Stikstof FAQ
1. Wat is stikstof?
Stikstof is een chemisch element dat planten nodig hebben om te groeien. Het zit in onze lucht als gas, maar die kunnen planten niet opnemen. Twee andere soorten stikstof wel: stikstofoxiden en ammoniakgas. Stikstofoxiden ontstaan door verbrandingsmotoren zoals auto’s en vliegtuigen en industrie. Maar ammoniak komt vooral uit veeteelt. Wanneer stikstof in de natuur belandt, gaan sommige planten sneller groeien dan anderen. Klassiek zijn de braamstruiken en netels. En dat is een probleem.
2. Wat is het probleem met stikstof?
Onze prachtige natuur wordt dagelijks overspoeld met stikstof, maar liefst 24 kilogram per hectare per jaar. Meer dan 80% van onze natuur lijdt onder het stikstofoverschot. Die gevolgen zie je nu al. Kwam je ook al woekerende braamstruiken, netels en grassen tegen? Let er maar eens op. Bomen sterven, de paarse heide kleurt bruin, bloemen, bijen en vlinders verdwijnen en helder water wordt groene drab.
Maar ook wij worden er ziek van. De vorming van fijn stof vanuit ammoniak en stikstofoxides veroorzaakt astma en longkanker. Meer mensen sterven veel te vroeg door problemen met hart- en bloedvaten. Met de huidige stikstofuitstoot kunnen we geen gezonde leefomgeving creëren in Vlaanderen. Je hoeft de natuur niet in te trekken om de schade van stikstof te ervaren. Stikstof heeft namelijk nu al invloed op je gezondheid.
Het probleem vandaag? De stikstofneerslag gaat niet meer omlaag. En dat heeft voor het grootste deel met veeteelt te maken. Daar kunnen we niet om heen: ongeveer 60% van de stikstof die neerdwarrelt is ammoniak. Die wordt laag bij de grond uitgestoten in intensieve veeteeltbedrijven. Zowel door verdamping van ammoniak uit mest in de veestallen, maar ook bij verspreiding van de mest op het land. De ammoniak brengt zo natuurgebieden in de buurt veel schade toe. En de industrie en ons transport? Die stoten ongeveer 31% van stikstof uit in de vorm van stikstofoxiden. Maar die waaien verder weg omdat ze uit hoge schouwen van fabrieken of energiecentrales of uit vliegtuigen komen.
Daarom willen we tegen 2030 de overschrijding van stikstof halveren en tegen 2045 willen we de overschrijding helemaal wegwerken. Draai de stikstofkraan toe en herstel de natuur na jarenlang stikstofovervloed.
3. Waarom zijn braamstruiken, netels en grassen een probleem? Die mogen toch ook in de natuur zijn?
Ja, maar door het stikstofoverschot groeien deze soorten sneller dan andere. Ze woekeren en verdringen andere soorten in de natuur. De braamstruiken groeien zo snel dat ze andere kleine planten geen ruimte en licht geven om te groeien. Maar de planten zijn belangrijk voor het overleven van bepaalde insecten, die op hun beurt weer van belang zijn voor vogels. Zo hebben de grote braamstruiken een gigantisch effect op de andere soorten in het gebied.
Maar vergis je niet: de braamstruiken, netels en grassen zijn niet het probleem. Ze zijn het symptoom dat het probleem zichtbaar maakt: te veel stikstof. Stel dat we met z’n allen elke dag de struiken zouden snoeien, lossen we de oorzaak niet op. De biodiversiteit en mensen zouden alleen maar zieker worden. Met de huidige stikstofuitstoot kunnen we geen gezonde leefomgeving creëren in Vlaanderen.
4. Maar stikstof komt toch van nature voor in de natuur?
Ja, dat klopt, maar dat is amper 9 procent van de stikstof die we nu terugvinden. De opgeloste organische stikstof komt in de grond door biologische processen door vertering van humus. Dat is niet het probleem. Het gaat om een klein aandeel in de totale stikstofdepositie dat ook gelijk blijft. Voor planten is de ‘natuurlijke’ stikstof dus schaars, daar hebben ze zich ook aan aangepast. Het probleem is dat er nu dus teveel stikstof is door toedoen van de mens, daar lijdt de natuur onder.
5. Is Natuurpunt tegen landbouw?
We roepen net op tot een goede begeleiding en ondersteuning van landbouwers naar een meer kringloopgebonden model met een sterkere positie voor de landbouwer. Regels om de stikstofproblematiek aan te pakken, is helemaal geen uithaal naar de landbouwsector. Maar net een duidelijke keuze voor een duurzaam landbouw- en maatschappijmodel en volksgezondheid. Een duidelijke aanpak helpt ook de landbouw vooruit, want nu blijven boeren in onzekerheid achter.
Vlaanderen stoot meer stikstof uit dan gezond is voor mens en natuur, dat is de realiteit. Het stikstofakkoord dat op tafel ligt erkent voor het eerst het belang van milieubeleid in de landbouw. En dat is nodig, want bijna 60% van de vermestende stikstof komt van landbouw. We kunnen met dit stikstofakkoord eindelijk kiezen voor een Vlaamse landbouw die past binnen de milieugrenzen van onze regio. Richting meer grondgebonden veeteelt: een meer duurzame vorm van veehouderij waarbij het aantal dieren afgestemd is op de draagkracht van de omgeving.
We kijken tot slot niet alleen naar landbouw voor de oplossing. Ook de Vlaamse industrie moet zich aanpassen en stikstof reduceren.
6. Zijn industrie, vliegtuigen en transport niet veel schadelijker dan landbouw?
2/3de van de stikstofneerslag komt uit ammoniak van de landbouw. Ook de uitstoot van industrie en transport draagt bij en die moet inderdaad omlaag. Het probleem is dat de uitstoot van industrie en verkeer gestaag daalt, maar die van de veestallen al tien jaar stilstaat. Bovendien komt amper 3,5% van de stikstofoxides in Vlaanderen van Vlaamse industrie. We kijken vooral naar landbouw omdat daar het grootste deel stikstof vandaan komt.
7. Hebben we binnenkort wel genoeg eten?
Natuurpunt wil een shift naar landbouw die past binnen de milieugrenzen van onze regio, niet dat landbouw uit Vlaanderen verdwijnt. Maar dat er binnenkort te weinig eten is, dat klopt niet. We betreuren dat politiekers en lobbygroepen dat soort polariserende boodschappen verspreiden in een al ingewikkeld thema.
In Vlaanderen produceren we anderhalf keer zoveel rundvlees en ruim twee keer zoveel varkens- en kippenvlees als we zelf consumeren. Daarvoor gebruiken we bovenop onze eigen landbouwgronden nog eens 400.000 hectare landbouwgrond op andere plaatsen in de wereld, waarvoor vaak oerbos wordt gekapt. En de 4 miljoen ton aardappelen die Vlaamse boeren produceren, gaat vooral massaal naar het buitenland. Hebben we binnenkort nog genoeg brood? We denken het wel, want daarvan zijn we al grotendeels afhankelijk van het buitenland. 90 procent van onze eigen tarwe geven we aan vee.
Strengere stikstofmaatregelen zullen er niet voor zorgen dat we binnenkort met te weinig eten vallen, biodiversiteitsverlies en klimaatverandering wel. En de oorzaak van het biodiversiteitsverlies en klimaatverandering ligt net deels bij de stikstofcrisis. Tijd om die aan te pakken.
8. Vervuilen andere landen niet veel meer?
Stikstof stopt niet aan de grens, dat klopt. Maar kijken we naar de Europese cijfers, staat België op nummer 2 in de lijst met de hoogste stikstofuitstoot per hectare land. En bovendien komt ongeveer de helft van de stikstof die in Vlaanderen neerdwarrelt, ook vanbinnen onze eigen grenzen. De rest komt uit Wallonië, Brussel en het buitenland. En zelf exporteren we in Vlaanderen bijna dubbel zoveel stikstof naar het buitenland als er bij ons komt binnenwaaien.