten maar o zo boeiend in hun gedrag. Kraaien zijn fascinerende vogels die tot de familie van de Corvidae behoren. Ze zijn te herkennen aan hun zwarte verenkleed, scherpe snavel en intelligente gedrag. Kraaien zijn niet alleen wijdverspreid, maar ze beschikken ook over een fantastisch aanpassingsvermogen, wat hen in staat stelt om in verschillende omgevingen te overleven, van stedelijke tot landelijke gebieden. Een van de meest opmerkelijke eigenschappen van kraaien is hun intelligentie. Ze worden vaak beschouwd als een van de slimste vogels ter wereld. Studies hebben aangetoond dat kraaien in staat zijn om problemen op te lossen, gereedschap te gebruiken en zelfs sociale interacties te begrijpen. Dit maakt ze bijzonder interessant voor onderzoekers die het gedrag en de cognitie van dieren bestuderen. Kraaien hebben ook een rijke sociale structuur. Ze leven vaak in groepen en communiceren met elkaar door middel van verschillende geluiden en lichaamstaal. Hun sociale interacties zijn complex en kunnen variëren van samenwerking bij het zoeken naar voedsel tot het beschermen van hun territorium. Bovendien spelen kraaien een belangrijke rol in het ecosysteem. Ze zijn omnivoren en helpen bij het opruimen van dode dieren en het verspreiden van zaden, wat bijdraagt aan de gezondheid van hun omgeving. In veel culturen worden kraaien vaak geassocieerd met bijgeloof en symboliek. Ze worden soms gezien als boodschappers of zelfs als symbolen van het onbekende. Dit heeft bijgedragen aan hun mystieke reputatie door de geschiedenis heen. Al met al zijn kraaien indrukwekkende en veelzijdige vogels die een belangrijke plaats innemen in zowel de natuur als de menselijke cultuur. Hun intelligentie en aanpassingsvermogen blijven ons verbazen en inspireren. In dit themanummer van Der Falke, dat bijdragen van 12 specialisten bundelt, wordt onder meer uitgelegd waarom kraaien zangvogels zijn; welke rol ze spelen in mythen en volksgeloof; hoe het zit met de hybriden en met de huiskraai, een standvogel uit Azië maar bij ons een exoot. Verder zijn er bijdragen over de slimme ecologische aanpak van kraaien die zich in het spoor van aas etende zoogdieren verplaatsen en genieten van een gedekte tafel; het 'parfum' van kraaien: afweersysteem of communicatiemiddel en uiteraard wordt de vraag aangekaart of kraaiachtigen, door hun bestandstoename, op termijn schadelijk worden.
Walter Belis

Abenza L., 2024. Birds that leave their Mark
Abenza L., 2024. Birds that leave their Mark, Tracks and Signs of Birds in South-West Europe, Lynx Edicions, Barcelona, 216 p., ISBN 978-84-16728-62-6, € 29,90.
Vogels zijn, in de verschillende omgevingen waarin ze leven, meestal relatief gemakkelijk waar te nemen op klaarlichte dag. Dit is de reden waarom, vergeleken met zoogdieren, het bestuderen van hun sporen oninteressant lijkt. De sporen die ze na hun passage achterlaten, in de vorm van voetafdrukken, braakballen, veren, schedels, enz., kunnen echter getuigen van hun aanwezigheid in een ongewone omgeving of op een moment dat de waarnemer niet aanwezig is. De pootafdrukken zien er allemaal hetzelfde uit voor degenen die er achteloos en vluchtig naar kijken. De positie of vorm van de tenen, hun positie, hun breedte, hun lengte, het min of meer ontwikkelde weefsel tussen de tenen en de aanwezigheid van klauwen zullen echter allemaal aanwijzingen zijn die ons in staat zullen stellen de sporen van de aanwezigheid van een soort op de grond te detecteren. Hoewel de pootafdrukken van verschillende soorten soms vaak identiek lijken, tonen ze toch hun aanpassing aan de omgeving die ze benutten. Sommige soorten die heel taxonomisch dicht bij elkaar staan, zullen dus verschillende pootafdrukken hebben, terwijl andere soorten die verder weg van elkaar staan op een vergelijkbare markeringen op de grond achterlaten. Het is erg moeilijk om vogelschedels te identificeren, vooral die van Passeriformes. Vogels laten vaak veren achter als teken van hun aanwezigheid. Om hun eigenaar te vinden, moet je met verschillende criteria jongleren: vorm, kleuren, grootte en omgeving. Als je een goede sporengids hebt, die enkele essentiële veren en hun bijzonderheden toont, zal de identificatie gemakkelijker zijn, dankzij je gevoel voor observatie en de nodige deducties. Dit vakkundig samengestelde boek is bedoeld om vogelliefhebbers nieuwe hulpmiddelen te bieden en om vogels kijken toegankelijker te maken voor iedereen die geïnteresseerd is in de natuur. Dankzij de goed geselecteerde afbeeldingen en gedetailleerde aanwijzingen kan de lezer bijvoorbeeld de oevers van een nabijgelegen rivier verkennen en de voetafdrukken identificeren van de vogels die deze omgeving bewonen. Dit naslagwerk bevat gedetailleerde beschrijvingen van 88 soorten, evenals een doordachte inleiding tot elke groep en hun algemene kenmerken en een inleiding met praktisch advies en informatie over het "opsporen" van vogels.
Walter Belis

De Meulenaer B., A Wildlife Guide to Georgia
De Meulenaer B., A Wildlife Guide to Georgia, Pelagic Publishing, Exeter, 144 blz., ISBN 978 1 7842 7301 9, £ 25.00 of ± € 32.
Georgië wordt door veel natuurliefhebbers beschouwd als een van de meest interessante en gevarieerde reisbestemmingen in het West-Palearctische gebied. Qua biodiversiteit heeft Georgië inderdaad veel te bieden. Deze natuurgids is de eerste in zijn soort voor het gebied en hij geeft niet alleen informatie over waar u vogels kunt spotten, maar behandelt ook zoogdieren, reptielen, vlinders, libellen, flora en talloze andere opmerkelijke zaken. Sinds de Rozenrevolutie in 2003 is Georgië populair geworden onder westerse reizigers. De Kaukasus is een van de rijkste hotspots voor in het wild levende dieren ter wereld, met een hoog aantal endemische soorten. Georgië staat ook bekend om zijn gastvrijheid en de adembenemend mooie landschappen. Kortom, het is een gedroomde reisbestemming. Dit boek is daarbij de praktische gids bij uitstek voor elke natuurliefhebber die een bezoek aan Georgië overweegt – van de fervente vogelaar of de vlinderfanaat, tot de reiziger met een algemene interesse voor natuurschoon en -rijkdom. Deze natuurgids, boordevol foto's en tips, bevat ook veel praktische kaarten en uitgestippelde routes. Als kind liep Brecht De Meulenaer al rond met een verrekijker de nek. In de JNM (Jeugdbond voor Natuur & Milieu) werd zijn passie voor natuur verder aangewakkerd. Libellen, zoogdieren, dagvlinders en nachtvlinders trokken, naast vogels, zijn aandacht. Biologie studeren lag in de lijn der verwachtingen. Na een tijdje werken aan de Universiteit van Gent, maar ook bij enkele onderzoeksinstellingen (onder andere Max Planck), besloot Brecht meer tijd te spenderen aan zijn passie: (het gidsen van) reizen. De auteur verkende verscheidene landen en continenten en woonde lange tijd in Zweden, IJsland en Georgië.
Walter Belis

Hendriks S., 2024. Over leven en uitsterven
Hendriks S., 2024. Over leven en uitsterven, vier vogels, vier verhalen, KNNV Uitgeverij, 192 blz., ISBN 978 90 5011 958 0, € 32,95.
Reizen bieden de mogelijkheid om het onbekende te ontdekken en te leren. Wie objectief reist, zal ook nuchtere vaststelling doen, positieve en minder aangename. Dat was ook de ervaring van natuurfotograaf Sijmen Hendriks die op zijn reizen gefascineerd raakte door het fenomeen extinctie. In Over leven & uitsterven besteedt hij aandacht aan vier vogels die uitgestorven zijn of met extinctie bedreigd zijn. Laten we even het rijtje afgaan. De eerste soort, de reuzenalk ook wel de "pinguïn van het Noordelijk Halfrond" genoemd, stierf uit op 3 juli 1844 op het IJslandse eiland Eldey. Er is meer dan 100.000 jaar jacht gemaakt op deze vogels tot de soort in de negentiende eeuw volledig uitgeroeid werd. De reuzenalk was een belangrijke voedselbron voor de Indianen en had lange tijd een sterk symbolische waarde voor de inheemse bevolking van Amerika. Ooit kwam de heremietibis voor van het Midden-Oosten tot diep in Europa. Maar door jacht en verlies van leefgebied stierf de vogel bijna uit. Totdat er alleen in Marokko nog een levensvatbare kolonie overbleef. In 1997 waren er zelfs nog maar 59 broedparen over, verspreid over twee kleine kolonies aan de kust van Marokko in Souss-Massa Nationaal Park en bij Tamri. Dankzij grootse inspanningen werd de soort van de ondergang gered en werd er ook op nieuwe plaatsen gebroed. In onze eigen regio's stellen we vast dat de kemphaan niet meer broedt in Vlaanderen en Nederland en als doortrekker steeds minder waargenomen wordt. De vierde vogel uit het boek is de iconische grutto. Deze ooit in Nederland talrijk aanwezige weidevogel heeft moeilijke tijden meegemaakt. Maar er is ook goed nieuws uit Nederland. In meerdere gebieden is de weidevogelpopulatie redelijk stabiel of neemt ze zelfs een beetje toe. Dat zijn allemaal gebieden waar het juiste beheer wordt gevoerd. Ze tonen dus aan dat het kan. Het aantal uitgevlogen grutto-jongen blijkt in 2023 waarschijnlijk voldoende te zijn voor het op peil houden van de populatie grutto's. Wat helaas nog ontbreekt, is een langjarig perspectief voor de deelnemende boeren.
Walter Belis

Dalloyau S. 2024. Atlas des oiseaux marins nicheurs des territoires français d'outre-mer
Dalloyau S. (Coord.), 2024. Atlas des oiseaux marins nicheurs des territoires français d'outre-mer, Biotope Éditions, Mèze, 605 p., ISBN 978 2 36662 311 6, € 45.
De inventarisatie van de Important Bird and Biodiversity Areas (IBA) startte op het Franse vasteland in de jaren tachtig, in overeenstemming met de inwerkingtreding van de "Vogelrichtlijn" van de Europese Unie, die vereist dat locaties worden aangewezen als speciale beschermingsgebieden. In 1994 publiceerde de Ligue pour la Protection des Oiseaux (LPO) in samenwerking met het Musée d'Histoire Naturelle een inventaris van IBA's in continentaal Frankrijk. In de Overzeese Departementen en Regio's (DROM) en Overzeese Gemeenschappen (COM) begon de identificatie van IBA's in 2000 in St-Pierre en Miquelon, gevolgd door de Frans-Caribische eilanden in 2007 en Frans-Guyana in 2008. Gezien de omvang van het maritieme domein (het tweede grootste na dit van de Verenigde Staten), is het belang van de DROM-COM voor het behoud van de biodiversiteit aanzienlijk en heeft Frankrijk een grote verantwoordelijkheid bij het behoud van zeevogels. Dit is wat de Ligue pour la Protection des Oiseaux aanmoedigde om dit onderzoek te initiëren en te coördineren in samenwerking met de organisaties en verenigingen die plaatselijk deze vogels bestuderen. Deze atlas biedt een overzicht van de kennis over zeevogels die broeden in de Franse overzeese gebieden. Het werk maakt het ook mogelijk om de instandhoudingsproblemen van deze soorten aan te pakken. De soorten zijn onderhevig aan de druk die door de industriële visserij op de oceanen wordt uitgeoefend. De impact van mondiale veranderingen op vogelpopulaties en hun prooien is ook niet te verwaarlozen. Het werk bestaat uit twee grote delen. Eerst is er een presentatie van de zeevogelkolonies die aanwezig zijn in elk Frans overzees gebied, met gegevens over de geografie van elk gebied, de geschiedenis van de kennis en de evolutie van de nestpopulaties. Voor elke soort beschikt u over details aangaande de aantallen; de kolonies en de evolutietrends worden in kaart gebracht en er volgt een inschatting van de problemen en bedreigingen, evenals een opsomming van de natuurbehoudsmaatregelen die al zijn ondernomen. Vervolgens is elk van de 139 taxa (soorten en ondersoorten) het onderwerp van een geïllustreerde monografie. Deze bijdragen tonen de structuur van de populaties op wereldschaal, de schatting en evolutie van hun aantallen, hun dynamiek op verschillende geografische schalen, de bedreigingen en de betrokkenheid van de Franse overzeese gebieden bij het behoud ervan. Degenen die de overzeese gebieden alleen associëren met hemelse stranden en weelderige vegetatie, zullen van een kale reis terugkeren. Ze zullen merken dat de verzen van de Franse dichter Baudelaire "Daar is alles vrede en rust, weelde, schoonheid en lust" (L'invitation au voyage, in Les fleurs du mal), opnieuw moeten worden bekeken. Deze atlas benadrukt de kwetsbaarheid van deze gebieden en de soorten die geconfronteerd worden met veranderingen op wereldschaal, evenals de toenemende antropogene druk die wordt uitgeoefend door de oceanen en kustomgevingen. Het raadplegen van dit naslagwerk stelt de lezer in staat de druk in te schatten die door de industriële visserij op de oceanen wordt uitgeoefend, en de impact van mondiale veranderingen op de vogelpopulaties en hun prooien. Het is echter niet allemaal slecht nieuws. Vogelliefhebbers zullen minder bekende soorten ontdekken en soorten waarover relatief weinig documentatie beschikbaar is. Voor de onderzoekers onder u is dit werk een onuitputtelijke bron van informatie en deze atlas stelt ons allemaal in staat om vanuit onze luie zetel een prachtige reis te maken, met objectieve informatie in het achterhoofd.
Walter Belis

