Afbeelding
Ereprijs
Kevin Lambeets

Waar zijn die handjes? Zeldzame akkerplant duikt op in Hoeleden

22 apr 2013
Categorieën
Natuurbericht

Tijdens een voorjaarswandeling door het natuurgebied Heibos in Hoeleden werd een zeer zeldzame plant opgemerkt. Handjesereprijs werd voor het laatst in de provincie Vlaams-Brabant gezien in 1999, in de streek rond Zoutleeuw. In de rest van Vlaanderen werd de soort al langer niet meer gezien. Deze akkerplant verdween door de modernisering van de landbouw. Handjesereprijs heeft een langlevende zaadbank en vermoedelijk duikt de soort her en der tijdelijk op, wat waarschijnlijk ook zo was in het verleden.

Op 14 april 2013 maakte Ria de Nève een voorjaarswandeling door het natuurgebied Heibos te Hoeleden-Linter. Een zandige, bloemrijke berm ten noorden van het gebied bleek het bekijken waard. Naast interessante flora zoals Schapenzuring, Duizendblad, Gewoon biggenkruid, Akkerviooltje, Smalle weegbree, Gewone reigersbek, Hoenderbeet, Vijfvingerkruid, Akker-, Veld- en Klimopereprijs, Gewone zandmuur, Zandraket, Vroegeling en Klein bronkruid sprongen ook de tengere, gentiaanblauwe bloemen en de blauwgroene doosvruchten van een andere plant in het oog.

De verbijstering was groot toen de uiterst zeldzame Handjesereprijs (Veronica triphyllos) gevonden werd, een soort die al sinds 1999 niet meer werd gezien in Vlaanderen. In Wallonië werd de soort het laatst gezien in 2000 en ook het aantal historische vindplaatsen is er beperkt. Ria postte een zevental foto’s op waarnemingen.be, waar ze al snel werden opgepikt door de plantenvalidators Nico Wysmantel en Rutger Barendse, die de waarneming bevestigden. Handjesereprijs dankt zijn naam aan de diep ingesneden, handvormige bladeren. Verder is de stengel met klierharen bezet en zou de plant een onaangename geur verspreiden. In ieder geval is deze vondst een topper van formaat, een soort van de Rode Lijst uit de categorie "Met verdwijning bedreigd".

Enkele honderden individuen van Handjesereprijs sieren deze schrale, steile berm van onder tot boven, gelegen tegen de rand van een zandlemige akker. Dit doet vermoeden dat de soort hier al veel langer standhoudt. De laatste vondst van deze soort in Vlaanderen gebeurde in 1999 op het kerkhof van Zoutleeuw door de Florawerkgroep van Oost-Brabant. Daar werd Handjesereprijs nu, 19 april, ook terug gevonden. Ter hoogte van provinciaal domein Het Vinne en langs de weg naar Wilderen werd de soort in 1995 voor het laatst gezien. Deze populaties zijn ondertussen verdwenen, maar waren in vogelvlucht amper een negental kilometers van de nieuwe vindplaats verwijderd. De streek staat al langer bekend onder plantenkenners voor zijn interessante ereprijzen met tussen 2010 en 2011 twee vindplaatsen van Doffe ereprijs in Runkelen en Budingen.

De Atlas van de Flora Van Vlaanderen beschrijft Handjesereprijs als een vroeg bloeiende soort typisch voor akkers met wintergranen op leemhoudend zand. Dit stemt overeen met de standplaatsen in Nederland, waar Handjesereprijs sporadisch ook op zandige riviertaluds of in de berm langs onverharde wegen opduikt. Haar snelle achteruitgang in Vlaanderen lijkt gerelateerd aan veranderde landbouwmethodes met dichter plantverband, het verlaten van braaklegging en het gebruik van bestrijdingsmiddelen.

Naar de "provinciale prioritaire soort" werd de voorbije jaren projectsgewijs op oude vindplaatsen naar Handjesereprijs gezocht, tot hiertoe zonder resultaat. Deze vondst en andere nieuwe ontdekkingen van prioritaire soorten wijzen op het belang van doelgerichte zoekacties, maar evenzeer dat dergelijke typerende (akker)soorten door middel van een passend beheer opnieuw uit de zaadbank kunnen verschijnen.

Samen met andere interessante akkerflora in de streek zoals Kleine wolfsmelk, Naakte lathyrus, Aardaker, Eironde leeuwenbek, Spiesleeuwenbek en Akkerandoorn duidt deze vondst op het belang van de bescherming en het herstel van extensief akkerbeheer met wintergranen. Algemeen is het belang van deze akkers enorm, ook voor onder meer Grauwe gors, Geelgors, Grauwe kiekendief en Hamster. Uitgebreid bodemvalonderzoek gaf aan dat akkernatuur ook voor kleinere ongewervelden enorme kansen biedt. De netto-natuurwinst aan biodiversiteit is zodanig groot, dat deze 'kunstmatige' natuurgebieden meer dan verantwoord zijn, naast de enorme leemte van het ééntonige en intensief gebruikte landbouwlandschap.

Tekst: Kevin Lambeets, Natuurpunt Beheer en Roosmarijn Steeman, Natuurpunt Studie.
Foto’s: Kevin Lambeets