Afbeelding
Wim Dirckx

Pleidooi voor meer waterrijke gebieden: moerassen zijn de nieren van ons landschap

2 feb 2022
Categorieën
Natuurbeleid


Deze opinie verscheen ook in Knack van 02/02/2022

Oud Nederlands raadseltje: waar kan een vis niet zwemmen en een koe niet lopen? Welja: een moeras. In een niet zo ver verleden nog aanzien als een poel van verderf waar 's nachts mysterieuze dwaallichten mensen van het goede pad af het moeras inlokten. Zo beschreef Vlaams auteur Ernest Claes in zijn boek Jeugd (1940) dit fenomeen in de moerassen van zijn geboortestreek rond het Demerbroek als volgt: “In de hete zomernachten hing er boven de 'kwachten' of moerassen van het broek een bleke smoor, en daarin verschenen de dwaallichten. Een angstwekkende verschijning… en dan is er maar één uitweg: lopen, lopen!”

Ondertussen weten we dat de uitleg hiervoor minder feeëriek is. De blauwgroen oplichtende verschijning wordt veroorzaakt door een spontane ontvlamming van organische gassen. Een eerder teleurstellende wetenschappelijk uitlegmaar met de kennis nam ook het eerherstel voor onze waterrijke gebieden toe.

Nieren van ons landschap

En die erkenningkomt niets te laat. Wetlands, waterrijke topnatuur waar het typische moeras maar één van de vele types is, zijn zowel spons, koelkast als koolstoftank. Onmisbaar in een wereld waar we als de bliksem werk moeten maken van kostenefficiënte oplossingen om ons voor te bereiden op de gevolgen van een verstoord klimaat. Wetlandherstel zorgt voor een grotere wateropvangcapaciteit en tragere afvoer waardoor het risico op wateroverlast drastisch verkleint. Bovendien dient het in de zomer als een natuurlijke airconditioning tegen oververhitting. Daarnaast slaan ze een berg koolstof op. Maar misschien nog het meest belangrijke: wetlands behoren ecologisc tot de meest waardevolle gebieden. Het zijn hotspots van biodiversiteit waar 40% van alle diersoorten wereldwijd op de een of andere manier afhankelijk is. 

Vandaag, op Wereld Wetland Dag, brengen we een ode aan onze waterrijke topnatuur. Deze viering is een initiatief van de Ramsar-organisatie. Ramsar is de Iraanse stad waar op 2 februari 1971 een internationaal verdrag werd gesloten om watergebieden te beschermen. Het is daarmee het oudste internationale verdrag voor natuurbescherming. Dankzij Ramsar kregen bekende namen zoals het Zwin, de Blankaart en IJzervallei, de Vlaamse Banken, de schorren van de Beneden-Schelde, Kalmthout en een aantal gebieden in Wallonië het wettelijk beschermingsstatuut.

Deze jaarlijkse viering blijft nodig want onze wetlands hangen wereldwijd aan het infuus. Met een wereldwijd verlies van 35 % sinds 1970 zijn ze ons meest bedreigde ecosysteem, dat drie keer sneller verdwijnt dan bossen. Voornamelijk als gevolg van niet-duurzame landbouw en verstedelijking. Onlangs bleek uit de geüpdatete Rode Lijst van bedreigde soorten van de IUCN dat de vernietiging van wetlands de hoofdoorzaak is van de wereldwijde achteruitgang van libellen.

Opschalen

Gelukkig erkent het Vlaams regeerakkoord voor het eerst de weldaden (zogenoemde ecosysteemdiensten) van natte natuur. Broodnodig, want een studie van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) heeft aangetoond dat Vlaanderen liefst 75% van zijn wetlands verloor in de afgelopen 60 jaar. Is daarmee de kans voor een natuur- en waterrijke toekomst in Vlaanderen verkeken? Gelukkig niet. Hetzelfde INBO schat het potentieel voor herstel op 147.000 ha. Een derde hiervan, zo’n 49.000 ha, ligt in een groene bestemming of Natura2000-gebied. Het speelveld ligt dus open om de komende jaren een forse inhaalbeweging te maken voor herstel. Naast de noodzakelijke focus op bijkomend bos, zou er de komende jaren minstens evenveel grinta aan de dag gelegd moeten worden om het tijdperk van grote vernatting in te luiden. Wij proberen het goede voorbeeld te geven. Natuurpunt startte vorig jaar een nieuw project: Wetlands4Cities. Het doel is om stedelijke wetlands te realiseren in Vlaanderen en deze in te zetten als natuurlijke klimaatbuffers.

En er liggen voor onze minister van natuur Zuhal Demir nog kansen om verder te gaan in het klimaat- en natuurrobuust inrichten van onze regio. Na 50 jaar Ramsar denken wij dat het tijd is om te kijken welke Vlaamse wetlands we kunnen toevoegen aan de prestigieuze lijst van Ramsar-gebieden. Uiteraard met voldoende kritische benadering bij de selectie ervan. Enkel voldoende herkenbare, omvangrijke en kwalitatieve gebieden kunnen in aanmerking komen. Een handvol kanshebbers komen onmiddellijk in het vizier. Denk bijvoorbeeld aan enkele poldergebieden in West- en Oost-Vlaanderen met de Oostkustpolders als grote belofte. Maar ook unieke zoetwatergetijdengebieden van de Schelde, het Vijvergebied midden Limburg, de Grensmaas, het Rivierengebied rond Mechelen etc zijn kanshebbers. Zonder al te veel gedoe kunnen we deze wetlands een eretitel en internationaal podium geven die bij zo een Ramsar-stempel horen.

Het inzetten en herstellen van wetlands zal de komende jaren nog meer op de voorgrond treden als een van dé meest efficiënte maatregelen om onze maatschappij weerbaarder te maken tegen klimaatverandering. Als we daar in slagen, samen met een zo snel mogelijke uitfasering van fossiele brandstoffen wereldwijd, kunnen we opnieuw dromen van een koolstofneutrale, klimaatrobuuste en natuurrijke wereld.