Het wordt een weerkerend fenomeen: na elke hevige stortbui zijn er tal van dorpen waar de dweilen en aftrekkers moeten worden bovengehaald. De schade is vaak immens, zowel materieel als emotioneel. Vorig weekend was het de beurt aan Landen en Gingelom. Hoe stoppen we de modderstromen die door de klimaatverstoring alleen maar zullen toenemen? Simpel: met een ernstig erosiebeleid, dat aardappelen en maïs van hellingen haalt en de achterhaalde teeltvrijheid aan banden legt.
Deze opinie verscheen ook in De Standaard van 10/06/2022
Welk gewas wordt waar geplant in landbouwgebied? Die keuze wordt vandaag hoofdzakelijk gebaseerd op wat het meeste geld opbrengt voor de sector. Nochtans heeft de keuze grote gevolgen voor biodiversiteit, bodem- en waterkwaliteit. Zo kunnen bepaalde winstgevende teelten de bodemstructuur zo aantasten dat het risico op onomkeerbare bodemerosie en modderstromen aanzienlijk toeneemt bij stormweer.
Vrijheid stopt waar klimaatschade begint
De keuze voor een teelt overstijgt de individuele keuze wanneer dit leidt tot overlast voor de hele omgeving. Is het verbouwen van erosiegevoelige teelten zoals aardappelen en maïs op hellingen te verantwoorden wanneer burgers aan de voet van die helling daarvoor moeten dweilen, pompen en betalen? Zeker als je weet dat we deze twee teelten voornamelijk exporteren of gebruiken als veevoer, zijn er vragen te stellen bij deze teeltvrijheid. Waarom wordt aan woningbouwers in overstromingsgebied wel gevraagd om waterbestendig te bouwen, maar aan landbouwers in datzelfde gebied niet om waterbestendig te telen?
Teeltenatlas
De oplossing ligt voor het grijpen. Een wetenschappelijk doortimmerde teeltenatlas zou de kans bieden om elke landbouwer de keuze te geven tussen een selectie van teelten die afgestemd is op lokale en globale noden en kansen. Deze atlas stuurt de keuze van een landbouwer om de juiste teelt, in de juiste rotatie op de juiste plaats te zetten om zo de druk op omgeving, natuur en biodiversiteit te beperken. Erosiegevoelige teelten als aardappelen en monoculturen van maïs op hellende percelen worden zo verplaatst naar plekken waar ze geen schade meer berokkenen aan natuur en maatschappij.
Landbouwers die daarvoor hun bedrijfsvoering moeten aanpassen, kunnen een duw in de rug krijgen via het landbouwbeleid. Of landbouwers kunnen gestimuleerd worden om op kwetsbare percelen te kiezen voor minder lucratieve maar erosiebestendige teelten zoals wintergraan, grasland of luzerne. Ander laaghangend fruit: de erosiemaatregelen op álle erosiegevoelige percelen verstrengen, en niet enkel op het kleine aandeel zeer hoog-erosiegevoelige percelen. Zo maken we ons landschap klimaatrobuuster, reduceren we de risico’s voor landbouwers en verminderen we de kans op schade bij hevige regenval, die enkel zal toenemen.
Beter meten
Momenteel wordt de effectiviteit van het Vlaamse erosiebeleid gemeten met flink wat ruis, omdat ze gebaseerd is op vrijblijvende en niet-gecontroleerde informatie. Zo heeft men geen idee wie welke erosiemaatregel toepast, waar en wanneer. Een zogeheten bodempaspoort kan soelaas bieden: dat bevat relevante meetgegevens voor elk landbouwperceel en kan een welgekomen instrument zijn om het bodembeleid te meten en waar nodig bij te sturen. De overheid kan het als maatstaf gebruiken om bodemverbeterende landbouwpraktijken te belonen en bodemuitputting te ontraden.
Natuur in landbouwgebied
Zoals vaak is samenwerken met de natuur de goedkoopste en beste oplossing. Het aandeel natuur in landbouwgebied moet omhoog, om een robuuste erosiebuffer en een veerkrachtig landschap te creëren. Denk aan hagen, houtkanten en brede bufferstroken die volgens de hoogtelijnen in het landschap kunnen worden ingepland. De bijkomende voordelen van zo’n natuurlijker landbouwlandschap zijn groot: zo wordt in de bodem meer koolstof opgeslagen en fungeert zo’n groene dooradering van ons landbouwgebied als hotspot van boerennatuur. De ambitie in de Europese Farm to Fork-strategie, om te streven naar minimaal 10% aan dergelijk niet-productief areaal, moet hierbij de leidraad vormen.
Het kwetsbare landbouwlandschap van vandaag is een gevolg van politieke keuzes. Zonder sturing in het landbouwbeleid is het logisch dat landbouwers kiezen voor lucratieve, erosiegevoelige teelten, onder druk van afnemers zoals retail en de verwerkende voedingsindustrie. Maar het is de burger die de modderfactuur gepresenteerd krijgt. In de vorm van schade op de korte termijn, maar ook op lange termijn: want zorg dragen voor onze bodem is zorgen voor toekomstige generaties. Weggespoelde bodem die duizenden jaren nodig had om zich te vormen, keert immers niet meer terug. Tijd dus om het erosiebeleid aan te scherpen. De maatregelen liggen klaar. Het is nu aan onze politieke verantwoordelijken om het algemene belang voorop te stellen en onze landbouwers te helpen om opnieuw de behoeders van het levend buitengebied te worden.
Meer info: [email protected]
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief