Afbeelding
Annelies Jacobs

20.000 meeuwen kruipen samen in bed in Rumst

11 mrt 2015
Categorieën
Natuurbericht
Vogels


Meeuwen staan vooral bekend als kustvogel. Toch kan je ze ook tot ver in het binnenland zien. Grote meeuwensoorten kunnen zich zelfs honderden kilometers landinwaarts verplaatsen op zoek naar voedsel. ’s Avonds zoeken ze water op om al dobberend de nacht door te brengen. Vooral in de maanden oktober tot maart kan je in Vlaanderen spectaculaire aantallen bezichtigen.  Zo kwamen in het spaarbekken van AWW-Eeckhoven in Rumst de laatste maanden elke avond meer dan 20.000 meeuwen een slaapplaats veroveren. Maar wat precies maakt deze plek zo populair bij meeuwen?

Meeuwen zoeken ‘s avonds zeeën, meren, rivieren, plassen of spaarbekkens op om te overnachten. Daar zitten ze op een veilige afstand van predatoren. Vooral open wateren die vanuit de lucht snel in het oog springen zijn zeer geliefd. Overdag gaan ze ieder hun eigen weg om zich van voedsel te voorzien, maar wanneer de avond valt zoeken ze elkaar weer op. Hoe meer dieren, hoe meer ogen, dus hoe veiliger de situatie. De grootste wateroppervlakten boeken dan ook het meest succes.

Niet alleen in Eeckhoven verzamelen meeuwen massaal om veilig de nacht door te brengen. Ook het spaarbekken van Kluizen, het spaarbekken van Merkem en het Sifferdok in Gent vormen belangrijke slaapplaatsen. De grootste meeuwenslaapplaats van Vlaanderen ligt in het Donkmeer in Berlare met meer dan 28.000 overnachters tijdens het hoogseizoen. Hoewel je de meeuwen op deze plaatsen meestal onverstoord kan observeren met een verrekijker, is het bijna onmogelijk ze te tellen. Met honderden tegelijk kunnen ze opeens opvliegen. Ze vormen dan een witte sneeuwwolk.

Afbeelding
joris_everaert_meeuwenslaapplaats_nieuwdonk_berlare.jpg

De magie van een meeuwenslaapplaats (foto Joris Everaert)

Op meeuwenslaapplaatsen kan je meestal Kokmeeuwen, Zilvermeeuwen en Stormmeeuwen in grote aantallen aantreffen. Ook de Zwartkopmeeuw, een soort die in de winter doorgaans richting Frankrijk trekt, is in deze periode van het jaar nu en dan te zien in ons land. De Zwartkopmeeuw is een middelgrote meeuwensoort met witte vleugels, felrode snavel en poten, een zwarte kopkap en een witte oogring. In de winter verdwijnt de zwarte kopkap en blijft enkel nog een zwarte veeg door het oog over, het zogenaamde ‘boevenmasker’. Je kan zelfs ook Geelpootmeeuwen, Pontische meeuwen en Kleine Mantelmeeuwen observeren. Eeckhoven kreeg een aantal weken geleden zelfs Arctisch bezoek in de vorm van een Kleine Burgemeester, een heel zeldzame meeuwensoort in ons land.

Als je nog wilt genieten van dit meeuwen-spektakel, dan kan dit nog maar enkele weken. Vanaf eind maart trekken de meeuwen zich terug om te broeden. Snel zijn is de boodschap!

Tekst: Sandrine Van Tichelen & Annelies Jacobs, Natuurpunt