Van Nieuwenhuyse D., van Harxen R. & D.H. Johnson, 2023. The Little Owl
Van Nieuwenhuyse D., van Harxen R. & D.H. Johnson, 2023². The Little Owl: Population Dynamics, Behavior and Management of Athene noctua noctua, Cambridge University Press,
Vergeleken met andere vogelsoorten is de biologie van uilen relatief weinig bekend. Een uitzondering moet echter worden gemaakt voor de Steenuil, die uitgebreid is bestudeerd door ILOWG, de International Little Owl Working Group, wiens bijeenkomsten internationale steenuil-specialisten samenbrachten. Tussen 2000 en 2004 werden er vier georganiseerd. De verslagen van de bijeenkomsten van het internationale ILOWG-netwerk werden verspreid door Diomedea via de Athenews-bulletins, of in de vorm van proceedings zoals gepubliceerd in Oriolus (67 - 2001) en in Ciconia ( volume 25 - 2005). In 2006 is een website gewijd aan de steenuil online gezet. De creatie en het beheer van deze site wordt op vrijwillige basis uitgevoerd door de LPO Mission Raptors. Om verschillende redenen biedt de steenuil een van de beste modellen voor biologisch onderzoek en natuurbehoud. Hoewel wijdverbreid in Europa, Azië en Noord-Afrika, zijn de populaties van de steenuilen nu aan het afnemen, waardoor onderzoek naar het gedrag en de ecologie ervan des te belangrijker wordt. Deze tweede editie, uitgebreid met 42 bladzijden en inhoudelijk bijgewerkt, presenteert nieuwe langetermijngegevens over de populatiedynamiek, gedragsobservaties en reproductieve biologie van de steenuil. De auteurs bespreken de ecologie, genetica, morfologie, habitat, dieet, ondersoorten en populatiestatus per land. Daarnaast beschrijven ze een onderzoeksstrategie en een monitoringprogramma. Uitstekend geselecteerde illustraties van alle veertien ondersoorten omvatten de ontwikkeling van embryo's en kuikens, de groei van de veren en de rui, samen met tekeningen van hoge kwaliteit die praktische managementsuggesties presenteren. Hoewel het een onschatbare bron is voor academische onderzoekers, zal de toegankelijke en eenvoudige stijl ook amateurornithologen en natuurliefhebbers aanspreken. De eerste versie van dit werk verscheen in 2008 en op dat moment zag Dries Van Nieuwenhuyse een droom werkelijkheid worden, een droom die hij twintig jaar eerder had gehad toen hij gepassioneerd raakte door het kleine uiltje. Op dat moment ervaarde hij al de afwezigheid van een synthetische monografie die hem een compleet en kritisch wetenschappelijk overzicht van de soort zou verschaffen. Ondertussen heeft hij via verschillende publicaties in binnen- en buitenland bijgedragen aan de verdere uitbouw van een prachtig avontuur en deze tweede editie kan worden beschouwd als de zoveelste bekroning van een leven gewijd aan deze uil.
Walter Belis

Kaufman K., 2024. The birds that Audubon missed
Kaufman K., 2024. The birds that Audubon missed: discovery and desire in the American wilderness, Avid Reader Press, 388 blz., ISBN 978 1 6680 0759 4, ± € 28.
In 1827, toen John James Audubon Birds of America begon te publiceren, zijn vierdelige verzameling iconische vogelillustraties, werd hij al snel een beroemdheid en vestigde hij zich als een van de belangrijkste natuuronderzoekers van zijn tijd. Sindsdien is zijn nalatenschap immens groot geworden in de wereld van de ornithologie, en zijn schilderijen – levensgrote aquarellen geschilderd met verfijnde details – worden beschouwd als de maatstaf waarmee alle andere werken van ornithologische kunst worden vergeleken. Maar de afgelopen decennia zijn het werk en leven van Audubon steeds meer onder de loep genomen: de man zelf was een slaveneigenaar en een racist, en zijn wetenschappelijke bijdragen waren onnauwkeurig en bevatten zelfs pure leugens. Er zijn intussen veel boeken over Audubon verschenen, maar de meeste zijn biografieën en weinig auteurs hebben zich aan een kritische lectuur gewaagd. Onder deze zeldzame publicaties vinden we The Birds That Audubon Missed, door Kenn Kaufman. In dit boek onderzoekt de beroemde Amerikaanse natuuronderzoeker, redacteur van het tijdschrift Audubon en zelf een ervaren natuurkunstenaar, de wetenschappelijke ontdekkingen van John James Audubon en zijn collega-kunstenaars en ornithologen om te laten zien hoe wat ze zagen – maar ook wat ze misten – weerspiegelt hoe we de natuur waarnemen en begrijpen. Aan het begin van de 19e eeuw was het beoefenen van ornithologie in Noord-Amerika, met als doel je bevindingen vervolgens te publiceren in prestigieuze en peperdure boeken, een ambitieus avontuur waarin ego's met elkaar concurreerden. Een handvol onverschrokken mannen haastte zich om de laatste vogels te vinden die nog onbekend waren voor de wetenschap. Het doel resulteerde in een meedogenloze concurrentie. Er moesten heel wat heroïsche inspanningen geleverd worden met gevaar voor eigen leven en plagiaat. Diefstal van gegevens, overdrijvingen en fraude werden niet geschuwd. De bekendste naam in deze selectieve ornithologische club is die van John James Audubon, die spectaculaire vogelportretten schilderde van een adembenemende schoonheid. Hoewel zijn afbeeldingen prachtig zijn, was het maken van grote kunstwerken niet zijn voornaamste doel. In plaats daarvan probeerde hij zoveel mogelijk verschillende soorten te illustreren en erover te schrijven. Audubon was geobsedeerd door het overtreffen van zijn rivaal, Alexander Wilson. De concurrentie tussen deze twee was genadeloos. George Ord, een bewonderaar en beschermeling van Wilson, beschuldigde Audubon er zelfs van dat hij veel van zijn informatie en wetenschappelijke beweringen had vervalst. Om indruk te maken op zijn lezers aarzelde Audubon niet om hen te misleiden. Sommige van Audubons vogels waren pure fictie, en sommige van zijn geschriften waren verzonnen of geplagieerd. Audubon was geen alleenstaand geval. Andere natuuronderzoekers uit die periode, waaronder Charles-Lucien Bonaparte (Frans politicus en ornitholoog en de neef van Napoleon Bonaparte), John Townsend en Thomas Nuttall, raakten ook verwikkeld in deze wetenschappelijke trucs die sterk op fraude leken. Maar fundamenteel streefden alle ornithologen ernaar de natuurlijke wereld te begrijpen en te inventariseren. Dit soort inspanningen worden vandaag de dag nog steeds voortgezet en fraude kan niet volledig worden geëlimineerd. Een van de bekendste gevallen van de afgelopen jaren is die van Richard Henry Meinertzhagen. Zijn heldendaden en werk bezorgden hem internationale bekendheid. Maar de waarheidsgetrouwheid van sommige van de exploten en ornithologische gegevens die hij in zijn boeken vertelde, wordt betwist. Aan het begin van de 20ste eeuw werd Collingwood Ingram, ook een Britse ornitholoog, mogelijk misleid of zelfs bedrogen door een Italiaanse taxidermist genaamd Gal. Ingram bracht vele verblijven door in de villa die zijn vader huurde in de buurt van Monte Carlo. Hij had aantekeningen gemaakt en zijn werk had eerder gepubliceerd kunnen worden, als hij zijn plannen niet had gewijzigd: een avifaunistisch beeld van heel Frankrijk schetsen. Tussen 1906 en 1914 bezocht hij alle departementen, maar de Eerste Wereldoorlog maakte een einde aan zijn plan en de schets van On the Birds of the Riviera bleef nog enkele jaren in een la liggen. Een anonieme correspondent, die hem vragen stelde over de vogels van de Côte d'Azur, herinnerde hem aan het bestaan van het manuscript. De realisatie werd uitgesteld, omdat Ingram eerst een lange reis naar het Verre Oosten ondernam. Tussen de start van het project en de publicatie in 1926 verstreken zo’n twintig jaar. Maar het resultaat is nog steeds de moeite waard. We hebben sterk de indruk dat Gal, ondanks alles een groot ornitholoog en ichtyoloog, misbruik maakte van de geloofwaardigheid van de Brit, lid van de British Ornithologists' Union en de Société Ornithologique de France. In zijn Inventaire des oiseaux de France (1936) trekt Noël Mayaud vaak de authenticiteit van de informatie van Gal in twijfel. In Noord-Amerika zijn, ondanks de hevige concurrentie tussen gerenommeerde vogelaars, enkele soorten, waaronder zangvogels, valken, strandlopers en andere verrassend veel voorkomende soorten, jarenlang onontdekt gebleven. Dit werk van Kenn Kaufman onderzoekt die periode van de geschiedenis vanuit een nieuwe invalshoek, met de nadruk op de vogels die deze mannen ontdekten en vooral op de soorten die Audubon nooit in zijn leven heeft gezien. Kaufman vult als het ware Audubon aan met portretten in dezelfde verbluffende stijl geschilderd. Een zeer gewaagd maar geslaagd opzet. Dit naslagwerk is een soort dagboek, waarin Kaufman zijn pogingen beschrijft om Audubon-achtige schilderijen te maken van de ongeveer vijftien vogels waarvan hij concludeert dat Audubon deze in Birds of America als nieuw had moeten zien of beschrijven. De auteur laat zien hoe ons begrip van vogels steeds duidelijker en preciezer wordt, ook al blijven bepaalde mysteries bestaan sinds de tijd van Audubon tot nu.
Walter Belis

Rousseau E., 2024. Leef als een vogel
Rousseau E., 2024. Leef als een vogel, Kosmos Uitgevers, Utrecht/Antwerpen, 176 p., ISBN, 978 90 4393 480 0, € 20,99.
De Franse Élise Rousseau is een gedreven 'birdwatcheuse' met een manifeste filosofische interesse. Zij kijkt naar vogels, niet uitsluitend met de bedoeling ze te herkennen maar ook om vogels beter te begrijpen. Zij observeert elke vogel als individu en kruipt als het ware in het verenpak van haar interesse-object. De auteur probeert telkens te achterhalen wat de vogel voelt, ziet en ervaart. Eerder schreef zij samen met Philippe Dubois, één van Frankrijks belangrijkste ornithologen, het succesvolle boek De 22 levenslessen die vogels ons leren en in 2017 verscheen van haar Mais pourquoi j'ai acheté tout ça? Een boek waarin zij zich terechte vragen stelt over onze drang naar consumeren. In Leef als een vogel nodigt Elise Rousseau de lezer uit om naar vogels te kijken, ze te leren kennen en zich te laten inspireren om beter te leven. In negen hoofdstukken wordt de lezer door de natuur geleid, van de late herfst tot en met de prille lente. Rousseau beschrijft de schoonheid en het gedrag van elke vogel die ze tegenkomt en trekt parallellen met haar eigen leven en dat van mensen in het algemeen. Leef als een vogel is actueel, leest vlot en werkt aanstekelijk om zelf de natuur in te gaan.
Walter Belis

Bonfils P., 2024. Guide expert des oiseaux de Nouvelle-Calédonie
Bonfils P., 2024. Guide expert des oiseaux de Nouvelle-Calédonie, Grande Terre, Iles Loyauté et archipels éloignés, Mèze, Biotope, 384 p., ISBN 978 2 36662 310 9, € 39.
Tot voor kort waren er geen recente, volledige werken in het Frans beschikbaar die uitsluitend betrekking hadden op de gehele Nieuw-Caledonische avifauna. De meeste ornithologen moesten zich tevreden stellen met de weinige, soms fragmentarische, beschikbare boekjes: Les oiseaux des forêts sèches de Nouvelle-Calédonie (Desmoulins F. & Barré N., 2015), Étude du statut et de la distribution des oiseaux menacés de la Province Nord de Nouvelle-Calédonie (Chartendrault V. & Barré N., 2005) en Oiseaux de la chaîne centrale, Province Nord de Nouvelle-Calédonie. Guide d’identification (Chartendrault V. & Barré N., 2007). De regionale gidsen van Doughty C., Day N. & Plant A., Birds of the Salomons, Vanuatu & New Caledonia (Helm Field Guides) en de Guide to the birds of New Caledonia and its dependencies van Jean Delacour (1966), veel gemakkelijker te verkrijgen en bovendien zeer goed gemaakt, dienden echter over het algemeen als startpunt voor een reis naar Nieuw-Caledonië. Daarnaast hadden we een becommentarieerde lijst van de vogels van Nieuw-Caledonië (Alauda 2000), door Nicolas Barré en Guy Dutson, gevolgd door twee aanvullingen (Alauda 2007 en 2009) samengesteld door Barré. Deze nieuwe gloedgids voor de vogels van Nieuw-Caledonië presenteert de 184 soorten die zijn geregistreerd op Le Caillou, de onofficiële naam van het hoofdeiland (Grande-Terre) van de archipel, inclusief de 4 soorten die momenteel als uitgestorven worden beschouwd. Het doel van Paul Bonfils was niet om alle soorten te behandelen. Een onmogelijke opdracht omdat het aantal soorten voortdurend verandert. In 2009 werd de Nieuw-Caledonische avifauna vertegenwoordigd door 214 taxa, waaronder 201 inheemse soorten, 115 broedende soorten (of 111 zonder de 4 "verdwenen") en 86 migrerende of accidentele en 13 geïntroduceerde (Alauda 2009). Tussen 2006 en 2009 werden elf nooit eerder waargenomen soorten gespot. De Aucklandtaling, een geïntroduceerde soort, was in het wild uitgestorven en werd geschrapt. De meeste van de nieuw waargenomen soorten zijn zeevogels, maar ze maken niet allemaal definitief deel uit van de Nieuw-Caledonische avifauna. Deze fotogids stelt de vogels voor in verschillende verenkleden en in verscheidene houdingen (geposeerd en tijdens de vlucht). Het werk biedt bijkomende tips over identificatie en mogelijke verwarringsrisico's, gedetailleerde informatie over de habitats en verspreiding van elke soort, informatie over de status in Nieuw-Caledonië (aantallen en trends, bedreigingen, enz.), evenals talrijke details over het gedrag van soorten, hun dieet, migratie, enz. Deze prachtig geïllustreerde publicatie heeft gebruik gemaakt van de meest recente, beschikbare informatie over de vogels van Nieuw-Caledonië. Deze gids, die ook enkele routes voorstelt die zich in de openbare ruimte bevinden en waarvoor geen toegangsautorisatie vereist is, zal een waardevol naslagwerk vormen voor alle belanghebbenden die betrokken zijn bij natuurbehoud. Het naslagwerk is bedoeld voor iedereen die gehecht is aan dit gebied: of het nu natuuronderzoekers zijn of gewoon nieuwsgierig naar de natuur.
Walter Belis

Wijnhoven H., 2024. De Houtduif
Wijnhoven H., 2024. De Houtduif, Atlas Contact, Amsterdam, 207 blz., ISBN 978 90 450 5087 4, € 23,99.
Er zijn weinig vogels die zoveel verschillende reacties uitlokken als de houtduif. Houtduiven zijn onze grootste duiven en hebben een grijsblauw uiterlijk met een witte halsvlek. Opvallend is ook de witte band op de vleugels. Hierdoor zijn ze goed te onderscheiden van holenduiven en stadsduiven waar dit wit ontbreekt. Opvliegende houtduiven laten een luid klapperend geluid van de vleugels horen. Ondanks het talrijke voorkomen weten we relatief weinig over deze vogelsoort en sinds deze duif ook de steden en dorpen heeft veroverd, hebben sommigen de sympathie geruild voor afkeer. De sympathieke bosvogel is opeens te luidruchtig en te vervuilend in onze stedelijke omgeving. Houtduiven zijn ware opportunisten. Hay Wijnhoven legt haarfijn uit waarom deze soort zoveel tegenstrijdige emoties oproept. Houtduiven zijn, volgens de auteur, met geen enkele andere vogelgroep te vergelijken. Of men nu kijkt naar rui, voedsel, paarband, nestelen, grootbrengen van de jongen of sociaal gedrag, op alle mogelijke vlakken hebben houtduiven hun hoogsteigen, uiterst doelmatige en tegelijk ingenieuze manieren gevonden om met het leven om te gaan. En dan bevalt de stadsbewoners niet altijd. Hay Wijnhoven is en blijft een uitgesproken fan van deze soort en dat toont hij aan in zijn mooie monografie die hij met zijn eigen tekeningen heeft verrijkt. De auteur is van opleiding een kunstenaar en in die hoedanigheid maakt hij wetenschappelijke tekeningen. Daarnaast is hij entomoloog gespecialiseerd in hooiwagens. Zijn ornithologische kennis is echter niet te onderschatten. Zo is hij ook de auteur de De Merel en De Turkse tortel, die eerder verschenen in deze prachtige vogelserie van de uitgeverij Atlas Contact. Deze publicatie zal menig lezer van gedacht doen veranderen en de houtduif zal veel fans bijverdienen.
Walter Belis

Hoogenstein L. & Meesters G., 2024. Handboek vogels van Nederland
Hoogenstein L. & Meesters G., 2024. Handboek vogels van Nederland, KNNV Uitgeverij, Zeist, 344 blz., ISBN 978 90 5011 941 2, € 34,95.
Bij het schrijven van vogelboeken wordt voortdurend gezocht naar vernieuwing. De avifauna wordt vanuit andere invalshoeken onder de loep genomen maar het resultaat blijft meestal beperkt tot een determinatiegids waarvan het niveau en het aantal besproken soorten bewust verschilt zodanig dat zowel een beginnende als een doorwinterde vogelkijker zijn gading vindt in het winkelaanbod. Wanneer in deze beschikbare gidsen het leefgebied en de verspreiding worden aangekaart, blijven de auteurs noodgedwongen vaag. De meeste gidsen bestrijken immers het Europese continent, Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Er bestaan ook meer lokale vogelgidsen maar daar stellen we ook vast dat achtergrondinformatie meestal tot het strikte minimum beperkt blijft. Dit terwijl deze gegevens ons veel kunnen vertellen over het voorkomen van soorten in een welbepaalde omgeving en op specifieke tijdstippen. Vogels observeren gebeurt het vaakst in eigen land of in de buurlanden. We zijn daarom verheugd met de publicatie van dit Handboek vogels van Nederland. Het gaat niet om het zoveelste vogelboek dat op de markt komt in de Lage Landen. Neen, dit handboek gaat dieper dan gewone vogelgidsen in op het leefgebied, de verspreiding, de trek, de trends en de gevoeligheden van alle soorten. Bij elke soort is een QR-code opgenomen die doorlinkt naar de online vogelgids van Vogelbescherming Nederland. Dit boek richt zich dan ook tot beginnende en gevorderde vogelaars. Het Handboek Vogels van Nederland beschrijft ruim 300 vogelsoorten die men in Nederland kan waarnemen. Alle broedvogels, doortrekkers, zomervogels en wintergasten komen aan bod, evenals een aantal zeldzame soorten en exoten. De auteurs beschrijven van elke soort waar en wanneer je ze kunt waarnemen, hoe het leefgebied eruitziet en wat de populatietrend is. Van elke soort worden eveneens een aantal opvallende kenmerken of eigenschappen beschreven. In het boek staan ook de Rode Lijstsoorten vermeld en verder bevat dit naslagwerk een volledige lijst van alle vogelsoorten die sinds 1800 in Nederland zijn waargenomen. De auteurs hebben de nieuwste taxonomische naamgeving en volgorde gebruikt.
Walter Belis

Gejl L. & Meesters G., 2024. Zakgids Kustvogels
Gejl L. & Meesters G., 2024. Zakgids kustvogels, Noorboek Natuur, Gorredijk, 200 blz., ISBN 978 94 6471 208 7, € 19,90.
Tijdens een wandeling aan de kust of een boottochtje op zee vallen veel kustvogels waar te nemen. Sommige soorten bewandelen de stranden, andere benaderen soms de kustlijn. Bij de eerste categorie behoren onder meer drieteenstrandloper en strandplevier en tijdens de boottocht valt misschien wel een jan-van-gent te spotten tussen de talrijke meeuwensoorten die in het kielzog meevliegen. Tijdens een verblijf aan de Vlaamse Noordzeekust of de Nederlandse kusten keer je nooit van een kale (vogel)reis terug. Deze handige zakgids helpt je om 160 soorten te herkennen aan de hand van geluid, silhouet en honderden foto’s. De foto’s zijn van Lars Gejl, een van de beste natuurfotografen ter wereld en gespecialiseerd in vogelfotografie. Het geheel wordt aangevuld met beknopte maar zeer doeltreffende teksten van Ger Meesters, een vooraanstaand vertaler en auteur van natuur- en reisgidsen (Crossbill Guides).
Walter Belis

Wroza S. & Rochefort J., 2024. Handboek trekvogels
Wroza S. & Rochefort J., 2024. Handboek trekvogels. 450 trekvogels overdag en ’s nachts herkennen aan geluid, Uitgeverij Noordboek, Gorredijk, 376 blz., ISBN 978 94 6471 085 4, € 39,90.
Veel vogelsoorten migreren voornamelijk 's nachts en blijven vrijwel onopgemerkt voor het menselijk oog. Hun passage werd tot voor kort weinig bestudeerd, behalve door specialisten. De eenvoudigste methode is om ernaar te luisteren en indien mogelijk hun geluidjes op te nemen. Gelukkig zijn opnametechnieken goedkoper geworden en zijn ze beschikbaar voor alle geïnteresseerden. Deze publicatie, die uit twee delen bestaat, is een belangrijke aanwinst als je aan de slag wilt. Het eerste deel behandelt technische en praktische aspecten vanuit een zeer concrete invalshoek. De auteurs beschrijven de benodigde apparatuur. Ze leggen ons uit waar, wanneer en hoe we de geluiden en kreten kunnen opnemen. Op basis van hun eigen ervaring zetten Stanislas Wroza en Julien Rochefort ons op het goede spoor en bieden ze de noodzakelijke ondersteuning. Het tweede deel van het boek is een echte gids voor het identificeren van nachtelijke migranten. Dankzij de rijkelijk geannoteerde sonogrammen kunt u snel leren om zoveel mogelijk vogels te identificeren. In totaal worden de geluiden van 450 soorten behandeld, waarvan 130 nachtelijke trekvogels die speciale aandacht genieten. De determinatie kan van thuis uit op een relatief eenvoudige manier in kaart gebracht worden dankzij de nieuwste opnameapparatuur en meer dan 500 sonogrammen. Dit boek bevat veel tips om jezelf van de juiste apparatuur te voorzien of om ze zelf te bouwen. Naast de downloadbare geluiden die je thuis of op het terrein op je smartphone kan beluisteren, bevat deze zeer interessante publicatie extra informatie over gedrag, trektijd en hotspots voor trekvogels. Naast observaties overdag kunnen nachtelijke waarnemingen en geluidsopnames het ornithologisch plezier in de praktijk alleen maar vergroten. Stanislas Wroza staat aan het hoofd van het Nationaal Natuurhistorisch Museum in Parijs. Hij werkt al jaren aan de popularisering van de bioakoestiek van vogels. Julien Rochefort registreert al meer dan twintig jaar de geluiden van vogels. Hij bestudeert in het bijzonder de geluiden van kruisbekken.
Walter Belis

De Vos R. & Peeters H., 2024. Prachtvogels
De Vos R. & Peeters H., 2024. Prachtvogels, Uitgeverij Noordboek, Gorredijk, 256 blz., ISBN 978 94 6471 175 2, € 34,90.
Prachtvogels is een lijvig boek in een zeer verzorgde uitvoering, met daarin meeslepende, soms ook droevige verhalen over 94 vogelsoorten van de Rode Lijst. Sinds 2006 tot net voor zijn overlijden in 2024, schreef René de Vos in het blad Vogels van Vogelbescherming een rubriek onder de naam Prachtvogels. Hierin wordt elke vogelsoort van de Rode Lijst op luchtige en informatieve wijze in de kijker geplaatst. Vandaar dat de inhoud van dit boek stelselmatig werd opgebouwd en in 2024 zijn voltooiing kent. Met de combinatie van de onderhoudende teksten van René de Vos en de mooiste foto’s uit de bestanden van Agami Photo Agency hebben Vogelinformatiecentrum Uitgeverij en uitgeverij Noordboek een aantrekkelijk mooi – zelfs luxueus - boek gemaakt. Het boek kwam immers tot stand dankzij een nauwe samenwerking tussen René de Vos, dertig jaar eindredacteur van het tijdschrift Vogels, Hans Peeters, oud-hoofdredacteur van Vogels, Marc Guyt van fotostockbureau AGAMI en Marc Plomp van het Vogelinformatiecentrum Texel. De uitgevers willen zo deze 94 vogelsoorten van de Rode Lijst onder de aandacht van een breed publiek brengen. Hiermee dragen ze bij aan een breed besef dat deze vogels van eigen bodem echt bescherming verdienen. Wat al deze vogels gemeen hebben is dat ze ofwel bedreigd worden in hun bestaan, ofwel succesvolle nieuwkomers zijn die door hun nog geringe populatie-omvang kwetsbaar zijn. Door het boek heen wordt steeds duidelijker dat bijna alle vogels van de Rode Lijst in de problemen zijn gekomen door de manier waarop wij met de natuur zijn omgegaan. Maar we lezen anderzijds ook over mensen die zich belangeloos en onvermoeibaar inzetten voor het herstel van biotopen. Elk verkocht exemplaar van Prachtvogels betekent een financiële bijdrage aan de bescherming van bedreigde Nederlandse broedvogels.
Walter Belis

Boere G., 2024. In Siberië zijn geen wegen, alleen richtingen
Boere G., 2024. In Siberië zijn geen wegen, alleen richtingen, Uitgeverij Noorboek, Gorredijk, 352 blz., ISBN 978 94 6471 168 4, € 29,90.
Het uitgestrekte en onherbergzame Siberië heeft voor Gerard C. Boere geen geheimen meer. In 1977 promoveerde hij op de internationale betekenis van de Waddenzee voor Arctische steltlopers en van 1986 tot 2004 was hij onder andere mede verantwoordelijk voor internationale natuurbetrekkingen bij het ministerie van landbouw, natuur en voedselkwaliteit waaronder de Ramsar, Bonn en Bern natuurbeschermingsverdragen. Hij bekleedde bestuurlijke taken en was eveneens betrokken bij de Arctische samenwerking en de samenwerking met Rusland en Oekraïne. Voor zijn wetenschappelijk werk ontving hij verschillende onderscheidingen waaronder de hoogste Russische natuurbeschermingsonderscheiding voor zijn rol als coördinator. Heel wat soorten ganzen en steltlopers die in onze wetlands of in het Nederlandse Waddengebied waargenomen worden, broeden in Siberië. In jaren 1980 groeide de vraag naar meer wetenschappelijk onderzoek naar deze soorten in de arctische broedgebieden. Naast de auteur hebben o.a. Theunis Piersma en Bart Ebbinge hun eigen onderzoek verricht. In dit boek toont Gerard Boere aan dat er in Siberië geen wegen zijn, alleen richtingen. Hij legt uit dat het onderzoek een hele opdracht is en een moeilijke klus om te klaren. Bij het natuuronderzoek horen uiteraard congressen, de val van de Muur, vertrouwen tussen individuen, puur toeval, 'geitenpaadjes' en – niet zo verwonderlijk voor het studiegebied – ook wodka. Al deze elementen en uiteraard ook wilskracht en volharding van Gerard Boere hebben geleid tot een aantal belangrijke expedities in de waterrijke en bijzonder uitgestrekte toendra regio’s als Taimyr, de Lena- en Pechoradelta en de eindeloze steppe- en moerasgebieden van Zuid Siberië in de regio Novosibirsk. Gerard Boere beschrijft op meeslepende wijze, van binnenuit wat er allemaal nodig was om deze expedities te organiseren, hoe de expedities verliepen en wat zij opleverden.
Walter Belis

Crossbill Nature Guides
Chisholm G., 2024. Crossbill Nature guide Tuscany, Crossbill Guides, Stichting Crossbill Guides/KNNV Uitgeverij, Arnhem/Zeist, 280 blz., ISBN: 978-94-91648-34-2, € 29,95.
Hilbers D. & Woutersen K., 2024. Crossbill Nature Guide Southern Portugal, from Lisbon to the Algarve, Crossbill Guides, Stichting Crossbill Guides/KNNV Uitgeverij, Arnhem/Zeist, 256 blz, ISBN: 978-94 91648-30-4, € 29,95.
Hilbers D. & Woutersen K, 2024². Crossbill Nature Guide Tenerife and La Gomera, Canary islands – Spain,Crossbill Guides, Stichting Crossbill Guides/KNNV Uitgeverij, Arnhem/Zeist, 240 blz., ISBN 978-94-91648-32-8, € 28,95.
Hilbers D. & Cantelo J., 2024². Crossbill Nature Guide Western Andalucia,Huelva to Malaga – Spain, Crossbill Guides, Stichting Crossbill Guides/KNNV Uitgeverij, Arnhem/Zeist, 272 blz., ISBN: 978-94-91648-33-5, € 29,95.
De Crossbill Guide over Toscane bestrijkt de ganse regio met inbegrip van de Toscaanse eilanden. Het boek behandelt de natuurpracht van de beroemde regio's Siena, Florence, San Gimignano en Pisa, maar ook minder bekende plekken die bijzonder interessant zijn voor natuurliefhebbers – zoals de Orbetello-lagunes en het botanisch rijke schiereiland Monte Argentario en het Regionaal Natuurpark Maremma, de Apuaanse Alpen en het Toscaanse deel van de Apennijnen, komen aan bod.
Aan de hand van 23 routes en 28 locatiebeschrijvingen, laten Dirk Hilbers en Kees Woutersen ons in de Crossbill Nature Guide Southern Portugal, de natuur van Lissabon tot aan de zuidkust van Portugal optimaal ontdekken. Zuid-Portugal is, het ganse jaar door, een fantastische natuurreisbestemming voor wie van fauna en flora houdt. Elke vogelliefhebber komt er rijkelijk aan zijn trekken. De streek van de Algarve en het meer noordelijke Alentejo bieden immers een gevarieerd landschap van kliffen en duinen aan de kust, tot steppen en steen- en kurkeikbossen in het binnenland.
Tenerife en La Gomera zijn eilanden van extremen en dat uit zich in fauna en flora. De unieke landschappen variëren van hete, kurkdroge lavavelden tot natte, jungle-achtige lauriernevelwouden en van steile kloven en bergflanken tot halfwoestijnen. Dit vertaalt zich in een bijzonder rijke biodiversiteit met veel endemische soorten vogels, reptielen, vlinders en bloemen. De Crossbill Nature Guide Tenerife and La Gomera is wellicht de meest complete natuurgids voor de Canarische eilanden Tenerife en La Gomera. Hij bevat 17 gedetailleerde routes en achtergrondinformatie over landschap, flora en fauna.
De Crossbill Guide Western Andalucia beschrijft de provincies ten westen van Malaga en Cordoba. Het westelijke deel van Andalusië is een regio van contrasten. Je vindt hier wilde, droge bergstreken, maar ook uitgestrekte moerassen, eikensavannes en weelderige bossen. Het is het gebied van wilde steenbokken, arenden, kameleons en schildpadden. Deze gids heeft aandacht voor de flora en fauna, de landschappen en de traditionele landbouw in deze regio. Aan de hand van 18 zorgvuldig uitgestippelde routes en 28 hotspots met tips voor waar en hoe je bijzondere vogels, flora en fauna in het algemeen kunt vinden, maak je kennis met de provincies Huelva, Sevilla, Cádiz en de westkant van Malaga, de natuurgebieden Coto Doñana National Park, Sierra Morena, La Janda en de straat van Gibraltar, Los Alcornocales, Sierra de Grazalema, Ronda en de Sierra de las Nieves, en kleinere gebieden.
Walter Belis




Gejl L., 2024. Steltlopers van Europa
Gejl L., 20242. Steltlopers van Europa, KNNV Uitgeverij Zeist, 378 blz. ISBN 978 90 5011 571 1 , € 39,95.
Deze publicatie is de tweede, ongewijzigde druk van Steltlopers van Europa. Toen het boek in 2016 voor het eerst verscheen was het ongetwijfeld het meest complete handboek dat alle 82 Europese soorten steltlopers. Het boek werd in verscheidene talen vertaald en blijft nog steeds een unicum in zijn genre. Deze uitgave, voorzien van schitterende foto’s, silhouetten & vogelgeluiden, bepreekt 44 algemeen voorkomende broed- en trekvogels en 38 zeldzamere Noord-Amerikaanse en Aziatische dwaalgasten. De 600 detailfoto's werden gemaakt door 's werelds beste vogelfotografen. Ze vormen een perfect complement op de soortbeschrijvingen, die zijn aangevuld met beeldoverzichten, waarbij de soorten met elkaar vergeleken worden, silhouetten en vogelgeluiden inbegrepen. De foto's tonen vogels zowel in de vlucht als aan de grond en in verschillende kleden. Concreet vertaalt zich dat in beeldoverzichten van plevieren, strandlopers, ruiters, snippen en franjepoten, gerangschikt naar genus, grootte en kleed, met de specifieke veldkenmerken en verschillen. De platen met 189 silhouetten van staande en vliegende vogels zorgen voor een snelle determinatie. Daarnaast zorgt de auteur voor een uitvoerige achtergrondinformatie over de vogeltrek, broedbiologie, topografie, veren, ruicyclus en ruischema. De vogelgeluiden, die aan de hand van 44 QR-codes met een smartphone gescand kunnen worden, verwijzen naar opnames van de roep en andere geluiden. Lars Gejl staat bekend als een van de beste natuurfotografen ter wereld, gespecialiseerd in vogelfotografie. Hij is auteur en fotograaf van diverse natuur- en vogelboeken. Het voorwoord is van niemand anders dan Prof. Dr. Theunis Piersma, ecoloog en ornitholoog.
Walter Belis

Svensson L. 2023. ANWB Vogelgids van Europa
Svensson L., et al., 2023. ANWB Vogelgids van Europa, Kosmos Uitgevers, Utrecht/Antwerpen, 480 blz., ISBN 978 90 4393 025 3, € 42,50.
Deze gloednieuwe editie van dit essentiële naslagwerk omvat alle vogels die nestelen, migreren, overwinteren of af en toe te zien zijn in Europa, Noord-Afrika en een groot deel van het Midden-Oosten. Deze gids werd voor het eerst gepubliceerd in 1999 en is nu beschikbaar in 23 talen. Er zijn intussen meer dan een miljoen exemplaren van verkocht. Een eerste heruitgave vond plaats in 2019. Er werd toen reeds rekening gehouden met de taxonomische wijzigingen en de progressie bij de identificatie van soorten. De huidige herziene en uitgebreide derde editie telt 480 pagina's, de eerste 400 bladzijden en de tweede 448. Zo werd telkens ruimte gecreëerd om meer aandacht te besteden aan bepaalde vogelsoorten en -families. In deze nieuwe gids worden bijna 900 soorten gedetailleerd beschreven met aandacht voor afmetingen, verspreiding, frequentie, migraties, geluid en verenkleedkenmerken afhankelijk van leeftijd, geslacht, tijd van het jaar. In deze derde editie behield het team bewust de volgorde die nu tussen orden en families is vastgesteld. Dit betekent niet dat de redactie geen rekening houdt met de recente ontdekkingen over de relaties tussen soorten en families, maar het redactieteam wilde het raadplegen van het werk vergemakkelijken, een naslagwerk dat vooral een identificatiegids is die in de eerst plaats informatie geeft over verspreiding, status…. Illustraties van een ongeëvenaarde precisie en verspreidingskaarten vullen de verrijkte teksten aan waardoor alle soorten kunnen worden geïdentificeerd met behulp van de 'differentiële' methode. Bovendien staat er bij elke vogelgroep een inleiding waarin de belangrijkste zaken worden behandeld die verband houden met hun identificatie of observatie: hoe onderscheid je roofvogels tijdens de vlucht? Welke eendhybriden kunnen worden verward met deze of gene soort? Deze vragen, en nog veel meer, worden beantwoord. Deze derde uitgebreide editie heeft het mogelijk gemaakt om de beschrijving van verschillende soorten uit te diepen, met name roofvogels, hoenderachtigen, sternen, uilen en gierzwaluwen, en om nieuwe soorten op te nemen, onder meer bij de vliegenvangers, mezen, gorzen en vinken. De kaarten en teksten zijn aangepast, met name het gedeelte over occasionele soorten. Deze nieuwe editie bevat 200 platen, 4.000 illustraties en 700 bijgewerkte verspreidingskaarten, 32 nieuwe pagina's en 50 opnieuw ingekleurde of toegevoegde platen. De taxonomie is herzien waar nodig en de teksten werden uitgebreid. Deze gids blijft ongetwijfeld een ornithologisch juweeltje en deze derde druk is een goede verbetering ten opzichte van de vorige druk.
Walter Belis

Peterson R., 2024. Petersons vogelgids voor alle Europese vogels
Peterson R., 2024. Petersons vogelgids voor alle Europese vogels, Kosmos Uitgevers, Utrecht/Antwerpen, 328 blz., ISBN 978 90 4393 305 6, € 45.
Deze klassieker is al sinds 1954 op de markt en heeft reeds meerdere herdrukken gekend. Je zou gaan denken dat iedere vogelliefhebber hem al bezit. Dat blijkt echter niet het geval te zijn want de herdrukken volgen elkaar gestaag op. Er is duidelijk nog steeds vraag naar dit boek. Niet ten onrechte want deze vogelgids is zeer overzichtelijk, praktisch opgevat en duidelijk geïllustreerd. Ook het formaat is handig. Naast alle Europese soorten wordt ook elke tot de Nederlandse lijst behorende vogelsoort beschreven. Daarnaast worden in het hoofdstuk ‘Dwaalgasten’ 170 voor Europa zeldzame vogels behandeld. Dat maakt de Petersons gids tot een goed bruikbaar naslagwerk voorzien van mooie kleurenillustraties en verspreidingskaarten. Eén van de minpunten zijn de illustraties en de tekst die gescheiden staan, maar daar went men wel aan. Daarnaast stelt zich de vraag of een gids van het type Peterson nog toereikend is. Na een dagje uit doen veel vogelkijkers nog wat opzoekwerk op het internet. Daar bestaan uitstekende websites voor, die bovendien voortdurend worden bijgewerkt. Naast die moderne technologie hebben de vogelgidsen toch nog steeds hun waarde behouden. De systematiek en het overzicht die een goede vogelgids bieden is door het internet moeilijk te evenaren. Daarnaast kun je de meeste vogelgidsen gemakkelijk meenemen op een vogeltocht. Voor de keuze van een vogelgids kun je best te rade gaan bij ervaren vogelaars maar hou er rekening mee dat vogelkijkers honkvast zijn en trouw blijven aan "hun" vogelgids. Verscheidene decennia lang bleven edities van de Petersons Vogelgids favoriet bij vele vogelaars, omdat er niet veel of geen alternatieven waren. Intussen zijn er nieuwe vogelgidsen op de markt gekomen die telkens een verbetering betekenden. Lars Jonsson was de eerste concurrent van de Petersons vogelgids, gevolgd door de ANWB vogelgids. Kenmerkend was dat deze gidsen meer en betere afbeeldingen bevatten en recentere informatie over de verspreiding van de vogels brengen. De Petersons vogelgids heeft veel kwaliteiten en een beginnend vogelkijker kan er vlot mee aan de slag. Meer ervaren vogelkijkers combineren verscheidene vogelgidsen en vergaren ook informatie op het internet. De tijd staat niet stil.
Walter Belis

