Halsbandparkiet
halsbandparkiet_-_glenn_vermeersch.jpg

Halsbandparkiet (Psittacula krameri)
De halsbandparkiet is een grasgroene, luidruchtige parkiet met een korte, rode haaksnavel. De soort is afkomstig uit Centraal-Afrika en Zuid-Azië. Hij komt in Vlaanderen voor in een straal van 40 km rond Brussel.
Hoe kan je de halsbandparkiet herkennen?
- middelgrote, grasgroene parkiet met korte, rode haaksnavel
- zeer lange, smalle staart (22 tot 26 cm)
- mannetjes met kleine, zwarte kin- en keelvlek en oranjeroze halsband
- vrouwtjes met geheel groene kop
Hoe klinkt de halsbandparkiet?
Wat eet de halsbandparkiet?
De halsbandparkiet is een alleseter. In Vlaanderen doet de soort zich vooral tegoed aan vruchten en bessen. Appel, peer, meidoorn, mispel, braam en bessen van klimop en vlier worden vaak gegeten. Ook zaden van haagbeuk, es en den staan op het menu. Op de voedertafel scoren vooral pinda’s, zonnebloempitten, gemengd zaad en brood goed.
Plunderen halsbandparkieten je voederplaats leeg?
Halsbandparkieten betekenen voor de meeste soorten geen bedreiging maar ze zijn wel behoorlijk dominant en luidruchtig. Om te vermijden dat deze alleseters met al het voedsel in je tuin aan de haal gaan, kan je hun favoriete voedsel, zoals pindasnoeren, in veelvoud aanbrengen op verschillende plaatsen in je tuin. Zo blijft er meer over voor de kleine soorten. Je kan ook wat 'hangbaar' voedsel aanbrengen middenin een dichte struik, zodat alleen kleine en behendige vogelsoorten erbij kunnen.
Waar leeft de halsbandparkiet?
- De halsbandparkiet is een holenbroeder en komt in Vlaanderen in grote concentraties voor in straal van 40 km rond Brussel. De soort broedt er in stadsparken, grote tuinen en boomgaarden. Het zwaartepunt ligt in en rond Brussel, met uitlopers tot in Aalst (in het westen), Mechelen (in het noorden) en Leuven (in het oosten). In de andere provincies komt de soort nauwelijks voor.
- Verspreidingskaart van de halsbandparkiet.
Hoe plant de halsbandparkiet zich voort?
De halsbandparkiet is een holenbroeder. Hoewel er wel eens in natuurlijke holtes wordt gebroed, heeft de soort in Vlaanderen toch een duidelijke voorkeur voor oude nestgaten van de grote bonte specht. Halsbandparkieten starten eind november al met het verkennen van potentiële nestholten. Eind februari worden de eerste eieren gelegd. Het broedsucces ligt in Vlaanderen aanzienlijk lager dan in de gebieden waar de soort van nature thuishoort.
Hoe krijg je de halsbandparkiet te zien?
Halsbandparkieten zoeken elkaar op om te gaan slapen. In de omgeving van die slaapplaatsen is de soort heel gemakkelijk te zien. De grootste slaapplaatsen bevinden zich in en rond het NAVO-domein in Brussel. In 1998 kwamen hier 2300 halsbandparkieten overnachten, in 2002 ging het al om 5300 exemplaren. In 2004 vormde zich een nieuwe slaapplaats in het Elizabethpark in Koekelberg. Nadien werden ook slaapplaatsen ontdekt rond de vijvers van Elsene, op het kerkhof van Schaarbeek, achter de Abdij Ter Kameren en in Vorst (in drie platanen langsheen het Brits Tweede Tweedelegerlaan). Een simultaantelling op 17 oktober 2012 leverde 8055 exemplaren op.
Weetjes over de halsbandparkiet
- Op het bekende schilderij van Jan Van Eyck ‘De Madonna met Kannunik Van der Paele’ dat dateert uit 1436 en Brugge als decor heeft, staat al een halsbandparkiet afgebeeld. De Portugezen startten met import van halsbandparkieten uit India in de 15de eeuw. Aanvankelijk konden enkel wereldlijke en kerkelijke vorsten zich dit dure bezit veroorloven.
- De halsbandparkiet werd in Vlaanderen voor het eerst waargenomen in 1962 in Tervuren. Het eerste broedgeval dateert van 1966, toen een paar zes jongen grootbracht in een vervallen paviljoen in het Park van Tervuren. De eigenlijke opmars begon pas in 1974 toen in de Meli Zoo, gelegen op het plateau van de Heizel in Laken 40 tot 45 ex. werden vrijgelaten als speciale attractie voor de bezoekers.
- In India richten halsbandparkieten aanzienlijke economische schade aan. Vooral de oogst van maïs en zonnebloemen ondervindt schade. Een schadeonderzoek in Vlaanderen leverde enkele klachten op over geluidsoverlast. Enkel in de Plantentuin van Meise werd vastgesteld dat halsbandparkieten massaal foerageren op de voorjaarsknoppen van tamme kastanje en paardenkastanje, waardoor het aantal knoppen per boom sterk daalt.
- De halsbandparkieten die in Vlaanderen voorkomen (ondersoort borealis) leven in hun oorspronkelijk leefgebied o.a. aan de voet van de Himalayas, tot op ca. 1300 m. Vandaar dat ze ook in Vlaanderen wel tegen een koudestoot kunnen.
- Net als halsbandparkieten hebben ook boomklevers een voorkeur voor oude nestgaten van de grote bonte specht. In gebieden waar veel halsbandparkieten zitten, zou het voor boomklevers moeilijk kunnen worden om een geschikte nestholte te vinden. Halsbandparkieten starten eind november al met het verkennen van potentiële nestholten. Op het ogenblik dat ook boomklevers op zoek gaan naar een geschikt spechtenhol, zijn de beste plaatsen al ingenomen, waardoor ze moeten uitwijken naar minderwaardige holtes.