Afbeelding
steenhommel mannetje
Kurt Geeraerts

Hommels Fotograferen

26 apr 2024
Categorieën
Lokaal nieuws
Organisatie

Bij het fotograferen van wilde bijen, kan je rekening houden met heel wat factoren om de foto’s zo esthetisch mogelijk te maken. Er zijn uiteraard verschillen in smaak, maar grofweg kunnen we zeggen dat we graag een zo groot mogelijk deel van de bij scherp willen, en dat de achtergrond weinig details toont en liefst een egale kleur heeft. Gelukkig zitten hommels meestal vrij rustig op een bloem, waardoor we al niet moeten mikken op de snelle sluitertijden, zoals 1/1200 s. Dat betekent dat we ook op donkere plekken mooie foto’s kunnen maken.

In dit artikel willen we het vooral hebben over een andere doelstelling van fotografie: bijensoorten herkenbaar fotograferen. Wie de moeite doet om bijen te fotograferen, die wil meestal ook graag weten over welke soort het gaat. Dat is zeker het geval voor alle citizen scientists die hun observaties invoeren op waarnemingen.be. Die wachten dan vol geduld (en soms ongeduld) op de goedkeuring van een administrator. Een heel team van vrijwilligers bekijkt de ingezonden foto’s nauwgezet, maar slagen er soms met de beste wil van de wereld niet in om een waarneming goed te keuren wegens onduidelijke foto’s. De software van waarnemingen.be is ondertussen zo geëvolueerd, dat heel wat observaties automatisch tamelijk correct gesuggereerd worden, ook bij hommels. Maar vaak ook niet. Met een paar tips hopen we dat de ingezonden foto’s van hommels beter zullen worden, zodat de admins en de waarnemers voor minder onoplosbare raadsels komen te staan.

Algemeen kunnen we zeggen dat hommels tenminste dorsolateraal moeten gefotografeerd worden, d.w.z. boven-zijdelings, zoals op de foto van de Boomhommel hiernaast te zien is.

 

Voor de volledigheid kan je het uiteraard in twee keer doen: een keer vanaf de bovenkant, een keer vanaf de zijkant. Hieruit kan je afleiden wat het geslacht is: mannetjes hebben een dunnere scheen die bol is met meer beharing in het centrale deel, terwijl vrouwtjes een bredere en afgeplatte scheen hebben die centraal meer glimt, al dan niet met stuifmeelklompjes. Wie zijdelingse foto’s maakt, die krijgt de achterste schenen wel in beeld. Als je je informeert over de levenscyclus van de hommels, dan kan je bovendien weten dat een hommelwaarneming op 15 februari wel een koningin moet zijn, want de werksters worden later op het jaar geboren, en nog later de mannetjes.

 

Vervolgens kan je ook de soort meestal bepalen als je de kleurbanden kan zien op de achterlijfspunt en het borststuk. Heel vaak worden hommels gefotografeerd op een bloem met enkel het borststuk zichtbaar, bvb op de foto hiernaast. Het oog van de expert ziet er een Akkerhommel in door de eerder witte haren op de zijkant van het borststuk, maar met een wit achterste kan het ook een Boomhommel zijn, zoals op de foto hierboven.

Door in zo'n gevallen mooi in profiel te trekken staat de achterlijfspunt er op. Zo kan je ook werksters van de Weide- en Aardhommel uit elkaar houden.

Soms is het ook belangrijk om de gezichtsbeharing in focus te hebben. Bij mannetjes van de Aardhommel-groep en de Steenhommel is een foto van het ‘snorretje’ belangrijk, zie mannetje Steenhommel hiernaast met duidelijke gele haren op het aangezicht.

 

Doorgaans is het zo dat scherpte altijd beter is dan onscherpte. Als de hommel veel beweegt, wacht dan eventjes, zodat je bewegingsonscherpte kan vermijden. Met een smartphone fotograferen werkt prima, maar vergeet niet scherp te stellen door met je vinger op het scherm te tikken. Soms moet je het beeld op je scherm inzoomen door te pinchen met duim en wijsvinger. Let er wel op dat je niet teveel inzoomt of bijsnijdt, want dan wordt de hommel ook al gauw onherkenbaar door gebrek aan detail. Administrators krijgen soms beelden voorgeschoteld als de onderste foto op deze bladzijde.

Wie waarnemingen invoert, hanteert best ook de regel ‘1 dier – 1 waarneming’, want soms worden 2 verschillende soorten gefotografeerd op 1 bloem en ingevoerd als 1 soort. Soms staat er op de eerste foto een mannetje, op de andere een vrouwtje. Die worden best afzonderlijk ingevoerd, of als mannetje én vrouwtje. Wil je ze toch samen vereeuwigen, maak er dan een uitdaging van om eens een copula of paring op beeld te zetten. Dat is een zeldzame gebeurtenis en is weinig gedocumenteerd.

 

Veel plezier in het veld!

 

Auteur: Kurt Geeraerts

Foto's: (c) Kurt Geeraerts

Lid van vrijwilligersvereniging Aculea – de werkgroep van bijen en wespen van Natuurpunt