Afbeelding
Absintmonniks
Ruben Meert

Absintmonnik beleeft boerenjaar

17 sep 2020
Categorieën
Natuurbericht
Nachtvlinders
Vlinders

De zeldzame absintmonnik werd in 2020 al vaker waargenomen dan in de 15 jaren ervoor samen. Een topjaar dus voor de soort, die je gerust de koning van de camouflage onder de Belgische nachtvlinders kan noemen. Al heeft extra aandacht voor de soort ook bijgedragen aan het hoge aantal waarnemingen.

Dat de soort zelden wordt gezien, bewijzen de schaarse waarnemingen die de afgelopen jaren op waarnemingen.be werden ingevoerd. In sommige jaren wordt er zelfs geen enkel imago (volwassen vlinder) gemeld. Dat wil al wat zeggen, als je weet dat er duizenden nachtvlinderinventarisaties per jaar worden uitgevoerd in ons land. Zo’n vlinder in de lichtval krijgen, staat dan ook zowat gelijk aan de lotto winnen. Het is geweten dat de vlinders slecht op licht afkomen. Dit jaar staat de teller echter al op 11 vlinders, een ongezien aantal. De vlinder zelf oogt weinig bijzonder: een zwart-grijze soort met een kam op het borststuk (zoals een monnikskap, vandaar de naam).

Meer vlinders, dat betekent logischerwijs meer eitjes en meer rupsen. Hoewel die zich ook voeden met absintalsem, waaraan ze hun naam te danken hebben, zijn ze bij ons vaker te vinden op bijvoet, een zeer algemene plant. En om zo’n rups te vinden, kan je maar beter eerst de prut uit je ogen wrijven.

De kans is namelijk groot dat ook jij de rups centraal op de leadfoto van dit natuurbericht niet meteen hebt gezien (tip: ze zit met de kop omlaag –dat doen ze vaak). Ze kan de vergelijking met de soms spectaculair gecamoufleerde, tropische dieren uit natuurdocumentaires gerust doorstaan. Naast de perfect overeenstemmende kleuren worden zelfs de bruine topjes van de bijvoetbloempjes nagebootst. Je twijfelt waar de plant eindigt en de rups begint. Op die manier ontsnappen ze mooi aan de aandacht van rupseneters.

Afbeelding
grafiek Absintmonnik

En toch zijn er sinds eind augustus al een kleine 200 rupsen gevonden, dankzij intensief speurwerk van heel wat natuurliefhebbers. Want dat moet ook gezegd worden: na een oproep in een Facebookgroep gingen vele vlinderliefhebbers op pad om deze rups te zoeken. De zoekinspanning lag dus deze zomer ook veel hoger dan in voorgaande jaren. In de commentaren van sommige waarnemers lees je hun verrukking bij het (eindelijk) vinden van deze Heilige Graal bij de rupsen. Hoewel het geen wedstrijd is, zullen velen dit jaar met plezier een vinkje zetten in hun nachtvlinderboek.

Terwijl de grootste biodiversiteit in ons land doorgaans in de zuidelijke en oostelijke provincies terug te vinden is, blijkt de absintmonnik een echte Vlaming: de meeste vindplaatsen situeren zich in West- en Oost-Vlaanderen. Benieuwd of de soort ook bij jou in de buurt voorkomt? Bekijk dan bijvoetplanten nog de komende 2 weken met extra aandacht. Je vindt de rupsen vooral op de bloeiwijze, vaak bovenin de plant; vooral waar verschillende forse planten bij elkaar staan. De absintmonnik heeft geen opvallende habitatvoorkeur. Opgelet: we geven géén vindgarantie.


Afbeelding
Absintmonnik Ruben Meert

 Absintmonnik (foto: Ruben Meert).

Tekst: Ruben Meert (IWG Voelspriet en Vlaamse Vereniging voor Entomologie) & Wim Veraghtert (Natuurpunt Studie)