Voslamber B., 2023. Mijn grauwe ganzen
Voslamber B., 2023. Mijn grauwe ganzen, Uitgeverij Noordboek Natuur, Gorredijk, 304 blz., ISBN 978 94 6471 081 6, € 27,90.
Een groot natuurkenner zei me nog onlangs: leg je toe op één soort, anders blijf je te algemeen en weet je uiteindelijk maar weinig. Dit boek is daar een sprekend voorbeeld van. Berend Voslamber eigent zich als het ware de grauwe gans toe. Terecht want hij deed veertig jaar onderzoek naar grauwe ganzen en kent deze vogelsoort als geen ander. Hij beschrijft het leven van de grauwe gans van ei tot volwassen dier. Aan de hand van opmerkelijke individuen toont hij aan hoe succesvol of juist niet de grauwe gans als broedvogel is. Hij beschrijft de gevolgen van veranderende biotopen en laat zien dat het tellen en het ringen van de vogels diepgaande kennis oplevert. Naast de vogels komen ook de ontwikkelingen in zijn onderzoek en de mensen die de auteur tijdens zijn werk ontmoette aan bod. De grauwe gans is in vele opzichten een boeiende soort. In enkele decennia is deze soort geëvolueerd van een zeldzame, op een bepaald moment zelfs bijna uitgestorven soort, tot een massaal voorkomende vogel in Nederland en België. Hij is tegelijkertijd geliefd en verguisd, en maakt regelmatig het onderwerp uit van heftige debatten tussen natuurbeschermers enerzijds en landbouwer anderzijds. De strijd die werd aangegaan tegen de grauwe ganzen was ongelijk en soms zelfs gruwelijk. Waarom loont het nu de moeite om deze gans in de kijker te plaatsen? Elke grauwe gans heeft zijn eigen karakter. De individuen beschikken over een flinke portie intelligentie want ze herkennen elkaar aan de roep en hun kenmerkende gezichten. Ze slagen er in om met rugwind meer dan 100 kilometer per uur te halen en herkennen niet alleen een zeearend van twee kilometer afstand, maar ook wat hij in zijn snavel draagt. Berend Voslamber had gemakkelijk de ganzenvervolging uit de doeken kunnen doen en natuurbeheerders, boeren en ambtenaren het schaamrood op de wangen kunnen bezorgen. Neen, hij koos voor een positieve aanpak en nam zijn rijke onderzoekservaring als uitvalsbasis. Hij deelt zijn uitgebreide kennis met de lezers. In Mijn grauwe ganzen worden tal van onwaarheden en misverstanden opgehelderd. Gerechtigheid is geschied.
Walter Belis

Gobin S. & Dijksterhuis M., 2023. Veldgids Vogeltrek in beeld
Gobin S. & Dijksterhuis M., 2023. Veldgids Vogeltrek in beeld - trekvogels herkennen aan hun vliegbeeld, KNNV Uitgeverij, Zeist, 288 blz., ISBN 978 90 5011 923 8, € 32,95.
Elk jaar is de vogeltrek in voor- en najaar een boeiend verschijnsel. In het najaar trekken miljoenen vogels over Nederland naar hun overwinteringsgebieden in het zuiden. In het voorjaar keren ze terug. Maar over welke vogels gaat het en hoe herken je ze? Deze veldgids is een handig hulpmiddel om 120 soorten trekvogels te herkennen aan hun vliegbeeld. Illustratieve foto’s en beschrijvingen van kenmerken helpen hierbij en de verspreidingskaarten brengen de trekroutes overduidelijk in kaart. Bij een stilzittende vogel zijn verenkleed en gedrag bepalend bij de determinatie. Bij een overvliegende vogel is dat niet anders maar hier is het vliegbeeld eveneens doorslaggevend voor de herkenning. De determinatiekenmerken zijn ook duidelijk zichtbaar aanwezig op de meer dan 500 illustratieve foto’s en de gedetailleerde beschrijvingen. De verspreidingskaarten met de broed- en wintergebieden en de vogeltrekkalender maken de soms extreem lange trekroutes zichtbaar. Deze gids is een uitstekende aanvulling op de Veldgids Vogeltrek (2019) van Dick De Vos en Sam Gobin, waarin de nadruk ligt op herkenning van trekvogels via de roep. Samen behandelen de twee complementaire veldgidsen alle trekvogels die boven Nederland passeren.
Walter Belis

Langeveld B., 2024. Fascinerende fossielen
Langeveld B., 2024. Fascinerende fossielen, van dinosaurus tot reuzenalk: 50 verdwenen werelden, KNNV Uitgeverij, Zeist, 264 blz, ISBN 978 90 5011 944 3, € 32,95.
Fossielen zijn meer dan louter overblijfselen uit een ver verleden. Ze zijn tastbare bewijzen van de planten en dieren die tienduizenden, honderdduizenden of zelfs miljoenen jaren geleden de aarde bevolkten. Fossielen bieden een spannende en soms verrassende of leerzame blik op verdwenen werelden en verklaren vaak de lichaamsbouw van de hedendaagse soorten. In Fascinerende fossielen vertelt Bram Langeveld ons meer over vijftig Nederlandse fossielen die geleefd hebben in tijden dat Nederlands afwisselend bedekt was met tropische moerassen en zeeën, kurkdroge woestenijen, grazige steppen, ijskoude poolwoestijnen, arctische zeeën vol ijsschotsen en ijskoude poolwoestijnen. Het huidige Nederland was het leefgebied van dinosauriërs, gorillapaarden, mosselkreeften, reuzenpaardenstaarten, buideldieren, tapirs, mammoeten, bruine sneeuwuilen en reuzenalken. De reuzenalk was een grote, niet-vliegende alk van de Noord-Atlantische Oceaan. Een tegenhanger van de pinguïns op het zuidelijk halfrond, maar niet nauwverwant. De soort stierf rond 1844 uit als direct gevolg van bejaging door de mens. Tot heel recent beschouwden onderzoekers uit Nederland en de aangrenzende zuidelijke Noordzee skeletresten van reuzenalk als zeldzaam. Maar dankzij vondsten op Nederlandse opgespoten stranden zijn inmiddels meer dan 125 (sub)fossiele botten bekend. Een deel van deze vondsten wordt nu bewaard in museumcollecties. Botten van de reuzenalk zijn intussen bekend van meer dan 15 Nederlandse stranden: van Zandvoort in de provincie Noord-Holland tot Cadzand vlakbij de Belgisch-Nederlandse grens. De grote hoeveelheid resten veranderde het imago van de reuzenalk in de zuidelijke Noordzee van een zeldzame dwaalgast naar een waarschijnlijk algemene of geregelde wintergast gedurende de afgelopen millennia. Belgische vondsten ontbraken tot voor kort, maar daar is dus nu verandering in gekomen. Minder spectaculair is de bruine sneeuwuil, niet te verwarren met de hagelwitte sneeuwuil die wereldberoemd werd dankzij de succesvolle Harry Potterfilms. Zoals de naam laat vermoeden was deze uil ook niet wit. Dat hoefde ook niet want met zijn bruingrijze verenkleed viel hij niet op in het kenmerkende landschap van dwergberken, dwergwilgen grassen dat allerlei tinten van bruin en groen liet zien maar volkomen sneeuwvrij was. Van deze soort zijn er enkele fossielen bekend die op de Noordzeeboden aangetroffen werden. Bram Langeveld interesseerde zich als kind voor plastic dino's. Vervolgens verzamelde hij zelf gevonden fossiele haaientandjes op het strand van Cadzand. Zijn passie groeide alsmaar en na biologiestudies zorgde zijn fascinatie voor paleontologie er voor dat hij conservator van het Natuurhistorisch Museum Rotterdam werd.
Walter Belis

Nibbenhagen K., 2024. Nature Guide Vögel
Nibbenhagen K., 2024. Nature Guide Vögel, Franckh-Kosmos Verlag, Stuttgart, 158 blz., ISBN 978-3-440-17723-5, € 16.
De determinatie van veel voorkomende vogelsoorten was nog nooit eerder zo eenvoudig voorgesteld. Bekend van het YouTube-kanaal 'Ornithologie voor Beginners', laat autodidact en amateur-ornitholoog Kalle Nibbenhagen, met de publicatie van zijn vogelgids, een frisse wind waaien in het besloten wereldje van de natuurgidsen. Op een ontspannen, moderne en gemakkelijk te begrijpen manier presenteert hij de lokale vogelwereld zeer gedetailleerd maar toch nog overzichtelijk en garandeert hij met zijn praktische tips snel succes bij het identificeren van vogels. In totaal komen 105 soorten aan bod. Of je nu een beginner of een ervaren vogelliefhebber bent: de Nature Guide Vögel zorgt ervoor dat je onze natuur wilt ontdekken en beschermen. Vogels kijken wordt een spannende natuurbelevenis voor jong en oud. Een Nederlandse vertaling van deze gids zou voor veel lezers een welgekomen geschenk zijn.
Walter Belis

Burnell D., 2023. Seabirds Count
Burnell D., Perkins A.J., Newton S.F., Bolton M., David Tierney T., Dunn T.E., 2023. Seabirds Count, A census of breeding seabirds in Britain and Ireland (2015–2021), Lynx Edicions, Barcelona, 528 blz., ISBN 978-84-16728-60-2, € 45.
Seabirds Count, een publicatie die ongetwijfeld een mijlpaal belooft te worden in het onderzoek naar het behoud van zeevogels, bevat de resultaten van de vierde census of breeding seabirds in Groot-Brittannië en Ierland. Tussen 2015 en 2021 werden meer dan 10.000 locaties en 25 soorten geregistreerd, wat een uitgebreide update opleverde over de toestand van deze populaties. Deze vitale gegevens zullen ons helpen om inzicht te krijgen in de relaties tussen zeevogels en de druk waarmee ze worden geconfronteerd. Soortspecifieke hoofdstukken presenteren populatietrends op verschillende geografische schalen, aangevuld met gedetailleerde verspreidingskaarten. De interpretaties van de auteurs zijn gebaseerd op recent onderzoek en benadrukken potentiële factoren die demografische en distributieve veranderingen aansturen. Daarnaast is een hoofdstuk gewijd aan zeldzame zeevogelsoorten die gedurende de teljaren in Groot-Brittannië en Ierland zijn aangetroffen.
Walter Belis

Prokosch P., Die Ostatlantische Vogelzugroute
Prokosch P., Die Ostatlantische Vogelzugroute, Spannende Einblicke in die Zugstrategien und den Schutz von Küstenvögeln, AULA Verlag, Wiebelsheim, 232 blz., ISBN 978-3-89104-863-4, € 24,95.
Een van de meest spectaculaire en langste trekroutes voor kustvogels is de Eastern Atlantic Flyway, die zich uitstrekt van de Arctische gebieden van Canada, Groenland, IJsland en de Russische Federatie tot in het zuidelijkste puntje van Afrika en die door Kanoeten, Rosse Grutto’s , Rotganzen, enz., over een afstand van ongeveer 16.000 kilometer, twee keer per jaar, wordt afgelegd. Maar wat weten we eigenlijk over de marathonvluchten van deze vogels? Hoe slagen ze erin zulke ongelooflijke fysieke prestaties neer te zetten? Een groep gerenommeerde onderzoekers heeft deze vragen al tientallen jaren intensief bestudeerd en een aantal verrassende dingen ontdekt over de trekstrategieën van kustvogels. Eén ding wordt steeds duidelijker: de Waddenzee, aan de Noordzeekust van Nederland, Duitsland en Denemarken, is een essentieel 'tankstation' voor voedsel en energie en daarmee het strategische knooppunt voor miljoenen kustvogels. Op basis van deze kennis was het dankzij ongekende internationale inspanningen mogelijk om langs deze fascinerende migratieroute een keten van geselecteerde stopplaatsen en noodzakelijke beschermingszones te creëren. Dit boek biedt niet alleen een opwindend inzicht in de trekstrategieën van kustvogels, maar brengt ook een diepgaand synthetisch beeld van de verschillende stadia van hun lange reis naar de overwinterings- en broedgebieden van het Noordpoolgebied. Uiteindelijk wordt ook benadrukt wat internationale vriendschappen en intensieve uitwisselingen tussen steltloper- en ganzenonderzoekers kunnen opleveren op het gebied van natuur- en soortenbehoud.
Walter Belis

Garthe S. & Kubetzki U., 2023. Tracking – Der gläserne Vogel
Garthe S. & Kubetzki U., 2023. Tracking – Der gläserne Vogel, Erkenntnisse, Berichte und Reportage naus der Praxis, AULA Verlag, Wiebelsheim, 120 blz., ISBN 978-3-89104-860-3, € 19,95.
Hoe kunnen we de geheimen van het dierenleven onthullen als ze op plaatsen leven die ontoegankelijk zijn voor mensen? Deze vraag kon alleen worden onderzocht met behulp van zogenaamde 'dataloggers', ontwikkeld in de jaren zestig en voor het eerst gebruikt op zeehonden en pinguïns om hun duikgedrag te ontcijferen. Een 'datalogger' is een doorgaans kleine en relatief goedkope stand-alone datalogger die real-time gegevens, zoals spanning, temperatuur en stroom, bewaakt en registreert. Een datalogger heeft de voorkeur boven een data-acquisitiesysteem (DAQ) wanneer de toepassing geen snelle opname vereist, maar wel lange opnametijden. Dataloggers zijn goedkoper dan DAQ-systemen. Ze zijn nu een integraal onderdeel van veel onderzoeksgebieden en de mogelijke toepassingen breiden zich voortdurend uit. Der gläserne Vogel, letterlijk 'de glazen vogel' of vrij geïnterpreteerd 'de transparante vogel' of 'vogel zonder geheimen', is al lang werkelijkheid. Met dit boek wil het team van auteurs de lezers uitnodigen op een reis naar de fascinerende wereld van deze vogels die geen geheimen meer kennen. Aan de hand van geselecteerde onderzoeksprojecten en eigen bevindingen uit vogelonderzoek volgen ze het avontuurlijke pad van het eerste blokfluitprototype tot de kleine hightech apparaatjes van de huidige generatie. Het resulterende inzicht in de spannende wereld van de natuurwetenschappen moet ook helpen om actuele onderwerpen als natuurbehoud, klimaatverandering en biodiversiteit beter te begrijpen en te classificeren.
Walter Belis

Cin-Ty Lee & Birch A., 2023. Field Guide to North American Flycatchers: Empidonax and Pewees
Cin-Ty Lee & Birch A., 2023. Field Guide to North American Flycatchers: Empidonax and Pewees, Princeton University Press, Princeton, 157 blz.., ISBN 978 0 691 24062 6, £ 16.99 of € 20.
Het identificeren van soorten die behoren tot de geslachten Empidonax en Contopus is vaak een bijzonder moeilijke klus, zelfs voor de meest ervaren ornithologen. Conventionele veldgidsen volstaan voor het identificeren van de meeste vogelsoorten, maar de auteurs zijn beperkt tot het aantal pagina's dat ze niet mogen overschrijden en daarom is het voor hen onmogelijk om uitvoerig stil te staan bij de identificatiedetails van sommige moeilijke groepen. Cin-Ty Lee en Andrew Birch gingen de uitdaging aan om deze groep op een systematische en overzichtelijke manier te identificeren. De Field Guide to North American Flycatchers tilt de identificatie van deze vogels naar een geheel nieuw niveau en daagt lezers uit om subtiele verschillen in verenkleedstructuur, gedetailleerde kleurcontrasten en vocalisaties te observeren voordat ze nog dieper ingaan op de meest subtiele details van elke specifieke soort. Omdat de veren van Noord-Amerikaanse "vliegenvangers" zo op elkaar lijken, gebruikt deze unieke gids illustraties die kleine verschillen tussen soorten benadrukken, details die vaak niet te onderscheiden zijn op foto's. Deze gids biedt een holistische benadering die identificatie mogelijk maakt, zelfs voor beginners. De auteurs benadrukken dat we ons niet moeten concentreren op één enkel detail dat in het veld waarneembaar is, maar op alle kenmerken. Van daaruit kwamen ze tot een gids die bijzonder belangrijke identificerende kenmerken vertoont, zoals de hoek van het voorhoofd, de vorm van de oogring, de lengte van de staart. Elk van de kenmerken heeft een eigen pagina, met diverse illustraties om de verschillende specifieke aspecten te laten zien. Naast deze gegradueerde kenmerken zijn er verschillende pagina's gewijd aan gedrag, habitatvoorkeur, migratiebereik, leeftijd en verplaatsingen, en het belang dat deze kenmerken hebben bij de evaluatie van een identificatie. Het boek bevat ook gedetailleerde spectrogrammen en seizoensverspreidingskaarten voor elke soort. De tweede helft van het boek gaat verder dan de systematische analyse van veldkenmerken en heeft de allures van een meer traditionele veldgids. Elk soortbeschrijving omvat een algemene identificatie, informatie over vocalisatie, een verspreidingsgebied en habitatbeschrijving. Wat deze gids echter onderscheidt, is de diepgang van deze soortbeschrijvingen. In plaats van een eenvoudige beschrijving van de meest voorkomende vocalisaties, wordt een volledig scala aan relevante beschrijvingen en vergelijkingen gepresenteerd, samen met spectrogrammen van elke vocalisatie. De verspreidingskaarten zijn uitgebreid en gedetailleerd, vergezeld van migratieschema's per regio en aantekeningen over rondzwervingen. De kwaliteit van de illustraties van Andrew Birch is indrukwekkend. Elke soort wordt geïllustreerd in verschillende poses, waarbij de meest vergelijkbare soorten vaak in directe vergelijking worden geïllustreerd. Geen overbodige luxe want de houding van deze zangvogels uit de familie van de Tirannen kan het uiterlijk een compleet andere aanblik geven. Dankzij het compacte formaat is deze gids, perfect geschikt voor gebruik op het terrein, essentieel voor elke ornitholoog die naar Noord-Amerika reist.
Walter Belis

Bergmann H.-H., Das große Buch der Vogelfedern
Bergmann H.-H., Das große Buch der Vogelfedern, Die Singvögel Mitteleuropas, AULA Verlag, Wiebelsheim, 296 blz., ISBN 978-3-89104-851-1, € 78.00.
Of ze nu prachtige kleuren hebben, een interessante vormgeving vertonen of zeer discreet zijn, vogelveren zijn een van de meest fascinerende uitvindingen van de natuur. Maar hoe kunnen we een pluim aan een vogel toeschrijven? Dit naslagwerk kan daarbij een kostbaar hulpmiddel zijn. Gedurende ongeveer 6 decennia legde Hans-Heiner Bergmann een verzameling pluimen aan bestaande uit meer dan 4.000 stuks van ruim 430 palearctische soorten. In dit boek worden de veren van meer dan 130 vooral Midden-Europese zangvogelsoorten systematisch en gedetailleerd getoond. In deze derde geheel herziene en aangevulde editie, zijn de kleurplaten zo opgevat dat ze de belangrijke componenten van het verenkleed tonen, op schaal samengebracht en aangevuld met informatie over de afmetingen. De begeleidende tekst bevat een volledige beschrijving en een afbeeldingen van de vogel in kwestie, met een speciale aandacht voor de opengevouwen vleugel. In die zin verschilt dit boek van de vele andere gidsen die momenteel verkrijgbaar zijn. Maar in dit genre van naslagwerken kan men moeilijk van concurrentie spreken. Gezien de moeilijkheidsgraad van de materie vullen ze elkaar dan ook meestal aan.
Walter Belis

Hilbers D., Woutersen K; & Swinkels C., 2023. Crossbill Guide Lanzarote & Fuerteventura
Hilbers D., Woutersen K; & Swinkels C., 2023. Crossbill Guide Lanzarote & Fuerteventura, Canary Islands – Spain, Stichting Crossbill Guides/KNNV Uitgeverij, Arnhem/Zeist, 176 blz, ISBN: 978 94 91648 26 7, € 27,95.
De nabijheid van het Afrikaanse continent en het bijzondere reliëf van deze twee eilanden zijn een verklaring voor de bijzondere flora en fauna die we op Fuerteventura en Lanzarote kunnen ontdekken. Fuerteventura en Lanzarote zijn wel eilanden met een bergachtig uiterlijk maar de vochtige passaatwinden die over de eilanden trekken zetten zich maar zelden om in regen. Om deze reden zijn de eilanden erg dor, met een flora en fauna die grotendeels doen denken aan een woestijn- of halfwoestijnlandschap. De passaatwinden zorgen er voor dat de temperatuur nooit extreem hoog oploopt. Bij de ongewervelde dieren zijn insecten de meest vertegenwoordigde faunagroep op de twee eilanden. Bij de gewervelde dieren zijn de vogels het best vertegenwoordigd. Het aantal nestelende soorten - waaronder veel endemische - en trekkende soorten loont de moeite om de vakantieplannen in een concrete reis om te zetten. De kusten, de weinige zoutvlakten en dammen dienen als tussenstop voor migranten, waardoor een zeer gevarieerd aanbod ontstaat waarvan de samenstelling per seizoen varieert. Deze gids stelt 13 gedetailleerde routes met observatietips en 22 hotspots voor. Het is de herziene en uitgebreide herdruk van Crossbill Guide Canary Islands 1. Aan de herwerking is veel tijd en aandacht besteed. De teksten, routes en hotspots zijn gecheckt en zo nodig geüpdatet. De GPS-coördinaten van de routes, knooppunten en hotspots zijn toegevoegd om de navigatie te vergemakkelijken. Zoals we gewend zijn van de Crossbill Guides bevat de gids, naast uitgestippelde routes, ook achtergrondinformatie over landschap, flora en fauna.
Walter Belis

Mearns B. & Mearns R., 2022. Biographies for Birdwatchers
Mearns B. & Mearns R., 2022. Biographies for Birdwatchers: the lives of those commemorated in Western Palearctic bird names, uitgegeven in eigen beheer, Kirkton, Dumfries, 2 vol. in een slipcase, 660 blz., ISBN 978-0-9556739-3-1, te bestellen via [email protected] of de website www.mearnsbooks.com aan £ 69,99 of ± € 81+ portkosten of via www.Abebooks.com aan £ 80 of € 92 + portkosten.
Biographies for Birdwatchers verscheen voor het eerst in 1988. Het bevatte korte biografieën van zo'n 90 mensen die hun naam aan vogelsoorten ontleenden. De auteurs waren geïnteresseerd in Engelse en wetenschappelijke namen. Het was al een zeer boeiende publicatie en fascinerend om lezen. Voor het eerst was het mogelijk om in één boek de levens en wapenfeiten te ontdekken van de vele mensen die de vogels van het Westelijke Palearctische gebied hadden ontdekt of beschreven. Sommige van deze namen zijn bij de meeste ornithologen redelijk bekend, maar wie waren ze en wat deden ze nog meer in hun leven? De auteurs startten vervolgens met het schrijven van een tweede deel over Noord-Amerikaanse eponiemen (Audubon to Xantus, 2002) en een derde, niet minder interessant, over hetzelfde thema (The Bird Collectors, 1998). Voor diegenen die ook geïnteresseerd zijn in de wetenschappers die ons voorgingen en dankzij wie soorten werden ontdekt en benoemd, zijn deze drie boeken publicaties waarmee we onze kennis konden uitbreiden en meer konden leren over de omstandigheden waarin nieuwe soorten werden ontdekt. Onlangs, maar uiteindelijk toch ruim dertig jaar na de eerste uitgave, kreeg het werk van Barbara en Richard Mearns een flinke update. Alle biografieën zijn herzien en uitgebreid. Er zijn ook nieuwe biografieën toegevoegd. Dit was nodig omdat er de afgelopen decennia nieuwe soorten (zeldzame dwaalgasten, geïntroduceerde of uit gevangenschap ontsnapte vogels,…) aan de lijst van West-Palearctische vogels zijn toegevoegd. Dankzij taxonomische herzieningen zijn er veel nieuwe eponiemen aan de lijst toegevoegd. De geografische grenzen van onze vogelgidsen zijn ook uitgebreid en de bestreken regio omvat nu Europa, Noord-Afrika, Israël, Jordanië, Syrië, Turkije, Armenië, Georgië en Azerbeidzjan. Dit resulteerde in de toevoeging van enkele opmerkelijke maar minder bekende ornithologen zoals Theodor Pleske. Pleske's naam was ons bekend uit een publicatie uit 1884 van onze landgenoot Edmond de Sélys-Longchamps en in december 2010 werd in een tuin in de Provence een Pleske's mees ontdekt. Maar daar bleef het bij. In deze herwerkte en aanzienlijk uitgebreide versie bevat het eerste deel de biografieën van 163 mensen die hun naam aan een soort hebben geleend, terwijl het tweede deel ons verrukt met kortere biografieën van 179 mensen wier namen zijn opgenomen in de namen van ondersoorten van vogels uit het West-Palearctische gebied. Het naslagwerk is opgesmukt met 30 kleurenfoto's en 220 in zwart-wit. Het is een tendens geworden om standbeelden uit onze leefomgeving te verwijderen. Bepaalde mediapersoonlijkheden zijn ineens persona non grata geworden. Als het om de laatste categorie gaat, is daar vaak een gefundeerde reden voor, maar we mogen niet vergeten dat in de 19e en het begin van de 20ste eeuw andere gebruiken en principes gemeengoed waren. Onze visie op onze koloniën werd toen niet in twijfel getrokken. Vanuit een hedendaags perspectief hebben sommige ornithologen zich ook schuldig gemaakt aan ethisch wangedrag en moeten ze nu boeten voor hun daden. De eponiemen van sommige figuren worden vervangen door meer beschrijvende of relevante namen. Toch is het waar dat zeer weinigen van degenen wier namen worden herdacht in vogelnamen slaveneigenaren waren of andere wreedheden begingen. De overgrote meerderheid waren onberispelijke ornithologen en pioniers die de wetenschappelijke basis legden voor ons favoriete tijdverdrijf. Het is ook waar dat de meeste van deze wetenschappers vogels doodden om hun eigen collecties of die van natuurhistorische musea aan te vullen. De tijden zijn veranderd en tegenwoordig beschikken we over geavanceerde optische middelen om vogels te observeren. In plaats van opgezette vogels te sturen, gaan wij ze observeren en bestuderen in hun natuurlijke habitat. Afgaande op de moeilijkheden die deze avonturiers hebben doorstaan en de risico's die zij hebben genomen, is hun levenswandel interessanter dan de onze. Het is daarom zonde om hun naam te zien vervangen door puur beschrijvende, maar veel banalere namen. Gelukkig blijft de naam van de pioniers vaak behouden in de wetenschappelijke naam.
Walter Belis

