Afbeelding
Gail Hampshire

Dubbelstipsnuituil overwintert in hol van de leeuw

4 feb 2016
Categorieën
Natuurbericht

In Antwerpen werd een overwinterende Dubbelstipsnuituil gefotografeerd tussen overwinterende vleermuizen in een vleermuisbunker. Het gaat om de tweede waarneming ooit in België. De zuidelijke soort is al jaren aan een noordelijke opmars bezig.

De Dubbelstipsnuituil oogt niet als een spectaculaire nachtvlinder. Voor een leek is dit niet meer dan ‘een bruine mot’, zij het dan wel één met een lange snuit. Net als de andere snuituilen in ons land heeft de Dubbelstipsnuituil verlengde monddelen. De herkenning van de soort is niet zo evident, aangezien hij goed lijkt op een andere bruine mot, de Hopsnuituil. Bovendien zijn beide soorten nogal variabel in tekening: je moet naar subtiele kenmerken zoals kleine zwarte stippen en het verloop van een dwarslijn kijken om beide soorten te onderscheiden.

In Deurne werd de Dubbelstipsnuituil waargenomen door vleermuizentellers. Dat is op zich niet zo verwonderlijk. Net als zijn algemenere broertje Hopsnuituil overwintert de Dubbelstipsnuituil als volwassen vlinder. Dat doet hij wel eens in gebouwen, zoals bunkers etc. Ook de eerste exemplaren voor Nederland werden in vleermuisbunkers aangetroffen.  Net als het Roesje, een algemene roestkleurige nachtvlinder, overwintert deze snuituil dus letterlijk tussen zijn predatoren: vleermuizen.

De eerste waarneming voor België gebeurde in de herfst van 2010. Toen werd een exemplaar gevangen in Wenduine. Dit beestje was aangetrokken door smeer, een mengsel van wijn en suiker dat gebruikt wordt om nachtvlinders te lokken.

Afbeelding
10071528.jpg

Dubbelstipsnuituil in overwinterplaats voor vleermuizen in Deurne, in het hol van de leeuw. (foto: Lili Claes)

Dat deze soort nu overwinterend in Antwerpen gevonden werd, is niet zo verwonderlijk. Deze soort is al jaren aan een noordwaartse opmars bezig, stelt men ook in Frankrijk vast. In Zuid-Engeland heeft de Dubbelstipsnuituil zich recent gevestigd. En in januari 2015 doken de eerste drie exemplaren voor Nederland in Zuid-Hollandse bunkers (waar er de voorbije maand weer één gezien werd). Dit lijkt dus weer een zuidelijke soort in opmars te zijn.

Klein glaskruid is de belangrijkste waardplant voor de Dubbelstipsnuituil. Deze muurplant is niet zo heel algemeen, maar komt vooral voor in stedelijke omgeving (met name stadscentra) voor. De laatste jaren wordt Klein glaskruid steeds meer gemeld, maar hier speelt wellicht een sterk waarnemerseffect. Of de Dubbelstipsnuituil zich bij ons gaat vestigen en een stadsmot bij uitstek wordt, is moeilijk te voorspellen. Alleszins valt te verwachten dat de soort de komende jaren vaker gemeld zal worden. We willen daarom oproepen om elke vermeende ‘Hopsnuituil’ te fotograferen en in te voeren op www.waarnemingen.be. Foutief gedetermineerde exemplaren kunnen zo alsnog worden opgevist.

Tekst: Wim Veraghtert, Vlinderwerkgroep van Natuurpunt
Foto: Lili Claes

Met dank aan vleermuisonderzoekers Lili Claes en Kris Boers die dit exemplaar fotografeerden en invoerden op www.waarnemingen.be.