Afbeelding
Dagpauwoog
Robin Septor

Uitzonderlijk sterke start van het vlinderseizoen

25 mrt 2022
Categorieën
Natuurbericht

Grote aantallen vlinders zijn bij ons normaal iets voor de (na)zomer. In de vroege lente begint het doorgaans met bescheiden aantallen. Maar het bijzonder warme en zonnige lenteweer van de afgelopen week heeft voor een zelden geziene sterke en vroege start van het vlinderseizoen gezorgd.

De eerste vlinders vroeg in het voorjaar zijn exemplaren die als volwassen vlinder overwinterd hebben: na een vliegperiode in de zomer of herfst gaan ze in rust om bij de eerste warmte opnieuw tevoorschijn te komen. Wat later in de lente komen dan ook soorten tevoorschijn die als pop overwinteren. Doorgaans zijn er in ons land maar relatief weinig vlinders in de vroege lente. Bij soorten met meerdere generaties bouwen de populaties zich op in de loop van het jaar: vanaf enkele overwinteraars wordt elke volgende generatie talrijker dan de vorige. In de (na)zomer ligt het totaal aantal vlinders bij ons 2-10x hoger dan in de lente. Het vlinderseizoen start in de lente normaal dus heel bescheiden.

Maar niet dit jaar!  Het ongewoon warme en zonnige lenteweer van de afgelopen week heeft nu al voor een uitzonderlijk groot aantal vlinders gezorgd. Overwinterende soorten als dagpauwoog, citroenvlinder en gehakkelde aurelia, die ook vorig jaar al goed vlogen, hebben succesvol overwinterd en vliegen nu al in grote aantallen. Zelfs in aantallen zoals anders in de (na)zomer (zie hieronder). Kleine Vos, een vroeger zeer gewone soort die recent crashte en op de Rode Lijst kwam, volgt deze trend helaas niet: kan ook niet, want er vlogen er al super weinig in het najaar 2021, dus dan kunnen we ook niet verwachten dat er veel wakker worden deze lente. Atalanta’s zijn er ook nog niet veel gezien. Nochtans, vorig najaar waren er recordaantallen. Dat toont aan dat de overwintering van deze trekvlinder hier bij ons nog niet echt heel succesvol verloopt, zelfs na een uitzonderlijk zachte winter. We zullen moeten wachten tot de volgende generatie vanuit het Zuiden naar hier trekt.

Ook de eerste soorten die uit de pop komen als boomblauwtje en bont zandoogje lijken meteen een sterke start te nemen; én bovendien ook twee weken vroeger dan gemiddeld. Ook in 2014 en 2017 startte het vliegseizoen vroeg, maar niet zo vroeg als dit jaar. We moeten al teruggaan naar 2006 voor zo een vroege start.

Afbeelding
figuur_dagp_cit_2022.jpg

 

Figuur: Relatieve aantallen per week (gecorrigeerd voor zoekinspanning) voor 2022 (rood) en gemiddeld 2009-2021 voor de Dagpauwoog (links) en de Citroenvlinder (rechts). (Bron: trendgrafiek in waarnemingen.be https://waarnemingen.be/soort/stat_species/700 en https://waarnemingen.be/soort/stat_species/699)

Volgende week wordt echter opnieuw nachtvorst voorspeld, en dagtemperaturen beneden 10°C. Dat gaat de vlinderpret flink bederven. Maar voor veel van die heel vroeg vliegende overwinteraars gaat dat weinig uitmaken: die hadden aan de afgelopen warme dagen al genoeg om een partner te vinden, te paren en eieren te leggen. Hun taak zit er al op. Goed vertrokken voor een grote zomergeneratie ?

Vroege nachtvlinders

Ook het nachtvlinderjaar is goed gestart. De klassieke lentesoorten lijken goed te vliegen (al is het aantal zachte nachten tot nog toe beperkt gebleven). Wat opmerkelijk is, is dat een aantal soorten die gewoonlijk pas in april verschijnen, nu reeds gemeld zijn. 

Zo werd op 21 maart een klaverspanner gefotografeerd in Hoegaarden. Zelfs in vroege jaren verschijnt die soort niet eerder dan 5 april; in normalere jaren is dat pas na 12 april. Voor de zuringuil stond het record van de vroegste waarneming op 13 maart (2014), maar dit jaar werd de eerste genoteerd op 8 maart. Ook van snuitvlinder, brandvlerkvlinder, aangebrande spanner en herculesje zijn er dit jaar erg vroeg bij. 

Niet alles voor op schema

Niet alle dieren en planten kunnen even sterk reageren op de zachte temperaturen nu hier bij ons. Als we bijv. naar trekvogels kijken, zien we dat de terugkeer van de zwartkop perfect normaal verloopt. Die ongelijke verschuivingen in fenologie kunnen voor problemen zorgen, wanneer oudervogels op een bepaald moment nog nood hebben aan voedsel dat dan al reeds minder beschikbaar is (bv. rupsen die al verpopt zijn). Maar het is nog onduidelijk of zoiets zich ook dit jaar gaat voordoen. 

Afbeelding
Fenologie zwartkop 2022

Tekst: Marc Herremans & Wim Veraghtert (Natuurpunt Studie)