Een van de grootste en meest iconische vissen uit de oceaan zwemt opnieuw rond in de Noordzee: na tientallen jaren van afwezigheid is de Blauwvintonijn opnieuw aangetroffen in het noordelijke deel. Goed nieuws voor de mariene biodiversiteit: Blauwvintonijnen zijn een van de meest bedreigde vissen ter wereld. In samenwerking met WWF voorzien Zweedse en Deense onderzoekers enkele dieren van zendertjes om de vissen optimaal te kunnen beschermen.
De Blauwvintonijn is recent opnieuw aangetroffen in de Noordzee. De vissen zijn onder andere gevonden in de Scandinavische wateren en rond de Shetlandeilanden. Ook in Nederland, meer specifiek op de Waddeneilanden en in Zeeland, zijn het voorbije jaar twee dode exemplaren aangespoeld. Onderzoekers uit Zweden en Denen willen te weten komen waarom deze vissoort zijn weg teruggevonden heeft naar de Noordzee. Daarom voorzien ze in samenwerking met WWF enkele individuen van satellietzenders en zamelen ze ook DNA in. Op die manier kunnen de wetenschappers de bewegingen van de vissen volgen en ontdekken waar ze precies vandaan komen.
De Blauwvintonijn behoort tot de grootste tonijnen en wordt meteen ook bij de grootste vissen in de oceaan gerekend. Hij kan een lengte bereiken van 4.5 meter en een gewicht van wel 680 kilogram. Deze actieve roofvis kan snelheden halen van 70 kilometer per uur. Handig, want ze leggen zeer grote afstanden af tussen voedselgebieden en paaigebieden in de Golf van Mexico en de Middellandse Zee. Door overbevissing en door een langzame aangroei is de populatie van Blauwvintonijnen de laatste decennia fors afgenomen. Zo is er sinds de jaren 1950 een afname van 43 % in het oostelijk deel van de Atlantische Oceaan. In de Noordzee is de soort vijftig jaar geleden volledig verdwenen. Vandaag is het een van de meest bedreigde vissen.
Toch is het niet altijd zo geweest. Tot in de helft van de vorige eeuw waren Blauwvintonijnen zeer algemeen in de Noordzee. In het begin van vorige eeuw vormden ze zelfs een plaag voor de haringvissers; de vissen vernielden hun netten. Vanaf de tweede helft van de twintigste eeuw werd de soort steeds vaker bevist, vooral voor menselijke consumptie, wat leidde tot een steile afname van de populatie.
Waarom de tonijnen nu opnieuw vaker worden gevonden in de Noordzee, is nog erg onduidelijk. De data van de Deense en Zweedse onderzoekers zullen vrijkomen,wanneer de zendertjes loskomen van de vissen en op de oppervlakte drijven. Aan de hand van deze gegevens kunnen de onderzoekers dan de populatie van Blauwvintonijnen in kaart brengen en zo kunnen er maatregelen genomen worden om de vissen beter te beschermen. Wanneer we op termijn opnieuw robuuste populaties zouden hebben in de Noordzee, zal het zaak zijn om werk te maken van duidelijke vangstquota en duurzame vangsttechnieken, om te vermijden dat de geschiedenis zich zou herhalen.
Tekst: Stephie Seghers, Natuurpunt
Foto: Mark Lundgren / WWF
Bronnen:
-
Fockedey, N. (2012). Zeg niet zomaar tonijn. De Grote Rede, 33: 2-9.
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief