LIFE Dommeldal

Limburg
Afbeelding
life_dommeldal
LIFE Dommeldal
Soort
LIFE
Looptijd
Afgerond
Werking
Natuurbeheer

Inleiding

In 2006 is het startschot gegeven van een fantastisch grootschalig natuurontwikkelingsproject. Met de start van het project Plateaux-Hageven is er een nieuwe stap gezet in de samenwerking tussen België en Nederland.

locatie_life_dommeldal

Een samenwerking die tussen Natuurpunt en Natuurmonumenten al sinds 1995 bestond, in het grensoverschrijdende natuurgebied Plateaux-Hageven. De vennen en de vloeiweiden in het natuurgebied Plateaux-Hageven worden hersteld en cultuurhistorie krijgt de aandacht die het verdient.

Natuurgebieden binnen dit project

  • Dommelvallei
  • Vloeiweiden in de Watering
  • Hageven-Plateaux
  • Vallei van de Zwarte Beek

 

Meer info over het Life-programma van de Europese Unie vindt u hier.

Meer info over het Natura 2000-netwerk vindt u hier.

Doelsoorten

Klokjesgentiaan & gentiaanblaauwtje

Tussen de natte heideplekken vind je tientallen van deze kleine donkerblauwe bloemen. Het is de voedselplant van de rups van het gentiaanblauwtje, één van onze zeldzaamste dagvlinders. Op de meeste bloemhoofdjes en steeltjes vinden we in de zomermaanden hagelwitte eitjes terug. Op het moment dat de rups voldoende gegeten heeft, laat ze zich op de grond vallen en wacht op… een mier. Een klierafscheiding van de rups scheidt een zoete stof af en daar is de knoopmier op verlekkerd. Deze mieren nemen de zoetigheid mee naar het nest waar de rups zich als een volleerde parasiet tegoed doet aan de mierenlarven. De hele winter verblijft de rups in het mierennest en komt dan begin juli als vlinder naar buiten om de hele cyclus opnieuw te laten starten.

Al jaren wordt hard gewerkt om deze bijzondere soort meer kansen te geven. Met succes! Deze soort, die elders achteruitgaat, doet het hier steeds beter. Dit gebied is nu een van de belangrijkste vindplaatsen geworden van deze in de Benelux zeer zeldzame vlindersoort.

Weidevogels

Wulp, kievit en grutto worden vaak weidevogels genoemd. In feite zijn het echter typische heidesoorten die door het verdwijnen van de heide het zeer zwaar te verduren kregen. Een aantal dieren hebben hun kans gewaagd in natte weilanden (een biotoop dat in hun ogen het meest lijkt op natte heide). Hier en daar lukte dat ook en kon de populatie groeien. Helaas slagen de vroegere heidevogels er zich niet in om de verdere industrialisatie van de landbouw te volgen. Ze sterven langzaam maar zeker uit. Hopelijk kan de symboolsoort van de stad Neerpelt, de wulp, stand houden op de heide in het Hageven.

Doelhabitats

Natte en Droge heide

De grootste oppervlakte van het projectgebied is bedekt met heide. Dit is echter maar een fractie van de heiden die er vroeger voorkwamen. Heide heeft het zwaar te verduren. In ijltempo sterven typische soorten van de heide uit. Vooral omdat de resterende oppervlakten te klein zijn om de bijzondere soorten voldoende levenskansen te geven. Heide heeft het ook zwaar te verduren door de slechte milieuomstandigheden, vooral zure regen en zure depositie spelen de heide parten.

Binnen de projectgebieden komen twee types heide voor nl Droge heide (4030) en Natte heide (4010). Natte heide vinden we enkel in het Hageven en de Plateaux (aan NL zijde). Van droge heide vinden we nog kleine fragmenten in de Dommelvallei. Dit laatste is belangrijk omdat het één van de weinige heide-verbindingsassen is tussen de heiden op het Kempisch plateau en de heiden van Noord Limburg die deel uitmaken van een groter netwerk van heiden in Zuid-Nederland.

Landduinen

Landduinen zijn iets typisch voor het noorden van Limburg. Vooral Lommel is ervoor bekend. In het Hageven zitten we aan de oostgrens van een vroeger zeer groot landduincomplex. Op de eerste luchtfoto's van het Hageven zien we dat grote delen van de heide nog uit onbegroeide landduinen bestonden. Nu raken de laatste aren los zand begroeid. Willen we de landduinen behouden dat zal er terug wat moeten stuiven.

Op de landduinen vinden we twee typische habitats nl de heide op landduinen (2310) en de buntgrasvegetaties (2330). Deze habitats zijn in geheel Europa zeldzaam en bedreigd en zijn bijzonder rijk aan soorten. Een hele reeks soorten heeft zich gespecialiseerd om in deze extreme omstandigheden te overleven.

Unieke venvegetaties

Door de ontginningswerken in het Hageven verdwenen heel wat vennen. De rechttrekking van de Dommel zorgde voor een verdroging. Hierdoor verdwenen een aantal bijzondere soorten zoals de bijzondere vensoort waterlobelia. Toch zijn heel wat vennen nog heel interessant. Ze vormen het belangrijkste biotoop voor de libellen.

Galigaanmoeras en Overgangsveen

Heel bijzonder is de overgang tussen de heide en het moeras in het Hageven. Opkomend grondwater (dit noemt men kwel) zorgt er voor een speciale abiotiek. Heel wat zeldzaamheden komen er voor, zoals de galigaan. Deze forse donkergroen gekleurde plant geeft aan dit soort moeras zijn naam Galigaanmoeras. Dit habitat is in geheel Europa zeldzaam.

Wateringgraslanden

Bij de heideontginning heeft men in het noorden van Limburg en het aangrenzend deel van de provincie Antwerpen wateringen aangelegd. Om de heide te ontginnen heeft men irrigatiesystemen gemaakt waarbij water uit de kanalen naar de heide gebracht wordt om deze te bevloeien. Het kalkrijke water uit de kanalen (Maaswater) zorgt voor een verrijking van de bodem. Meer info over het functioneren van de wateringen vind je hier of in het wateringhuis.

Naar de natuur toe zijn deze hooilanden pareltjes geworden. Ze kleuren de lente als alpenweiden. Logisch want bij de aanleg heeft met hooizaad uit de Alpen gebruikt, daarom dat je er o.a. krokussen en witte narcissen vindt.

Blauwgraslanden

Blauwgraslanden zijn voor Vlaanderen typisch Kempische habitats. Men vond ze zowat overal op de overgang tussen heide en de beekdalen. Van dit habitat blijven momenteel maar enkele tientallen hectaren over. De enkele relicten in de Dommelvallei behoren tot de beste blauwgraslanden. Naast verschillende zeggesoorten bloeien er ook heel wat bloemen waaronder orchideeën. De belangrijkste soorten die voorkomen zijn trilgras, blauwe knoop, tormentil en kranskarwij. Deze laatste soort groeit maar op twee graslanden in Vlaanderen.

Broekbossen

Als er habitat typisch is voor Vlaanderen dan zijn het broekbossen. In vrijwel alle Kempische beekdalen vinden we broekbossen, elders in Europa is dit habitat veel zeldzamer, het kreeg daarom de hoogst mogelijke beschermingsgraad binnen de Europese richtlijnen.

De broekbossen in de Dommelvallei zijn zeer divers. De meeste zijn heel nat en worden permanent gevoed met kwelwater. Op sommige plekken komt er zoveel rijk grondwater aan de oppervlakte dat men eigenlijk over bronbossen zou kunnen spreken. Men vindt er bv. naast dotterbloemen veel bittere veldkers.

Doelstellingen

De centrale doelstellingvan dit Life-project omvat het op grote schaal verbeteren en herontwikkelen van de typische Kempische habitats in het Dommeldal en dit van in het brongebied tot op de grens.

Volgende habitats, behorende tot de Bijlage I van de Habitatrichtlijn, willen we in kader van het Life-project behouden en verder ontwikkelen:

  • Venvegetaties (Littorelletalia 3110, Nanocyperetalia 3130)
  • Natte heide (Ericion tetralicis 4010, Rhynchosporion 7150) met overgangen naar trilvenen (Overgangs- en trilveen 7140 met Chara vegetaties 3140 en prioritair habitat Galigaanmoeras Cladietum marisci 7210 )
  • Droge heide en droge habitats op landduinen (Psammofiele heide met Calluna en Genista 2310, Corynephoretalia canescentis 2330 en Callunetum 4030).
  • Broekbossen ( Alnion glutinosa-incanae 91E0)
  • Bijzondere graslanden typisch voor de Kempen ( Nardetalia 6230 en Eu-Molinion 6410)
  • Bloemrijke hooilanden op de Wateringen (Arrhenatherion 6510).

Deze habitats zijn bovendien van cruciaal belang voor een heel aantal bijzondere, aan dit habitattype gebonden vogelsoorten, waarvan verscheidene vermeld staan op de Bijlage I van de Vogelrichtlijn:

  • broedvogels : roerdomp, woudaapje,bruine kiekendief, porseleinhoen, nachtzwaluw, boomleeuwerik, ijsvogel en blauwborst (allen soorten van de Bijlage I van de Vogelrichtlijn) broeden momenteel reeds in het projectgebied en zullen sterk kunnen profiteren van het Life-project. Bijlage I soorten zoals duinpieper, zwarte stern en grauwe klauwier zullen nieuwe kansen krijgen om zich als broedvogel te vestigen. Andere broedvogels waarvan de oppervlakte en de kwaliteit van hun broedgebied aanzienlijk zal verbeteren zijn wulp, snor, kievit, kleine plevier, boomvalk en boompieper.
  • trekkende soorten : tijdens de trek zal het Life-project ten goede komen aan de grote aantallen trekvogels zoals duinpieper, tapuit, graspieper, visarend, bruine en blauwe kiekendief, velduil, roerdomp, kleine karekiet en klapekster

Naast het positief effect op de vegetatie, flora en avifauna (zie hierboven) zal ook beekprik en bittervoorn, een soort van de Bijlage II van de Habitatrichtlijn, positief reageren op de acties ondernomen in dit Life-project. Tevens hopen we dat het herstelbeheer ten behoeve habitat kansen geeft voor de groenknolorchis die midden de 20 ste eeuw verdween uit het Hageven

Last but not least willen we de maatschappelijke en economische verankering van het project bij de lokale bevolking en de recreanten/toeristen sterk verbeteren, onder meer door:

  • de uitwerking van een integraal ontsluitingsconcept van het Natura 2000 gebied;
  • de mogelijkheden voor natuurgerichte recreatie en recreatief medegebruik verder uit te bouwen en optimaal te benutten om zo ook nieuwe doelgroepen aan te trekken (vergroting van het draagvlak voor Natura 2000);
  • vrijwilligers bij het beheer van het gebied te betrekken (zinvolle vrijetijdsbesteding + vorming), om tot een duurzaam beheer van de projectgebieden te komen;
  • de lokale bevolking en overheden zo veel mogelijk te informeren.

Resultaten

Verbluffende resultaten heide herstel Resterheide

Eerder berichtten we al over de eerste resultaten. Na twee zomers kunnen we ronduit spreken van verbluffende resultaten op vlak van ontwikkeling van de vegetatie.

Op zowel het voormalige weidedeel als het bosdeel zijn de resultaten goed. Zowat alle soorten typisch voor droge en natte heide zijn tot kieming gekomen uit de nog aanwezige zaadbank. Naast de ‘gewone’ soorten die makkelijk kiemen na plaggen zoals struik- en dophei kwamen ook beide soorten zonnedauw als moeraswolfsklauw tot ontwikkeling. Opvallend is dat ook soorten van de venige natte heide zijn gekiemd, we denken daarbij aan bruine en witte snavelbies, blauwe zegge. Heel bijzonder is dat ook een plant klokjesgentiaan tevoorschijn is gekomen.
Op plekken met meer mineralen kiemden soorten van heischrale graslanden zoals tormentil, veelbloemige veldbies, tandjesgras en trekrus.

Kleine parelmoervlinder verovert het Dommeldal

De kleine parelmoervlinder was een tijdje bijna uitgestorven in Vlaanderen. Mede dankzij de werken van Life Dommeldal is er terug een stevige populatie ontstaan in Noord Limburg.
Dankzij de financiële steun vanuit Life voor de aankopen konnen redelijk wat eerder droge gronden aangekocht worden die tot recent vrij intensief werden gebruikt door de landbouw. Het tijdelijk braak leggen gevolgd door een verschralend maaibeheer of begrazing heeft nieuwe kansen geboden voor deze prachtige vlinder. Voor de voortplanting heeft de vlinder viooltjes nodig, zowel akkerviooltje als driekleurig viooltje doen het goed op de Life-percelen. Vooral rond Hoksent en op de heideherstelzone van Heihuiskens doen de soorten het prima. Op deze laatste plek werden tot meer dan 30 vlinders op een dag waargenomen. Jamais vu in Vlaanderen!

Boomleeuwerik heeft het direct naar zijn zin op de nieuw ontwikkelde heide

Opvallend is hoe de boomleeuwerik onmiddellijk zijn nieuwe biotopen ontdekte. Zowel op Resterheide als op Heihuiskens was de kraan na het plaggen nog maar net weg of de boomleeuwerik begon meteen te broeden op de nieuw herstelde heide.
Ook de schrale droge graslanden weet hij, vooral buiten het broedseizoen, erg te waarderen. In september 2011 werd een groep van niet minder dan 40 boomleeuweriken waargenomen.

Zeldzame Kempische heidelibel voelt zich ook in zijn nopjes

De ‘heidevennen’ die in het begin van het project aan beide zijden van de grens in De Plateaux-Hageven werden hersteld, zijn na enkele jaren ‘rijping’ geschikt bevonden door de Kempische heidelibel.

Deze soort is in heel Europa en dus ook in Vlaanderen en Nederland zeer zeldzaam. Tientallen van deze sierlijke libellen kunnen langs de vennen langs het nieuw aangelegde wandelpad waargenomen worden. Een opkikker voor de libellen in de grensstreek.

Eerste resultaten Dommelmoeras veelbelovend

Het zal nog een lange tijd duren vooraleer de resultaten van de herstelwerken aan het Dommelmoeras volop duidelijk zullen zijn. In dit soort milieu gaat de evolutie eerder traag.
Toch zien we nu al de eerste resultaten. Door de aanpassingswerken zien we dat de kwel in de overgang van heide naar moeras sterk is toegenomen. Galigaan en andere typische planten van dergelijke milieus zijn volop aan het kiemen. Aan de kant van de Dommel zien we dat het riet volop aan het uitbreiden is. Volgende zomer mogen we in deze nieuwe rietkragen vast de eerste kleine karekieten en blauwborsten verwachten.

Zeldzame venplanten en libellen koloniseren de herstelde vennen in het Hageven

De zomer 2008 zijn de eerste resultaten van het venherstel tevoorschijn gekomen. Het ziet er in elk geval veelbelovend uit. Zeldzame venplanten zoals naaldwaterbies, klein blaasjeskruid, veelstengelige waterbies, duizendknoopfonteinkruid en stijve waterweegbree zijn in één of meerdere vennen vanuit de zaadbank tot ontwikkeling gekomen. Ook de libellen hebben hun weg gevonden naar de nieuwe vennen. Vele honderden juffers en heidelibellen vlogen er rond. Duizenden eitjes werden afgezet. De toekomst is alvast verzekerd.

Op de geplagde delen rond de vennen kiemde de eerste heide. Honderden kleine rozetjes van het zeldzame duizendguldenkruid werden ontdekt.

Nachtzwaluw terug broedvogel - Hageven

Het herstel van de heide, zowel aan Nederlandse kant als aan Vlaamse kant, zorgde voor een sterke groei van het aantal broedende koppels nachtzwaluw. Nachtzwaluwen zijn zeldzaam en broeden vooral op warme heideterreinen.

Kievit broedt terug op de hei - Hageven

Vele weidevogels, zoals kievit, grutto of wulp, zijn van oorsprong heidevogels. Ze hebben zich kunnen aanpassen aan de landbouwontginning toen de heide omgezet werd in weilanden. Momenteel hebben ze het zeer zwaar te verduren door de steeds intensievere landbouw. Op vele plekken zijn deze weidevogels aan het uitsterven.

In de lente 2007 waren we heel blij met het broeden van de eerste kievitten op de Plateaux net op de grens met het Hageven. Op een stuk heide dat gemaaid was ter voorbereiding van plagwerken werden twee nesten grootgebracht.

In 2008 bracht de kievit ook in het Hageven haar kroost groot. Een zestal paar kwam er nestelen op de grens van het Hageven en de Plateaux in de zone waar vennen hersteld werden.

Meer orchideeën in de Blauwgraslanden van de Dommelvallei

Het herstel van de blauwgraslanden in de Dommelvallei (Eksel) levert resultaten op. Het aantal orchideeën (gevlekte orchis) is samen met andere bijzondere soorten sterk aan groeien. We hopen dat deze trend zich in 2009 verder doorzet.

Acties

Herstel vennen - Hageven

Zoals vrijwel bij alle heideontginningen in de Kempen ging ook in het Hageven/Plateaux de heide verloren. Door het graven van greppels werd ze drooggetrokken. Tot omstreeks 1930 waren alle vennen in het gebied nog intact, in de periode tussen 1930 en 1970 gingen meer dan 20 vennen verloren. In een verdere stap ontgon men de heide. Gelukkig is in het Hageven toch een vrij grote oppervlakte heide onaangeroerd gebleven. Op Nederlands grondgebied werd middenin de heide een brok van 30 ha natte heide met veel vennen omgevormd tot landbouwgrond.

In het kader van het Life project trachten we de heide en vennen terug te herstellen. Hier ging een langdurige en grondige voorbereiding aan vooraf.

Een volledig herstel van de vennen van vroeger is niet mogelijk omdat bij de ontginning de natuurlijke venbodem werd vernield. Bij het herstel van de vennen graven we de bodem van het ven wat dieper uit zodat het ven wat in contact komt met het grondwater.

Herstel Landduinen - Hageven

Het Hageven maakte vroeger deel uit van een groot zandverstuivingsgebied. Tot midden de vorige eeuw bestond een deel van het gebied uit onbegroeid stuivend zand. Het grootste deel hiervan ging verloren bij de ontginning van de heide. Het zand werd daarbij vooral gebruikt om de vennen en natte laagten te dempen. De rest van de landduinen groeide langzaam vast.

Landduinen zijn op Europese schaal zeer zeldzaam. Daarom willen we in het kader van het Life project een deel van deze stuifzanden herstellen. We moeten hiervoor de grasmat die op de duinen staat verwijderen (plaggen) of de groei verstoren (frezen). Om het zand weer wat te laten stuiven moet het landschap ook wat opener worden zodat er voldoende wind is. Een aantal bosjes met vliegdennen is daarvoor gedeeltelijk gekapt.

Heideherstel - Hageven

Heide is een van de belangrijkste biotopen in het Hageven. Doorheen de jaren is er echter veel heide verloren gegaan of is de heide vergrast. Binnen het Life-project willen we zowel de oppervlakte heide vergroten als de kwaliteit van de bestaande heide verbeteren. Dit laatste doen we vooral door te plaggen. Bij het plaggen wordt de zone ondiep afgeschraapt waardoor de zaden van de heidesoorten in de bodem die nog kiemkrachtig zijn, zich kunnen ontwikkelen. Plaggen is in feite een voortzetting van een oud gebruik van de heide, de heidezode werd vroeger namelijk met een hak afgeplagd en in de stal gebruikt om het te vermengen met mest.

De oppervlakte heide vergroten we door een saaie weinig waardevolle aanplant van Corsicaanse den te kappen en door er een gericht beheer toe te passen.

Vergroten Galigaan-Rietmoeras - Hageven

Heel bijzonder is het moerasgedeelte van het Hageven. De grote oppervlakte riet trekt tal van zeldzame rietvogels aan waaronder bv roerdomp, bruine kiekendief en snor. Het fraaist is de westkant van het rietmoeras, daar komt heel wat grondwater aan de oppervlakte. Opstijgend grondwater noemen we in het natuurbeheer kwel. Kwel geeft een zeer bijzondere vegetatie die maar op een beperkt aantal plaatsen in Europa voorkomt. Een typische plant van dergelijke moerassen is galigaan waardoor men dergelijke moeras een ‘galigaan-moeras' is gaan noemen. We willen de oppervlakte van dit zeer zeldzaam moerastype wat vergroten. Een strook van het rietveld moet hiervoor verdwijnen zodat galigaan en andere zeldzame moerasplanten er kunnen gaan groeien. Omdat natuurlijk ook rietvelden heel belangrijk zijn, willen we aan de andere kant van het moeras het rietveld uitbreiden. Dit willen we doen door een weide langsheen de dommel natter te maken, waardoor riet meer kansen krijgt.

Herstel wateringgraslanden - Lommelse watering

Wateringen zijn heel fraaie ‘landschapsmonumenten' typisch voor de Kempen. De eindeloze heide gaf niet voldoende voedselzekerheid. Met de aanleg van de Kempische kanalen zag men een kans om daar iets aan te veranderen. Via de kanalen kwam er namelijk kalkrijkwater vanuit de Maas naar de Kempen. Er werden grootschalige plannen gesmeed om in grote delen van de Kempen wateringen aan te leggen. Via bevloeiing met Maaswater kon men de houtproductie sterk vergroten. Via ingenieuze systemen liet men het Maaswater de aangelegde graslanden bevloeien. Hoe wateringen functioneren kan je vinden op de website van onze lokale Natuurpuntafdeling.

Kalkrijk water en schraal zand gaven een speciale mix aan plantensoorten. Een hele reeks planten typisch voor de kalkstreek groeien in de wateringgraslanden. Bovendien werden bij de aanleg van wateringen sommige percelen ingezaaid met de graszadenmix uit de Alpen. Een aantal typische soorten uit de alpen doen het goed in de wateringen. In de Lommelse Watering staan bv krokussen en narcissen uit de Alpen. Meer nieuws over wateringen vind je op hoger genoemde website. Graag nodigen we je ook uit om de tentoonstelling over de Wateringen te bezoeken.

Meer orchideeënrijke hooilanden - Dommelvallei

Mooie bloemenrijke hooilanden zijn de trots van de Dommelvallei. Het zijn de zogenaamde Blauwgraslanden. De overgang van heide naar de beekvallei is de plek waar vroeger over grote oppervlakten Blauwgraslanden voorkwamen. Van dit Europees zeldzame habitat komen in Vlaanderen nog maar enkele hectaren voor. Sinds begin de jaren negentig beheert Natuurpunt enkele van die graslanden. Na een jarenlange verwaarlozing zijn het intussen weer pareltjes geworden.

We willen meer van die Blauwgraslanden herstellen. Daarvoor moeten we hier en daar jong bos gaan kappen en terug maaiklaar maken, zodat ze terug als hooiland kunnen beheerd worden. Het is immers kenmerkend voor blauwgraslanden dat ze bij verwaarlozing heel snel bos worden. De wisseling droog-nat is immers ideaal voor de kieming van elzen. Met dit herstel hopen we meerdere orchideeënrijke graslanden in de Dommelvallei te herstellen.

Meer broekbossen - Dommelvallei

Naast mooie hooilanden staat de Dommelvallei ook bekend voor zijn mooie broekbossen. Hier en daar werden in het verleden sparren of populieren aangeplant. Deze weinig natuurlijke bossen beïnvloeden de omliggende natuur. Een aantal van deze aanplantingen zullen we gaan verwijderen zodat de meer natuurlijke broekbossen er tot ontwikkeling kunnen komen. Dit kappen zal tijdelijk voor een soort ‘ravage' zorgen. Vrij snel, na enkele jaren zal een jong broekbos zich ontwikkelen.

Heide als stapstenen - Dommelvallei

Een goede eeuw geleden reed je van Hasselt tot Neerpelt vrijwel constant door de heide. Enorm veel heide is verdwenen. Enkel op de militaire domeinen is er nog wat heide te vinden. Typische planten en dieren hebben het zwaar te verduren door het verdwijnen van de heide in onze regio. Vele van deze soorten staan op rode lijsten en dreigen uit te sterven. Planten kunnen soms via zaad overleven, met dieren is dat moeilijker. Niet voor niets staan bv. verschillende insectgroepen op de rode lijst. Een droge zomer of net een sombere zomer kan ervoor zorgen dat bv het groentje, een typische heidevlinder,, in een bepaald gebied uitsterft. Doordat er slechts heel weinig heide is en de afstand tussen de verschillende heides steeds groter wordt, is de kans dat het gebied terug gekoloniseerd wordt heel klein. Het is daarom belangrijk dat er een netwerk van heidegebieden blijft. Hier en daar een heide van enkele hectaren kan voldoende zijn om uitwisseling van typische heidesoorten mogelijk te maken.

Om dit netwerk te herstellen willen we in de Dommelvallei terug een aantal heidegebiedjes herontwikkelen. Zij moeten de heidegebieden op het Kempisch plateau verbinden met de heide in Noord-Llimburg. Het heidehersstel zal op twee manieren gebeuren. Er zullen soortenarme dennenaanplanten gekapt worden en daarna geplagd. Een tweede werkwijze bestaat eruit om akkers of weilanden waar er vroeger heide was te herstellen naar heide. Dit duurt langer en vergt meer ingrijpende werken. Door de bemesting is de bodem vaak te rijk aan fosfaten. Door de bovenste laag af te graven kan men de bodem terug schraal maken zodat de heide terug tot ontwikkeling kan komen.

Natuur in vervanging van Weekendverblijven - Dommelvallei

Enkele tientallen jaren geleden toen reizen nog duurd was, kochten veel mensen een stuk bos, ze konden er vaak zonder dat er enige vergunning nodig was een huisje zetten, heel vaak kwam er ook een vijver naast. Voor de natuur was dit niet zo goed. Vele van deze weekendverblijven worden niet meer gebruikt. Af en toe kan Natuurpunt zo'n perceel kopen. Om de natuur er terug kansen te geven gaan we op die aangekochte percelen de onnatuurlijke aanplantingen verwijderen, restanten van bouwsels afbreken en de vijver terug een meer natuurlijk reliëf geven. Op die manier krijgen we een minder aangetast landschap en kan de natuur er terug ontwikkelen.

Einde project

Vloeiweiden Lommel kolonie – werken afgerond.

Na een gedwongen stop door te natte bodem hebben we de herstelwerken aan de vloeiweiden van Lommel kolonie tijdens de zomer 2011 kunnen afronden.
Een oppervlakte van bijna zeven hectare is hiermee terug bevloeibaar gemaakt. Om niet te veel problemen te krijgen met ‘onkruiden’ werd gras ingezaaid. Langzaamaan zullen de typische soorten van de vloeiweiden deze percelen na 30 jaar kunnen herkoloniseren.

Een grootse bloemenweide zal het resultaat zijn. Enkele jaren wachten en we kunnen ervan genieten!

Het nieuwe Dommelmoeras is er!

In de lente 2011 zijn de werken aan het Dommelmoeras afgerond.
De laatste werken bestonden erin om in de langgerekte weide langsheen de Dommel laagten te graven. Deze laagtes zullen door opstuwing van het kwelwater natter worden waardoor nat waterriet tot ontwikkeling zal komen. Dat ‘waterriet’ is belangrijk als broedbiotoop voor de typische rietvogels.

Door het wandelpad te verplaatsen, ontstaat een grote kern waterriet met gegarandeerde rust, dit is heel belangrijk voor broedende roerdompen en bruine kiekendieven.
We zijn benieuwd wat het komende broedseizoen ons zal brengen.

Overal nieuwe wandelpaden – geniet ervan!