Mearns B. & Mearns R., 2007. John Kirk Townsend, collector of Audubon’s Western Birds and Mammals
Mearns B. & Mearns R., 2007. John Kirk Townsend, collector of Audubon’s Western Birds and Mammals, uitgegeven in eigen beheer, Kirkton, Dumfries, 400 blz., ISBN 978 0 9556 7390 0, £ 35 of ± € 41 (portkosten ingegrepen), te bestellen via www.mearnsbooks.com.
Voor Noord-Amerikaanse ornithologen is de naam Townsend bekend, hoewel details over zijn leven meestal ontbreken. De meesten weten dat John Kirk Townsend (1809-1851) een natuuronderzoeker was die actief was in het westen van Noord-Amerika in de vroege jaren 1800. Degenen die ook geïnteresseerd zijn in zoogdieren zullen waarschijnlijk toevoegen dat hij niet alleen vogels bestudeerde. Sommigen herinneren zich misschien zijn tragische dood. Hij werd vergiftigd met arseen tijdens de omgang met zijn eigen preparaten. Maar onze kennis stopt doorgaans in dit stadium. Townsend is een naam die we vaak hebben gehoord of zijn tegengekomen in onze lectuur, maar wie is de man achter de publicaties? Townsend was van jongs af aan een natuuronderzoeker en had het geluk om in 1833 met Thomas Nuttall en Nathaniel Wyeth mee te gaan op een expeditie door de Rocky Mountains, een grote bergketen in het westen van Noord-Amerika, die zich uitstrekt over het grondgebied van de Verenigde Staten en Canada. Destijds was het voor de meeste blanke kolonisten nog steeds een uiterst onbekend gebied, en Townsend greep deze kans met beide handen aan. Zijn collecties vogels en zoogdieren omvatten vele soorten die onbekend waren bij wetenschappers, en Audubon en Bachman maakten gretig gebruik van zijn collecties toen ze de dieren van Noord-Amerika catalogiseerden. Townsend verzamelde echter niet alleen vogels en kleine zoogdieren. Een van Townsends vrienden uit Philadelphia was een arts, Samuel George Morton genaamd. Zoals veel rijke mannen uit die tijd beschouwde Morton zichzelf ook als een wetenschapper, met een bijzondere interesse in de diversiteit van de mensheid. Zijn belangrijkste werk, Crania Americana, was een omvangrijke catalogus die alle menselijke rassen probeerde te definiëren aan de hand van hun schedelkenmerken. Morton had een morbide drang om zoveel mogelijk schedels van over de hele wereld te meten, vooral die van de inheemse volkeren van Noord-Amerika. Dus toen Townsend naar het westen ging, vroeg Morton hem om alle menselijke schedels die hij kon bemachtigen terug te brengen. Townsend stemde hier mee in. Na de publicatie van het boek gewijd aan Amerikaanse ornithologen (Audubon to Xantus, 2002) schreven Barbara en Richard Mearns deze eerste diepgaande biografie van J.K. Townsend, die ook twee bezoeken bracht aan de eilanden van Hawaï. Hij keerde naar huis terug met een grote hoeveelheid exemplaren van vogels en zoogdieren. Zeven vogelsoorten dragen tegenwoordig zijn naam. De kern van dit boek is een opwindende, nieuwe presentatie van Townsends verslag van zijn reis door de Rocky Mountains, tot aan de Columbia River en een bezoek aan de Sandwicheilanden in 1839. Hoewel er verschillende edities van dit verslag zijn verschenen, bevat deze versie ook nieuw materiaal uit het originele dagboek van Townsend. Deze versie is ook de eerste die volledig is geïllustreerd en de eerste die door Audubon's geschilderde afbeeldingen bevat van de exemplaren die Townsend heeft verzameld. Barbara en Richard Mearns onderzoeken ook de opleiding die Townsend ontving in het Religieus genootschap der Vrienden, beter bekend als Quakers. Ze volgen hem op zijn reis naar het westen, geven een moderne zoölogische commentaar op zijn ontdekkingen, volgen zijn moeilijke carrière en bespreken zijn relatie met Audubon en de belangrijke bijdrage die Townsend aan zijn werken heeft geleverd. Dit werk is essentieel leesvoer voor diegenen die geïnteresseerd zijn in vroege natuurreizen in Noord-Amerika, de natuur van de Rocky Mountains en de Pacific Northwest, de geschiedenis van de ornithologie en de bijdragen van Audubon, Bachman, Nuttall en Townsend aan de Academie voor Natuurwetenschappen in Philadelphia en het National Institute in Washington. Het boek bevat ongeveer 350 illustraties, waarvan 300 in kleur, 10 kaarten, 18 bijlagen en een uitgebreide bibliografie.
Walter Belis

Gosney D., 2023. Finding Birds in Montenegro and Herzegovina
Gosney D., 2023. Finding Birds in Montenegro and Herzegovina, Easybirder, Sheffield, 40 blz., ISBN: 978 1 907316 63 0, £ 9.50 of ± € 11.
Er is veel meer te zien in Montenegro dan een spectaculair landschap en er valt veel meer te bezoeken in Herzegovina dan het pittoreske stadje Mostar. Dit boekje neemt je mee naar fantastische wetlands zoals het Skadarmeer, de zoutpannen van Hutovo Blato en Ulcinj en spectaculaire berggebieden zoals Durmitor, Lovcen en Blidinje, zodat je de belangrijkste vogelsoorten van dit charmante hoekje van Oost-Europa kunt ontdekken. Tot voor kort werden deze prachtige gebieden door veel vogelaars over het hoofd gezien, maar het recente bezoek van de auteur bewees dat beide bestemmingen de reis waard zijn. Vergeleken met andere publicaties die hetzelfde gebied bestrijken, biedt deze zeer nuttige kaarten, zodat u gemakkelijk de weg naar de beste plaatsen kunt vinden. Het boekje bevat GPS-coördinaten om je naar uw bestemming te leiden, parkeerplaatsen of de beste uitzichtpunten te vinden. De publicatie bevat ook een kaart op de binnenkant van de omslag die als index dient, zodat je elke locatie in het boekje gemakkelijk kunt vinden. Tenslotte is het boekje licht, goedkoop en makkelijk mee te nemen en vind je op de website een update waarin de waarnemingen van andere vogelaars worden vermeld.

Gosney D., 2023. Finding Birds in Southern Croatia
Gosney D., 2023. Finding Birds in Southern Croatia, Easybirder, Sheffield, 37 blz., ISBN 978 1907316 62 3, £ 9.50 of ± € 11.
Kroatië is een geweldige plek om vogels te spotten en is ook een gedroomde toeristische bestemming. Dit boekje vertelt je precies waar u de beste plekken kunt vinden om vogels te observeren en vooral de zeldzaamste soorten in Kroatië. Deze publicatie bestrijkt de kuststrook van Kroatië, van het uiterste noorden tot het eiland Pag en landinwaarts tot de Plitvicemeren. Het is een ideaal instrument voor iedereen die wil genieten van de toeristische geneugten van Kroatië en zoveel mogelijk vogels wil waarnemen. Zoals altijd in de gidsen van Dave Gosney zijn de locaties gemarkeerd voor alle waargenomen soorten. Elke soort wordt ook gedetailleerd beschreven aan de hand van GPS-coördinaten en handgetekende kaarten van de auteur, die precies aangeven waar je heen moet en hoe je daar kunt komen.
Walter Belis

Mathevon N., 2023. The Voices of Nature
Mathevon N., 2023. The Voices of Nature, How and why Animals communicate, Princeton University Press, Princeton & Oxford, 375 p., ISBN 978 0 6912 3675 9, £ 28 of ± € 33.
Alle diersoorten communiceren met elkaar, maar wat is de betekenis van het geblaf van een baviaan, het geklik van een dolfijn, het gehuil van een uil of de zang van een vogel? In The Voices of Nature onderzoekt Nicolas Mathevon de mysteries van dierengeluiden. Door lezers te midden van door dieren geproduceerde geluidsituaties te plaatsen, variërend van de verzengende hitte van de Amazone-jungle tot de ijzige oppervlakten van het Noordpoolgebied, onthult de auteur de ongelooflijke verscheidenheid aan geluiden van dieren. Hij beschrijft hoe dieren geluid gebruiken om hun emoties te uiten, een partner te kiezen, anderen te misleiden, hun territorium af te bakenen, om hulp te roepen en nog veel meer. Wat lijkt op willekeurig getjilp , gefrazel en gekrijs, zijn eigenlijk signalen die, net als onze menselijke woorden, dieren in staat stellen gesprekken met soortgenoten te voeren. Mathevon legt uit hoe de wetenschap van de bioakoestiek werkt en helpt om te ontcijferen hoe dieren geluiden maken en waarnemen, welke informatie in deze geluidssignalen gecodeerd aanwezig is en waarvoor deze informatie in het dagelijks leven wordt gebruikt. Op basis van deze bevindingen en observaties in de natuur beschrijft Mathevon onder meer hoe dieren communiceren met hun kroost, hoe ze ondanks omgevingsgeluiden informatie uitwisselen, hoe geluid zich onder water voortplant, hoe vogels en zoogdieren leren hoe ze moeten vocaliseren en zelfs hoe dieren hun emoties uiten door middel van geluid. Ten slotte vraagt Mathevon zich af of deze vocalisaties, hoe complex en expressief ze ook zijn, een kwestie van taal zijn. Nicolas Mathevon is emeritus hoogleraar neurowetenschappen en diergedrag aan de Universiteit van Saint-Etienne (Frankrijk), senior lid van het Institut universitaire de France, lid van de Academia Europaea en voorzitter van de International Bioacoustics Society. The Voices of Nature verscheen eerst in het Frans onder de titel Les animaux parlent, sachons les écouter (HumenSciences/Humensis, Parijs, 2021).
Walter Belis

Lawton J., 2023. Inn Search of Birds, pubs, people and places
Lawton J., 2023. Inn Search of Birds, pubs, people and places, Whittles Publishing, Dunbeath, Caithness, Scotland, 230 blz., £18.99 of ± € 22,50.
Het begrip ornithologie houdt, in sensu strictu, in dat vogels geobserveerd en bestudeerd worden. In de praktijk merken we dat de interesse van deze wetenschap veel verdergaat en ook de rol van vogels in de cultuur, folklore, taal en tradities inhoudt. Dit kan heel veel aspecten hebben en bijzonder interessant zijn. In Inn Search of Birds heeft John Lawton zijn aandacht gevestigd op "pubvogels", dat wil zeggen vogels die voorkomen op kroegborden en in kroegnamen. Het is een aloude traditie dat vogels op etiketten van whiskyflessen prijken en ook elders merken we dat de klassieke kastelen op Franse wijnflessen de plaats ruimen voor soms grappige vogelafbeeldingen. Lawton neemt "pubvogels" onder de loep, hij onderzoekt hun natuurlijke geschiedenis, de volksgeschiedenis die er aan vasthangt en de geschiedenis van de pubs die naar een vogel genoemd zijn. Die naamgeving is niet altijd arbitrair. Pubs zijn plaatsen waar vaak informatie over vogels wordt uitgewisseld. Aan de oostelijke rand van de Yorkshire Dales aan de toegang tot Wensleydale, zijn vier pubs allemaal vernoemd naar Zwarte Zwanen binnen een straal van vijf mijl. Intrigerend, maar waarom precies daar? Dit wekte de interesse van John Lawton in "pubvogels" en aan de lijst die toen werd opgestart werd elf jaar gewerkt. De lijst is gebaseerd op een steekproef van 711 pubs vernoemd naar vogels of zaken die vogel gerelateerd zijn. Er zijn 117 identificeerbare vogelsoorten, 17 niet-specifieke vogels (bijvoorbeeld "eend"), en vier mythische soorten, plus 35 pubs waarvan de naam vogel gerelateerd is maar in een ruime betekenis. Ook vogeljongen, veren, vogelkooien zijn soms aan pubnamen gelinkt. Dit boek heeft niet de pretentie uiterst wetenschappelijk te zijn, dat zou ook onmogelijk zijn, maar met een guitige kwinkslag behandelt de auteur een brok gevleugelde volkscultuur.
Walter Belis

Taylor M., 2022. How Birds live together
Taylor M., 2022. How Birds live together: Colonies and Communities in the avian World, Princeton & Oxford, Princeton University Press, 224 blz., ISBN 978-0-691-23190-7, £ 24.99 of ± € 28,50.
Veel vogelsoorten hebben een zeer sociaal leven. In dit boek heeft Marianne Taylor veel voorbeelden verzameld van soorten die continu of op zijn minst een deel van het jaar in kolonies of gemeenschappen leven. Het geheel wordt geïllustreerd met een overvloed aan foto's. Elk hoofdstuk onderzoekt de verschillende manieren waarop vogels samenleven. De bestudeerde gevallen zijn grofweg maar handig gegroepeerd op habitat of gedrag. Er zijn zeevogels die op de kliffen nestelen, andere soorten nestelen dan weer in de bomen of op het strand. De voordelen van het leven in een kolonie zijn talrijk. Leven in een gemeenschap biedt veiligheid tegen roofdieren of vergemakkelijkt de toegang tot voedsel en broedplaatsen. Het leven in een kolonie brengt echter ook concurrentie om voedselbronnen en een verhoogd risico op parasieten met zich mee. Deze kosten, verbonden aan het leven in een kolonie, worden slechts kort vermeld. Niet alleen groeperen individuen van dezelfde soort zich vaak omwille van de sociabiliteit, het komt ook regelmatig voor dat kwetsbare soorten bewust de aanwezigheid van roofvogels, zoals Oehoe of Sneeuwuil, opzoeken. Deze imposante roofvogels schrikken vossen en andere roofdieren af. Dit gebeurt echter alleen in jaren dat er veel prooien zijn, anders is er geen sprake van samenwonen. Naast haar ervaringen in het veld heeft Marianne Taylor veel bronnen moeten raadplegen. Het ontbreken van een bibliografie is een beetje jammer, maar dat doet niets af aan de kwaliteit van het naslagwerk.
Walter Belis

Sale R. & Watson S., 2022. The Peregrine Falcon
Sale R. & Watson S., 2022. The Peregrine Falcon, Snowfinch Publishing, Coberley, 528 blz., £ 63.67 of ± € 55,50.
Slechtvalken zijn iconische roofvogels die pijlsnel vanuit de lucht toeslaan en daardoor in de loop der tijden soms verheven werden tot de status van mythe of legende. In dit boek onderzoeken Richard Sale en Steve Watson alle aspecten van het slechtvalkenleven, van verenkleed, via voeding, vlucht, populatiedynamiek tot voortplanting en overleving. Slechtvalken broeden op alle continenten behalve Antarctica en voor de realisatie van deze publicatie zijn er gegevens verzameld uit dat enorme gebied. U treft er eveneens meer informatie aan over elk van de 19 ondersoorten. Met meer dan 500 pagina's, rijkelijk en prachtig geïllustreerd met 150 kleurenfoto's en 235 figuren en tabellen, is het een eerbetoon aan deze roofvogel en een bron van referenties over een prachtige vogel. Doordat deze publicatie zo compleet is, krijgt ze een encyclopedisch karakter. Laat ons toe te benadrukken dat deze informatie in een voor het grote publiek zeer prettige en toegankelijke vorm wordt verstrekt. De slechtvalk is erg populair in de wetenschappelijke literatuur. En zonder een waardeoordeel te willen uitspreken over recente publicaties over deze soort, durven we wel vermelden dat het werk van Sale en Watson tot de allerbeste en meest volledige naslagwerken behoort. Het overvloedige gebruik van tabellen en grafieken zal lezers die geïnteresseerd zijn in cijfermateriaal zeker bekoren. Deze gegevens zijn een demonstratie van wat er in de tekst wordt gezegd. Overal worden de bronnen vermeld. Wie een voorliefde heeft voor beeldmateriaal, komt met de honderden kleurenfoto's aan zijn trekken. De bibliografie telt 33 dichtbedrukte pagina's. Het aanbod aan wetenschappelijke publicaties dat aan deze roofvogel is gewijd, is zo rijk dat de auteurs zich bijna uitsluitend hebben beperkt tot Engelstalige publicaties. Ondanks de grote waarde van dit boek staat het vast dat het laatste woord over de slechtvalk nog niet is gezegd. Dit naslagwerk overtreffen of maar evenaren zal een hele opgave worden.
Walter Belis

Freriks K., 2023. De ooievaar
Freriks K., 2023. De ooievaar, Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen, 237 blz., ISBN 978 90 450 4186 5, € 24,99.
De ooievaar behoort ongetwijfeld tot de vogelsoorten met een rijke mythologische voorgeschiedenis. Worden baby's uit kolen geboren of worden ze door ooievaars gebracht. Het eerste lijkt weinig waarschijnlijk en de tweede veronderstelling berust op een misverstand. De mythe rond de ooievaar die kindjes brengt, gaat ver terug. De Oude Grieken hadden een erg wraaklustige godin Hera genaamd. Volgens de mythe werd zij steeds meer jaloers op Gerana, de bloedmooie koningin van de Pygmeeën. Gerana werd door Hera betoverd en omgetoverd in een ooievaar. Gerana was de wanhoop nabij, want ze wou haar kind niet verliezen aan Hera. Dus op een onbewaakt moment vloog ze naar haar zoon die in doeken was gewikkeld en bracht hem in veiligheid. Ze werd echter telkens weggejaagd door haar voormalig rivale. Ooievaars brengen geen kinderen maar seks was vies. Baby’s krijgen al helemaal. Bijgevolg was het veel netter als een ooievaar het kleine grut gewoon keurig aan huis afleverde. Omdat kraanvogels en ooievaars wel vaker door elkaar werden gehaald, zou deze mythe best de verklaring kunnen zijn voor het geloof dat ooievaars met baby’s rondvliegen. Dit misverstand, doet echter niets af aan de schoonheid en het unieke karakter van deze vogel, eigen aan onze weidelandschappen. Ondanks zijn populariteit heeft de ooievaar moeilijke tijden doorgemaakt, ook in onze contreien en in verschillende andere West-Europese landen waren kweekprogramma's nodig om de populaties te herstellen. Na een laatste broedgeval, in 1982 in Overijssel, broedde er in de lente van 1983 geen enkele ooievaar meer in Nederland, nu zijn er een duizendtal paren. Voor het schrijven van deze mooie biografie volgde Kester Freriks de ooievaar onder andere in Nederland, Spanje, Hongarije en de Franse Elzas. Verder verdiepte hij zich in de uitgebreide literatuur over deze prachtige vogel. Het boek, waarin eigen ervaring meesterlijk verweven wordt met gegevens uit de literatuur, beschrijft de ganse levensloop en jaarcyclus van de ooievaars seizoen per seizoen. Freriks draagt De ooievaar op aan Catherine Reker want "zonder haar toewijding aan de natuur had dit boek niet geschreven kunnen worden", vermeldt de auteur in zijn dankwoord. Reker, die in maart 2023 overleed aan een verschrikkelijke ziekte, was een voorvechtster voor de natuur. Ze is zeker en vast geen onbekende bij de Vlaamse imkers.
Walter Belis

Van Broekhoven A., De bionische vogel
Van Broekhoven A., De bionische vogel, Vogels als inspiratiebron voor duurzame oplossingen, KNNV Uitgeverij i.s.m. Vogelbescherming Nederland, Zeist, .192 blz, ISBN 978 90 5011 891 0, € 22,95.
Onder "bionisch" verstaan we iets dat een levend orgaan of lichaamsdeel imiteert. We kennen het o.m. onder de vorm van implantaten. Maar we kunnen veel verder gaan en in het verleden heeft men vogels, hun vleugels en vliegvermogen bestudeerd om uiteindelijk bij de bouw van vliegtuigen en helikopters uit te komen. Daarmee is de kous nog niet af: een zwerm spreeuwen of een vogelsnavel kan een volgende inspiratiebron zijn, onder meer voor het vervaardigen van gereedschap of het samenwerken in groep. Dit leuke boek bestaat uit 19 vogelverhalen rondom het thema natuur, techniek en duurzaamheid. Het richt zich tot lezers van 12 tot 120 en toont aan dat het vogelrijk een onuitputtelijke inspiratiebron is om onze uitdagingen aan te pakken en te realiseren en de wereld gezonder en mooier te maken. Je verneemt in dit boek wat een ei te maken heeft met een pleister en een vogelnest met vloerverwarming en waarom een flamingo nooit op zijn bek valt. De studie van vogels leert ons zuiniger omgaan met energie, te leven zonder afval en ons te beschermen tegen hitte, vocht en ziekteverwekkers. De vogelwereld is een onuitputtelijke bron van inspiratie want vogels hebben strategieën ontwikkeld die hen toelaten te overleven in barre omstandigheden. Vogels zijn ecologisch en laten een propere aarde achter voor hun nageslacht. En dat willen we toch ook, niet? Annemarit van Broekhoven is industrieel ontwerper en biomimicry specialist. De Bionische vogel is haar eerste boek. De illustraties zijn van de hand van Margot Westermann. Zij is vormgever en illustrator. Ze werkte jarenlang als product- en dessinontwerper en maakt nu ook non-fictiekinderboeken
Walter Belis

Gorman G., 2023. The Green Woodpecker
Gorman G., 2023. The Green Woodpecker. The Natural and Cultural History of Picus viridis, Pelagic Publishing, London, 224 blz., 978 1 7842 7436 8, £ 24.99 of ± € 29.
In deze publicatie komen alle aspecten van het leven van de Groene Specht uitgebreid aan bod. Informatie over de oorsprong, taxonomie, anatomie, verenkleed, rui, roep, verspreiding, status en instandhouding, leefgebieden, verplaatsingen, voortplanting, voeding en de relatie tot soortgenoten worden uitvoerig gepresenteerd en geïllustreerd met verbluffende kleurenafbeeldingen. Het boek is vlot geschreven en wordt ondersteund door een uitgebreide lijst van bibliografische referenties. Deze monografie, weliswaar van bescheiden omvang wat het aantal pagina's betreft, is een fascinerende en meeslepende biografie van één van de meest charismatische vogels in Europa, geschreven door 's werelds spechtenexpert. Inderdaad, Gerard Gorman heeft talloze artikelen en verschillende boeken over spechten gepubliceerd. Al 30 jaar reist hij de wereld rond om spechten te bestuderen. Gorman woont in Boedapest en is een van de oprichters en huidige voorzitter van de Hongaarse Woodpecker Working Group.
Walter Belis

Louette M., 2023. De vogelsoorten uit de typeverzameling
Louette M., 2023. De vogelsoorten uit de typeverzameling, Africa Museum, Tervuren, 180 blz., ISBN 978 9 4645 9621 2, € 25.
In deze nieuwe publicatie stelt ornitholoog Michel Louette de vogelsoorten voor waarvan de typespecimens in het AfricaMuseum worden bewaard. Typespecimens zijn exemplaren die gebruikt worden voor een soortbeschrijving. Ze zijn van grote wetenschappelijke waarde omdat ze als referentie dienen voor iedereen die een soort wil bestuderen. Bij de beschrijving van een nieuwe soort kiest een wetenschapper één of meer exemplaren die representatief zijn voor de soort en wijst deze aan als typespecimen. In dit boek wordt duidelijk aangetoond dat de taxonomie of de classificatie en beschrijving van soorten voortdurend kan worden aangepast naarmate men tot nieuwe inzichten komt. Zoals elke wetenschappelijke tak is taxonomie geen statisch gegeven en wordt er constant aan gesleuteld om tot een correcter beeld te komen. Heel regelmatig worden nieuwe soorten ontdekt en moet de taxonomie worden aangepast. Het is best mogelijk dat apart beschreven soorten uiteindelijk één soort blijken te zijn. Ondersoorten kunnen dan weer tot volwaardige soorten evolueren. In 2010 publiceerde Michel Louette met enkele collega's Type Specimens of Birds in the Royal Museum for Central Africa, Tervuren. Deze publicatie bevat een inventaris van de 988 typespecimens van vogels die in Tervuren worden bewaard. Sommige soorten die in 2010 apart werden geclassificeerd, zijn sindsdien één soort geworden en voor andere soorten gebeurde het tegenovergestelde. Om die reden vergeleek Louette de Wereldvogellijst van het Internationaal Ornithologisch Congres met de gegevens van de inventaris van 2010. Hij stelde vast dat het AfricaMuseum de typespecimens van 25 vogelsoorten bewaart. Bovendien presenteert het boek ook zes vogels waarvan de types zich in Tervuren bevinden, maar die nog niet als soort zijn erkend door de Internationale Ornithologische Unie. Ten slotte omvat het boek drie vogels die eerder als soort werden beschouwd, maar die in feite deel blijken uit te maken van reeds bekende soorten. Terwijl in de publicatie van 2010 de nadruk lag op de opgezette exemplaren van de vogelsoorten, ligt in De vogelsoorten uit de typeverzameling de focus meer op de vogels zelf. De collectie van het AfricaMuseum telt in totaal ongeveer 150 000 specimens en bewaart de typespecimens van 25 vogelsoorten. Wat Sub-Saharaans Afrika betreft bezit het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika één van de belangrijkste vogelverzamelingen. Het onderzoek in het KMMA spitst zich toe op de verwantschap tussen soorten van organismen, met andere woorden de taxonomie. Voor de vogelcollectie heeft Michel Louette, voormalig hoofd van het departement Biologie een heel belangrijke rol gespeeld. Hij was van 1974 tot 2012 conservator van de vogelcollectie en is de auteur van meer dan 200 wetenschappelijke artikels. Zelf beschreef hij ook vijf nieuwe vogelsoorten. Michel Louette is ook lange tijd een drijvende en inspirerende kracht geweest voor de redactie van het huidige Natuur.oriolus. Nu maakt hij deel uit van de redactie-adviesraad van dit ornithologisch tijdschrift. De vogelsoorten uit de typeverzameling is geïllustreerd met prachtige foto's en originele tekeningen. De meeste vogels zijn erg zeldzaam en moeilijk te observeren. Dankzij de hulp van enkele van 's werelds beste natuurfotografen heeft de auteur gebruik kunnen maken van recente foto's van vogels in hun natuurlijke omgeving. Voor de andere typesoorten werden originele tekeningen gebruikt.
Walter Belis

Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief