Doelstellingen LIFE Visbeek
Met dit Life-project willen Natuurpunt Beheer en de gemeente Lille de bedreigingen voor de natuurwaarden in de Visbeekvallei aanpakken, waardoor het projectgebied op termijn zal evolueren tot één van de nieuwe kerngebieden in het Natura 2000-netwerk.
Een grondige herinrichting van het gebied en een adequaat beheer achteraf zullen nodig zijn om het project te doen slagen.
De ecologische doelstellingen voor het project kunnen in vier groepen ingedeeld worden:
- Het herstel van een kwalitatief complex van blauwgraslanden (6410) in de Visbeekvallei. Er is gepland om 10 ha te herstellen die aansluit op de 1,5 ha die behouden is gebleven dankzij de volgehouden inspanningen van de vrijwillige medewerkers.
- Het herstel van een waardevol complex van duingrasland (2330), vochtige heide (4010) en droge heide (4030). Er is voorzien om 37 ha te herstellen wat een veelvoud is van de huidige 3 ha die aanwezig is in het projectgebied.
- Het herstel van 4 ha vennen in functie van de habitats(mineraalarme) oligotrofe wateren (3110, 3130).
- De uitbreiding van de oppervlakte broekbos (91E0) en een kwaliteittoename van de aanwezige broekbossen (91E0) voor een totaal van 7 ha.

Een belangrijk element van het habitatherstel is streven naar landschappelijke verbondenheid. De gerealiseerde habitats komen niet op zichzelf voor maar maken deel uit van een complex van waardevolle natuur die voorkomt op de volledige droog-nat gradiënt van het beekdallandschap. Vele soorten maken gebruik van het netwerk dat uit meerdere habitats bestaat. Het herstel op landschapsniveau is een enorme verbetering van de kwaliteit van de leefgebieden. Adder Vipera berus bijvoorbeeld maakt tijdens zijn levenscyclus gebruik van de bovengenoemde habitats van het beekdallandschap.
Zonder draagvlak zijn de bovenstaande doelstellingen niet haalbaar. Daarom is naast de ecologische doelstellingen de betrokkenheid van de omwonenden en bezoekers een belangrijke doelstelling. Enerzijds zullen de mogelijkheden voor zachte recreatie uitgebreid worden. Anderzijds zal er gewerkt worden aan de socio-economische verankering van het projectgebied. Landbouwers kunnen betrokken worden bij de uitvoering van het beheer en de wandelpaden kunnen afgestemd worden op de lokale horeca zodat het project een impuls geeft aan de lokale economie.