Een rotskruiper verwacht je op het eerste zicht niet meteen in België: het is een vogel die vooral in de bergen van Zuid- en Oost-Europa tot diep in Azië voorkomt. Wanneer hij zijn vleugels spreidt, vertoont hij een exotische kleurenpracht van zwart, wit en vuurrood. Toch wordt deze soort steeds vaker opgemerkt in ons land, en dan vooral op de rotswanden in de zuidelijke provincies. Sinds kort verblijft er weer eentje in Dinant.
Op 30 december 2014 was het al eens groot nieuws: voor het eerst sinds lang was er toen een rotskruiper te zien in België. Honderden vogelkijkers uit binnen- en buitenland zakten in de winter 2014-2015 af naar Dinant. De ‘Kruiper van Dinant’ had het er zo naar zijn zin dat hij zelfs tot begin april 2015 bleef.
Gelukstreffers
In 2015 waren er nog twee gevallen van deze soort, telkens op rotswanden of in steengroeves in Wallonië. Daarna bleef het even stil, tot er op 31 oktober 2019 paniek uitbrak op de trektelpost van De Panne. Diederik D’Hert zag immers een rotskruiper langsvliegen en kon zijn medevogelaars net op tijd alarmeren. Doordat toen permanent opnames werden gemaakt van overtrekkende vogels kon dit unieke geluidsfragment worden geregistreerd. Na deze korte waarneming werd deze vogel niet meer teruggezien.
Op 14 december besloot Robin Gailly (die ook de vogel van 2014 ontdekte) nog eens uit te kijken naar de soort in Dinant. Ook nu was het weer raak, met een rotskruiper op de ‘Rocher Bayard’ oftewel het Ros Beiaard. Meteen goed voor het 15e geval van deze soort in België. De eerste waarneming in ons land dateert al uit 1890. Daarna waren er t.e.m. 2003 amper acht meldingen. Of de soort de laatste jaren vaker in ons land de winter doorbrengt, of dat de soort vaker wordt opgemerkt door gerichte zoekacties, is niet meteen duidelijk.
Kenmerken
Met gesloten vleugels is een rotskruiper behoorlijk onopvallend en niet meer dan een kleine grijze vogel (ca. 17 cm) op een grijze rots. Gelukkig slaan rotskruipers om de haverklap als een vlinder hun ronde, zwart en vuurrode vleugels met witte bolletjes open. Daardoor zijn ze iets eenvoudiger terug te vinden, zelfs wanneer ze hoog op een rotswand op zoek zijn naar rupsen, spinnen, oorwormen, duizendpoten en andere ongewervelden die ze met hun lange, fijne snavel van tussen de rotsspleten halen. Ook in vlucht hebben rotskruipers een onmiskenbaar patroon. De soort heeft aan deze fladderende kleurpracht een aantal sprekende bijnamen te danken als vogelvlinder, rode muurloper, rotsbloem en vliegende alpenroos.
Rotskruipers zijn verwant aan de boomklevers en broeden doorgaans in steile rotsen, met weinig vegetatie en nabij water, op 1.000 tot 5.000 meter hoogte. ’s Winters dalen ze vaak af naar lager gelegen gebieden, waarbij ze soms zelfs op grote gebouwen opduiken. Zo werden er al rotskruipers waargenomen op de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal van Parijs, het Paleis van Versailles en de Acropolis van Athene. En nu dus nu opnieuw in Dinant, waar hij vooral gezien wordt op en rond de ‘Rocher Bayard’. Als hij het hier even naar zijn zin heeft als zijn voorganger, kunnen we nog wel een tijdje van deze winterse gast genieten.
Het reilen en zeilen van deze vogel is dagelijks te volgen op waarnemingen.be.
Tekst: Simon Feys, Natuurpunt Studie
Foto: Kris De Rouck
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief