Een zacht najaarsweekend trekt menig Lierse wandelaar en fietser naar de dijken van de Nete. Ter hoogte van het natuurgebied Anderstad stuitten ze de voorbije weken op een horde gepantserde Chinezen met getrokken knipmes: migrerende Chinese wolhandkrabben. Een fenomeen dat we steeds vaker zullen zien want deze 'gevreesde' exoot zou wel eens grote delen van Vlaanderen kunnen overspoelen. De IUCN catalogeerde haar zelfs bij de ‘100 of the world's worst invasive alien species’!
De Chinese wolhandkrab (Eriocheir sinensis) is een grote zoetwaterkrab die leeft in getijdenrivieren, mondingen en kustgebieden van Oost-Azië. Ze werd voor het eerst in Europa gezien in 1912, toen een aantal krabben samen met het ballastwater van een schip werden geloosd in de Weser, een rivier in Duitsland. Van daaruit, maar wellicht ook via andere schepen, begon de kolonisatie. De krabben kunnen overleven in vervuild water maar de verbeterende waterkwaliteit appreciëren ze ten zeerste. Voor België begint het verhaal in 1933, toen de eerste krabben opdoken in het Antwerpse havengebied. De eerste waarneming in Anderstad in Lier dateert pas uit 2008, maar in 2012 werden er al verschillende honderden gezien. Het kan dus snel gaan!
Stevig armhaar
De grotere exemplaren hebben een pantser van ca. 7 cm en met de poten erbij kom je al snel tot 30 à 40 cm krab. Opvallen doen ze dus wel! Een naderende wandelaar mag zich steevast verwachten aan een imposante dreighouding: verticaal op de achterpoten met de open scharen dreigend in de lucht. Daarmee kunnen ze pijnlijk knijpen, maar zelf aanvallen doen de krabben niet, ze zijn eerder schuw. Hun naam danken ze aan de stevige bundels haren op de scharen en de poten.
Schadelijk?
Ze ziet er vrij onschuldig uit, maar de Chinese wolhandkrab is een gevreesde alleseter die zich voedt met algen, wormen, schelpdieren en kleine vissen. Vooral de schade aan de riviervisserij is een probleem: ze eten aas op en vernielen visnetten en fuiken. Het eten van vissen en hun prooidieren is dan weer een ecologisch pijnpunt en ook eieren en larven van vissen worden gesmaakt, zodat ook de grote soorten in het gedrang kunnen komen. Door het graven van holen ondermijnen ze bovendien de stabiliteit van dijken en oevers en er zijn gevallen bekend waarbij de krabben watervoorzieningssystemen blokkeerden door in grote getale in de file te staan voor de migratie. In Duitsland werd de economische schade over de voorbije jaren geraamd op 80 miljoen euro. Onschuldig?
De krabben migreren in september-oktober, ze trekken dan naar getijdenwateren, in dit geval de Schelde, om er te paren. Daarbij verplaatsen ze zich tot wel 12 km per dag. 'Te voet' overbruggen ze droge plaatsen, sluizen e.d. om stromend water te bereiken, en dat konden de wandelaars de afgelopen dagen vaststellen in Lier.
Tot op heden kenden we bij ons geen natuurlijke vijanden van de Chinese wolhandkrab, die een snelle uitbreiding zouden kunnen afremmen. De Lierse vogelkijkers deden echter interessante vaststellingen: Kleine mantelmeeuwen en Zilvermeeuwen gaan over tot de aanval en plukken geregeld krabben uit het water, bijten de scharen af met hun krachtige snavel en vliegen weg met de hulpeloze, spartelende krab. Kraaien snoepen graag van de achtergebleven poten.
Exoot gezien?
De intensieve aanpak van exoten van dit kaliber dringt zich zeker op en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) monitort de meest schadelijke soorten. Zie je zelf Chinese Wolhandkrabben of andere invasieve exoten, meld dit dan via www.waarnemingen.be (eerst registreren). Via deze meldingen wordt een beter beeld verkregen van de verspreiding in Vlaanderen en kunnen lokale maatregelen overwogen worden.
Tekst: Gerald Driessens
Foto: Kristof Van Asten
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief