Image
Grote hoefijzervleermuis - Elwin van der Kolk

Grote hoefijzerneus

Greater horseshoe bat
Rhinolophus ferrumequinum
Familie der hoefijzerneuzen (Rhinolophidae)

De grote hoefijzerneus is één van onze grootste vleermuissoorten. Hij valt op door zijn typische neus. Het dier is de laatste decennia slechts enkele keren waargenomen in Vlaanderen.

Grootte
6 - 7 cm - spanwijdte: 35 - 40 cm
Gewicht
17 - 34 gram
Levensverwachting

15 jaar

Favoriete maaltijd

wat grotere insecten, zoals mestkevers, sluipwespen, nachtvlinders, langpootmuggen, meikevers en junikevers

Burgerlijke staat

Veelal in groep(jes)

Status
Zeldzaam
Woonplaats

warme beboste valleien

Afkomst
Inheems

Hoe herken je de grote hoefijzerneus?

  • Een lichaamslengte van 6 tot 7 centimeter, met een spanwijdte tot 40 centimeter lang.
  • Een hoefijzervormige neus
  • De vacht is grijsbruin tot rookgrijs, en kan een roodachtige schijn hebben
  • De onderzijde is lichtgrijs tot gelig wit
  • De grote hoefijzerneus vliegt laag en langzaam

De grote hoefijzerneus is één van onze grootste vleermuissoorten.Het is een relatief forse vleermuis met brede vleugels en zijn typische neus, met halfrond aanhangsel. De vacht is lichtgrijs met soms een roze tint en donkere haarpunten. In de winterslaap wordt het lichaam niet volledig door de vleugels omhuld.

Grote hoefijzervleermuis - Elwin van der Kolk
Grote hoefijzerneus - Shutterstock

Hoe leeft de grote hoefijzerneus?

Wat eet de grote hoefijzerneus?

De grote hoefijzerneus plukt tijdens het jagen vliegende insecten als muggen, vliegen, motten en kevers uit de lucht. Grotere prooien worden op vaste voedingsplaatsen verorberd. Ook drinken doet de vleermuis in vlucht.

Hoe plant de grote hoefijzerneus zich voort?

De grote hoefijzerneus paart in oktober, vlak voor of zelfs al tijdens de winterslaap. In het voorjaar verzamelen de vrouwelijke vleermuizen in kraamkolonies. De jongen komen ergens tussen juni en augustus ter wereld.

Afbeelding
Grote hoefijzerneus - Hugo Willocx
Hugo Willocx
Icon
Icoon - Wist je dat

Wist je dat?

  • De grote hoefijzerneus weegt in het najaar meer dan in het voorjaar.
  • Een vrouwtje grote hoefijzerneus jaar op jaar met hetzelfde mannetje paart?
  • Er worden regelmatig dieren van meer dan 15 jaar oud teruggevonden. Vooral bij de jonge dieren is de overlevingskans laag (55% voor een leeftijd van 1-5 jaar), maar deze neemt toe tot 85% voor dieren tussen 6 en 17 jaar. Daarna neemt de overlevingskans weer af. De hoogste leeftijd die werd vastgesteld, bedraagt 30,5 jaar.
  • Twijfel je nog altijd of vleermuizen nu wel of niet in je haar kunnen vliegen? Ontdek hier of het een waarheid of mythe is.

Waar vind je de grote hoefijzerneus?

Je vindt de grote hoefijzerneus overal in Europa behalve in het noorden, en in delen van Azië. In het vroege voorjaar jagen de grote hoefijzerneuzen bij voorkeur in dichte bossen, waar ze prooien (zoals de mestkever) van de vegetatie plukken (gleaning). Ze zijn zeer wendbaar en vliegen behendig tussen boomtakken door op zoek naar hun prooien. Later verschuift hun jachtgebied naar de grenszone tussen bos en graslanden. 

Belgische populaties van de grote hoefijzerneus komen enkel nog in Wallonië voor, maar zwervers komen soms ook in Vlaanderen. Je vindt hem ‘s nachts in beboste valleien en open gebieden in de buurt van velden en water. De winter brengt het dier door in grotten en holle bomen, maar ook in huizen.

Bekijk deze soort op waarnemingen.be

Komt deze soort veel voor?

Zomerverblijf
De grote hoefijzerneus is voor zijn zomerkolonie afhankelijk van warme verblijfplaatsen, zoals zolders en kerktorens. Meer naar het zuiden bevinden kraamkolonies zich ook in grotten of grotachtige verblijfplaatsen. Een tweede vereiste is een rechtstreekse en relatief grote invliegopening. Hoefijzerneuzen kruipen niet graag en moeten van hun hangplek naar buiten kunnen vliegen. In de zomer verblijven volwassen mannetjes in kleine groepjes, terwijl vrouwtjes samen met onvolwassen dieren leven in kraamkamers in groepen van vijftig tot vijfhonderd vrouwtjes, soms tot duizend.

Winterverblijf
Voor de overwintering is de grote hoefijzerneus afhankelijk van relatief warme plaatsen (7 tot 11 °C) met een hoge luchtvochtigheid. Hij is dus terug te vinden in de diepere delen van forten en grotten. In tegenstelling tot veel andere hoefijzerneuzen overwintert deze soort dikwijls in groepen. Tijdens de winterslaap worden ze nog vaak wakker (tot twee keer per week). Als het weer niet te koud, te nat of te winderig is, jagen ze bij de ingang van de grot op voedsel.

Icon
Icoon - Vrijwilligers - Helpende handen

Help de grote hoefijzerneus

Wat kan jij doen?

Je kan je tuin aantrekkelijk maken voor vleermuizen door hem insectvriendelijker te maken. Dat betekent hem zo duister mogelijk te maken en insectvriendelijk in te richten. Een gewone dwergvleermuis eet immers ongeveer 300 muggen en andere kleine insecten in één nacht. Andere soorten vleermuizen verkiezen dan weer nachtvlinders of kevers.

  • Hang een kast op voor vleermuizen. Het liefst aan een stevige boom en op een plaats waar meerdere bomen bij elkaar staan.
  • Hang de vleermuizenkast met de voorzijde naar het zonlicht, zuid of zuidwest. Vleermuizen zijn echte warmteliefhebbers.
  • Hang de kast op een rustige plek, met weinig verstoring.
  • Hang de kast in de luwte.
  • Zorg voor een vrije aanvliegroute. Geen takken of bladeren voor de invliegopening of direct onder de kast.
  • Hang de kast op een minimale hoogte van 3 meter.
  • Een vleermuiskast kun je het hele jaar door ophangen, maar het liefst voor het voorjaar.
  • Hang meerdere kasten in je tuin. Je vergroot zo het aanbod aan zomerverblijfplaatsen.

Wat doet Natuurpunt?

Eén van de enige plaatsen in Vlaanderen waar de grote hoefijzerneus af en toe voorkomt is het Plateau van Caestert, een reservaat van Natuurpunt in Riemst. Hier werkt Natuurpunt aan het herstel van insectenrijke graslanden met hagen en houtkanten, en een divers bos.  Je kan dit project steunen door een gift over te maken op het rekeningnummer BE562930 2120 7588 (BIC = GEBABEBB) met vermelding ‘Plateau van Caestert - project 8863’.

 

Help de grote hoefijzerneus in het Plateau van Caestert

Liever overschrijven?

BE56 2930 2120 7588
Vermeld 'Natuurgebied XXX' bij je overschrijving

  • Giften vanaf €40 zijn fiscaal aftrekbaar
  • Jouw gift gaat rechtstreeks naar je gekozen project
Icon
Icoon - Egel

Leer Wild Spotten in onze natuur

Afbeelding
Gratis online cursus wild spotten
NP

Er valt in België heel wat prachtige natuur te spotten, zoals te zien was in de reeks en de film Onze Natuur. Je hoeft maar goed te kijken en te luisteren. En hoe meer je over de soorten en hun verstopplaatsen weet, hoe boeiender je zoektocht wordt. Start met de gratis online cursus en kom meer te weten over wilde natuur in Vlaanderen. Je ontvangt 1 les per week waarbij onze Natuurpunt-experts je de beste zoektips geven om wilde soorten te spotten.

Schrijf in voor de gratis online cursus

 

Vaak gestelde vragen over vleermuizen

Er vliegt een vleermuis rond in huis. Wat moet ik doen?

Jonge en onervaren vleermuizen durven al eens binnen te vliegen in een huis of garage via een open deur of venster. Als dat gebeurt, wil de vleermuis graag zo snel mogelijk weer ontsnappen. Toch mag je het dier niet zomaar buiten jagen. Vleermuizen zijn nachtdieren; ze zullen niet uit eigen beweging naar buiten vliegen wanneer het licht is.

  • Begeleid de vleermuis naar een kamer waar een raam of deur naar buiten is. Leid het dier naar een uitgang door de ruimte waar het naartoe moet vliegen donker te houden en in de andere kamers licht te laten branden. Wanneer het dier begint rond te vliegen, steek je ook het licht aan in de kamer waar het zich bevindt.
     
  • Wil de vleermuis niet uit eigen beweging vertrekken, vang hem dan op in een doos met deksel (schoendoosformaat) om hem buiten te zetten wanneer het donker is. Maak een paar kleine luchtgaatjes in het deksel, leg er een doek in en een dopje van een fles met water zodat het dier kan drinken. Vang de vleermuis met een doek (doe ook altijd handschoenen aan) en leg hem voorzichtig in de doos. Zet de doos - in afwachting van de duisternis - in een rustige kamer, buiten het bereik van katten. Laat de vleermuis vrij wanneer het buiten donker is.
     
  • Als de vleermuis niet gaat vliegen, of niet kan vliegen, zet het dier dan opnieuw in de doos en contacteer een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt of bel 1700. In de winter of bij koud en nat weer, neem je best sowieso contact op met een VOC. 
     

    Afbeelding
    Hoe vang je een vleermuis met een schoendoos

    J. Scott Altenbach - Bat conservation international - batcon.org

Ik heb een gewonde vleermuis gevonden. Wat moet ik doen?

  • Als de vleermuis niet gewond is en nog kan vliegen, vang je hem in een doos met deksel (schoendoosformaat) om hem buiten te zetten wanneer het donker is. Maak een paar kleine luchtgaatjes in het deksel, leg er een doek in en een dopje van een fles met water zodat het dier kan drinken. Vang de vleermuis steeds met een doek (doe ook altijd handschoenen aan) en leg hem voorzichtig in de doos. Zet de doos - in afwachting van de duisternis- in een rustige kamer, buiten het bereik van katten. Laat de vleermuis vrij wanneer het buiten donker is.
     
  • Indien de vleermuis niet gaat vliegen, of niet kan vliegen, contacteer dan een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt of bel 1700. In de winter of bij koud en nat weer, neem je best sowieso contact op met een VOC. 

Mijn kat heeft een vleermuis gevangen. Wat moet ik doen?

  • Als de vleermuis niet gewond is en nog kan vliegen, vang je hem in een doos met deksel (schoendoosformaat) om hem buiten te zetten wanneer het donker is. Maak een paar kleine luchtgaatjes in het deksel, leg er een doek in en een dopje van een fles met water zodat het dier kan drinken. Vang de vleermuis steeds met een doek (doe ook altijd handschoenen aan) en leg hem voorzichtig in de doos. Zet de doos - in afwachting van de duisternis- in een rustige kamer, buiten het bereik van katten. Laat de vleermuis vrij wanneer het buiten donker is.
     
  • Indien de vleermuis niet gaat vliegen, of niet kan vliegen, contacteer dan een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt of bel 1700. In de winter of bij koud en nat weer, neem je best sowieso contact op met een VOC. 

Ik heb een babyvleermuis gevonden. Wat moet ik doen?

Om een overlevingskans te hebben, moet de babyvleermuis terug opgehaald worden door zijn moeder. Dit kan alleen als de verblijfplaats van de kolonie gekend is.  Hou het diertje overdag warm (vb een fles met water op kamertemperatuur in een handdoek gedraaid) en gehydrateerd (geef het af en toe een druppeltje water met een spuitje –zonder naald- of een nat wattenstafje), en plaats het bij zonsondergang in een bak vlakbij de kolonie.  Wanneer de moederdieren uitvliegen, horen ze de baby roepen en gaan ze op onderzoek uit. Wanneer ze de baby vinden, neemt de moeder haar kind mee naar haar verblijf.

  • Zorg ervoor dat de moeder in de bak kan landen maar de baby er niet uit kan kruipen.
  • Laat de baby niet de hele nacht buiten. Indien hij niet opgehaald werd bij het uitvliegen, dan neem je hem weer binnen, en onderneem je een nieuwe poging tegen zonsopgang. Of je probeert de volgende avond opnieuw. Lukt het daarna nog niet, breng het diertje dan naar een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt.
  • Raak het babydier zo weinig mogelijk aan. Een mensengeur kan ervoor zorgen dat het diertje afgestoten wordt door zijn moeder. Ook volwassen vleermuizen raak je niet met blote handen aan. Draag steeds handschoenen en gebruik een doek.

Weet je zeker dat het een babydier is?

Al onze inheemse vleermuizen zijn erg klein. Een baby heeft weinig of geen pels op zijn lichaam. Jongen van de meest voorkomende soort, de dwergvleermuis, kunnen enkel gevonden worden tussen half juni en eind augustus. Als het diertje toch behaard is, blaas dan bij twijfel zachtjes op de pels. Als je de haren bijna probleemloos uit elkaar kan blazen, is het hoogstwaarschijnlijk een jong dier.

Ik heb erg veel vleermuizen aan mijn huis gezien. Hoe komt dat? Wat moet ik doen?

Van eind mei tot en met augustus melden veel mensen grote aantallen vleermuizen aan hun huis. Dat zijn onschadelijke en ongevaarlijke kraamkolonies van  gewone dwergvleermuizen.

In de lente verenigen de vrouwtjesvleermuizen zich in kraamkolonies. Ze zoeken een geschikte plaats om er hun enige jong ter wereld te brengen (onder zwarte daken, goed door de zon beschenen, op het zuiden gerichte spouwmuren …) Hier laten de moeders hun jongen ’s nachts achter terwijl zij gaan jagen.  De kolonies worden gevormd in mei en zijn eind juni, half juli op hun hoogtepunt. Bij de dwergvleermuizen kunnen de aantallen variëren van 20 tot een paar 100. Dit kunnen erg veel uitvliegende dieren zijn, waar je echter geen schrik van moet hebben.

Na deze periode valt de kraamgroep uit elkaar. Een aantal vleermuizen blijft ter plaatse terwijl een ander deel een ander onderkomen zoekt. Meestal hebben de vleermuizen een aantal verblijfplaatsen in de omgeving. Dikwijls verdwijnen ze dan ook plots om een tijdje later terug op te duiken. Het zijn zeer plaatstrouwe dieren en ze gebruiken jaren na elkaar dezelfde locaties.

Je hoeft dus niets te doen. Vleermuizen verstoren, vangen, doden of hun verblijfplaats vernietigen of onbereikbaar maken is ook bij wet verboden.

Ik ervaar geluidsoverlast en geurhinder van vleermuizen. Wat kan ik doen?

Vleermuizen veroorzaken geen schade aan uw huis. Het zijn insecteneters en hun gebit is niet geschikt om te knagen. Ze maken geen nest en dragen geen nestmateriaal naar binnen. Toch kunnen ze overlast veroorzaken in de vorm van geluid, keutels of geurhinder. Hier kan je eventueel iets aan doen om daarna samen met de dieren verder te leven.

  • Geluid: Vleermuizen maken ook hoorbare, sociale geluiden, vergelijkbaar met het gepiep van muizen. Ook wanneer ze over de isolatie kruipen kan je ze horen krassen. Vooral in kamers vlak onder het dak kan dit storend zijn en je slaap tijdelijk verstoren. Eventueel kan je in de winter wanneer de dieren normaal elders vertoeven, het gedeelte van het dak waar ze hinder veroorzaken ontoegankelijk maken. De rest van het dak laat je ongemoeid.
     
  • Keutels: Dikwijls verraden vleermuizen hun aanwezigheid door hun uitwerpselen op zolder of in de buurt van de uitvliegopening.  De keutels zijn droog en gemakkelijk te verwijderen. Het is uitstekende meststof voor de tuin. Keutels op zolder kan je eventueel opvangen en verwijderen door een plasticfolie onder de hangplaats te leggen. Worden ramen, gevels of raamdorpels vol gepoept, dan kan je een mestplankje onder (25 cm) de invliegopening plaatsen.
     
  • Geurhinder: Slechts zelden wordt er een ammoniakachtige geur waargenomen. In de gevallen waar geurhinder optreedt, heeft men meestal met zeer grote kolonies te maken, die zich vlak bij de woonvertrekken ophouden of met slecht geventileerde spouwmuren.
     
  • Maak de invliegopening van de vleermuizen niet toe. Het is bij wet verboden om vleermuizen te verstoren, te doden of hun verblijfsplaats te vernielen, en het is bovendien een erg wrede daad. Dieren die in je spouwmuur opgesloten geraken, sterven en veroorzaken een rottingsgeur. Wie wacht tot de vleermuizen ’s nachts zijn uitgevlogen, vergeet vaak dat de jongen achterbleven en opgesloten worden. De moederdieren komen terug en gaan op zoek naar andere manieren om bij hun jong te komen. Ze komen vaak in woonvertrekken terecht. Bovendien duurt de doodstrijd van een jong een aantal dagen. Die hele tijd roept het om zijn moeder, die net zolang blijft zoeken.

Zijn vleermuizen drager van meer ziektes dan andere dieren?

Elke diersoort is drager van een aantal virussen, bacteriën en parasieten.  Een vleermuis draagt niet meer of minder ziekten dan andere dieren. Wel is het zo dat er erg veel verschillende soorten vleermuizen zijn: wel meer dan 1400. Daarmee vormen ze de tweede meest diverse groep zoogdieren op aarde. Al die verschillende soorten vleermuizen zijn drager van verschillende soorten virussen. Daarom worden ze als soortengroep beschouwd als gastheren van een grote diversiteit aan virussen. De grote meerderheid daarvan is allerminst schadelijk en kan niet op de mens worden overgedragen.

Activiteiten