In alle drie de Vlaamse projectgebieden werden nieuwe wandelroutes aangelegd. In de Vloeiweiden Lommel kolonie en de Dommelvallei tussen Eksel en Peer werden in nieuwe wandelpaden aangelegd. Op de Vloeiweiden mag men voortaan doorheen de bloemenzee wandelen. Voor een fikse natuurwandeling kan je terecht Dommelvallei. Dankzij twee nieuwe bruggen kwam er een totaal nieuw wandelgebied. Een knuppelpad brengt je droog doorheen een prachtig broekbos. Het pad loopt ook door de mooiste blauwgraslanden van Vlaanderen.

Veel rasters geplaatst

Naast maai- en hooilandbeheer is begrazing een van de belangrijkste beheersvormen. Tijdens het laatste jaar van het project werden dan ook 16 km raster geplaatst. Dank zij die rastesr kunnen deze percelen op het juiste tijdstip begraasd worden door vee van de lokale landbouwers. Omdat een schrale bodem belangrijk is voor de typische habitats ,wordt er uiteraard niet bemest.

Meer dan 25 ha nieuwe heide in ontwikkeling
Na het heideherstel op Resterheide, kwamen in 2011 Heihuiskens en Schuilenswijer aan de beurt.
Op beide plekken werd de kraan ingezet om te plaggen of om de te rijke bodem te verwijderen. Elders werden exoten verwijderd zodat er terug een optimale situatie ontstaat voor de ontwikkeling van heidehabitats.

Tesamen is er niet minder dan 25 ha terrein omgevormd zodat de heide (droge, natte en heischrale graslanden) terug tot ontwikkeling kunnen komen.

Deze nieuwe of beter ‘herstelde’ heide kan dan fungeren als stapsteen voor de typische soorten van de heide. De laatste grote heidegebieden op de militaire domeinen geraakten de laatste jaren steeds meer geïsoleerd van elkaar, waardoor steeds meer soorten typisch voor dit habitat uitstierven. Deze stapstenen kunnen dit probleem al een deel verhelpen.

Venherstel Schuilenswijer

Na de erfpachtovereenkomsten met de gemeenten Peer en Hechtel Eksel, kon Natuurpunt nog een aanpalend blok gronden met een grote vijver aankopen.

Dit blok kan als een geheel beheerd worden en is belangrijk voor de bevoorrading van de Wijers met water. Het terrein was in het verleden al ingericht ten behoeve van de natuurwaarden maar was de laatste jaren wat verruigd. De opslag op de oevers werd verwijderd en de sluisjes werden aangepast. Meteen ontdekte de waterlievende ijsvogel zijn plekje. Nog tijdens de uitvoering van de werken kwamen zeldzame planten waaronder moerashertshooi tot ontwikkeling.

Openstelling

Hageven - Plateaux

Laatste update: 31/03/2014

Het Hageven kan je best bezoeken vanuit het bezoekerscentrum Hageven. Van daaruit vertrekken verschillende wandelroutes die u langsheen de mooiste plekjes van het natuurgebied leiden.

In de loop van het Life project zullen de wandelroutes aangepast worden. Dit is nodig omdat er door de Life actie grote veranderingen zullen plaatsvinden in de kern van het gebied. Nu reeds is een deel van de route plaatselijk omgeleid. De aanpassing van de route is voorzien voor het najaar 2008.

In het bezoekerscentrum kan je steeds gratis een geactualiseerde wandelroute krijgen.

Dommelvallei

Doordat er nog weinig aaneengesloten blokken natuur beheerd worden door Natuurpunt zijn er helaas nog niet veel wandelmogelijkheden.

Naar het einde van het Life-project hopen we wel een aantal wandelpaden aan te leggen zodat ook u kan genieten van de natuur in dit prachtig natuurgebied.

Lommelse watering

Wil je de Lommelse watering bezoeken, dan kan je best eerst het wateringhuis eens bezoeken. De beste periode om de Lommelse wateringen te bezoeken is maart - juni wanneer de hooilanden in bloei staan.

Binnen de reservaatspercelen zijn de wandelmogelijkheden eerder beperkt. Aansluitend is er het gemeentelijke bos waar men wel kan wandelen. Nieuw is het Wateringpad.

Dit bewegwijzerd pad verbindt de Lommelse watering met de vloeiweiden van de Plateaux. Beide gebieden maken deel uit van Life Dommeldal.

Contact

Partners