Roggelelie is vooral bekend van stenige hellingen in gebergten in de Alpen en Zuid- en
Midden-Europa. Het is van oorsprong een zoomplant, een plant die bij voorkeur groeit in
de nabijheid van struiken of hoge grassen en kruiden.
In lager gelegen gebieden vond roggelelie een gelijkaardige plek om te aarden, op zandige
akkers waar ondiep geploegd werd. Gaandeweg ontstond een specifieke ondersoort van
onze streken: Lilium bulbeferum subsp. Croceum.
Roggelielie kwam onder meer voor in de Antwerpse Kempen en in het Nederlandse Zuid-
Limburg en Drenthe. Vandaag blijft er in België slechts één kleine wilde groeiplaats, op een
stenige helling op de Sint-Pietersberg in Riemst. Ook de Nederlandse populaties zijn
ondertussen grotendeels verdwenen of zeer klein geworden.
Roggelelie is een bolgewas en kan zich vegetatief vermeerderen via bijbollen. Om zich voort
te planten via zaden, en op die manier genetisch gezonde en duurzame populaties te
vormen, is echter uitkruising nodig, dat wil zeggen, kruisingen tussen individuen die
genetisch verschillen. De resterende populaties in België en Nederland bestaan helaas
hoofdzakelijk nog uit slechts één genetisch individu, waardoor voortplanting onmogelijk
blijkt en de soort met uitsterven bedreigd wordt.
We mogen dus oprecht blij zijn dat er in het Leuvense een kleine populatie van deze plant is
aangetroffen!
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief