Mollenweekend levert 3.312 extra meldingen op

Afgelopen weekend organiseerde Natuurpunt het eerste ‘Mollenweekend’. Dat was een uitgesproken succes: ondanks het weer werden 3.312 nieuwe meldingen van molshopen geregistreerd. In andere weekends zijn dat er 30-100. Natuurpunt wil met de actie het grote publiek inschakelen om een beter zicht te krijgen op de verspreiding van de mol in Vlaanderen. Voorlopig lijkt het erop dat we nog geen alarm moeten slaan. De resultaten komen uiteindelijk terecht in een nieuwe Vlaamse zoogdierenatlas. Meldingen van molshopen blijven ook na het weekend welkom via waarnemingen.be.

Blinde vlekken massaal ingevuld
De oproep om op zoek te gaan naar molshopen, kon op veel enthousiasme rekenen bij het grote publiek: in één weekend tijd werd de aanwezigheid van 3.312 mollen vastgesteld, verspreid over 1.536 kilometerhokken (hokken van een kilometer op een kilometer). In 923 gevallen ging het om nieuwe kilometerhokken, plaatsen waar nooit eerder mollen gemeld waren. Sinds de opmaak van de vorige Vlaamse Zoogdierenatlas in 2003 werden 17.477 meldingen van mollen doorgegeven. Dankzij de succesvolle actie van afgelopen weekend kwam daar op slag 18 procent bij, tot ongeveer 20.000 meldingen.

In totaal kennen we voortaan de verspreiding van de mol in 6.219 kilometerhokken, of 40% van Vlaanderen. Er blijven met andere woorden nog wel wat blinde vlekken: daarom is het zeker zinvol om nieuwe waarnemingen in te voeren. We waren vooral benieuwd naar de locaties waar sinds begin 2003 nog geen mol of molshoop gemeld werd.

Het grootste aantal meldingen kwam uit Oost-Vlaanderen. Dan volgen Antwerpen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen en tot slot Limburg. In West-Vlaanderen ligt nog veel onbekend terrein, in Limburg liggen de waarnemingen mogelijk lager als gevolg van de relatief grote oppervlakte bedekt met bossen, waarin molshopen moeilijker te onderscheiden zijn.

Wat leren we uit die cijfers?
Het beeld van de verspreiding van de mol in Vlaanderen is een stuk duidelijker geworden. Enkel in zeer dicht bebouwde stadskernen dringt de mol niet door. Toch toont de mol een zeer groot aanpassingsvermogen: zelfs tientallen meters ver onder verharde grond kan een mol doorgraven.

De sterke achteruitgang van het aantal insecten en de bodemkwaliteit zou ook effecten kunnen hebben op een ondergronds levende insecteneter als de mol, zo vreesden we. Uit de eerste resultaten van het mollenweekend lijkt het dat we voor de mol voorlopig geen alarm moeten slaan.

Natuurpunt wil gazonliefhebbers uitnodigen om nader kennis te maken met de mol. Want met wat meer kennis over de levenswijze van de mol wordt het snel duidelijk waarom mollen bestrijden net méér last van molshopen oplevert. Meer info vind je op www.natuurpunt.be/mol. Waarnemingen zijn nog altijd welkom op www.waarnemingen.be

Tekst: Diemer Vercayie, Natuurpunt Studie