Op 25 oktober 2019 werd in Heist een bruine klauwier ontdekt, een soort die nog nooit eerder in België gezien is. Het was alweer even geleden dat we nog eens een nieuwe soort aan de Belgische vogellijst konden toevoegen. Maar met een volwassen bruine klauwier was het eindelijk nog eens raak.
De bruine klauwier werd op vrijdag 25 oktober 2019 ontdekt door Kenny Hessel en Geert Carette. Het is de 452ste vogelsoort die in België werd vastgesteld. Dat lokte honderden nieuwsgierige vogelkijkers uit heel België naar Heist. Met een beetje geluk kan je de vogel ook vandaag nog bekijken.
Waarnemingen in Europa
Bruine klauwieren broeden in Oost-Azië; van Centraal- en Oost-Siberië en Mongolië tot Oostelijk China en Japan. De soort overwintert o.a. in zuidelijk China, op de Filippijnen, in Taiwan en India. De bruine klauwier is een dwaalgast in Europa. De soort werd voor het eerst waargenomen in 1985 op de Shetland-eilanden (Groot- Brittannië). Later doken ze ook op in o.a. Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Ierland, Italië, Malta, Noorwegen, Spanje en Zweden.
In Nederland is de bruine klauwier al 4 keer gezien. De eerste keer was op 18 januari 2014. En de laatste twee waarnemingen waren in oktober 2019. Dit jaar lijkt hij op wel meer plaatsen op te duiken: ook in Frankrijk en Zweden waren er meldingen. Voor Noord-Amerika werd de soort dit jaar voor het eerst vastgesteld.
Wat de Belgische bruine klauwier extra bijzonder maakt, is dat het vermoedelijk gaat om de ondersoort lucionensis. Die broedt van China tot in Korea en komt dus helemaal uit het meest oostelijke deel van het verspreidingsgebied van deze soort.
Vier bijzondere dwaalgasten die deze maand aan de kust opdoken (v.l.n.r.): Roodoogvireo, Turkestaanse/Daurische klauwier, Izabeltapuit en Siberische sprinkhaanzanger (foto's: Filip De Ruwe & Johan Buckens)
Hoe komt hij hier terecht?
De voorbije maand werden in België al erg veel zeldzaamheden vastgesteld. De meest opvallende soorten waren een izabeltapuit (07 oktober - 13 oktober, Zeebrugge), een Siberische sprinkhaanzanger (11 oktober - 16 oktober, Heist), een roodoogvireo (12 oktober - 14 oktober, Heist), een Daurische of Turkestaanse klauwier (14 oktober, Heist) en nu dus ook een bruine klauwier. Waarom er net nu zoveel extreme zeldzaamheden opduiken, is niet helemaal duidelijk. Vogels kunnen uit koers worden geslagen door slechte weersomstandigheden. Doorgaans gaat het om jonge vogels die nog niet veel ‘trekervaring’ hebben. Van oudere vogels wordt aangenomen dat die beter de juiste richting kunnen aanhouden tijdens de jaarlijkse trek tussen de broedgebieden en de landen waar ze overwinteren. Maar deze verklaring is zeker niet sluitend: zo is de bruine klauwier van Heist een volwassen vogel.
Waarom kiest hij onze kust?
Het valt elk jaar op dat heel wat zeldzaamheden opduiken in de omgeving van het havengebied van Zeebrugge. Dit is niet zo verwonderlijk. Voor soorten die uit Azië afkomstig zijn en verdwaald in westelijke richting blijven doorvliegen, vormt de Noordzee een natuurlijke barrière. De meeste zangvogels vliegen niet graag over zee - even uitrusten is daar immers geen mogelijkheid - en stoppen dus aan de kustlijn. Maar waarom dan net allemaal in het Zeebrugse havengebied en niet evenredig verspreid over de ganse kust? Dat komt vooral doordat de haven ’s nachts fel verlicht is. Vogels die ’s nachts trekken worden door dit licht aangetrokken, misschien omdat ze in zo’n fel verlichte omgeving ook tijdens de nacht verder naar eten kunnen zoeken. Net daarom zoeken vogelaars in het najaar gericht alle bosjes, struwelen en vlaktes in het Zeebrugse af, in de hoop een dwaalgast te ontdekken. Van zodra dit gebeurt, wordt de vondst snel doorgegeven (o.a. op www.waarnemingen.be) zodat ook andere vogelaars mee kunnen genieten.
Tekst: Dominique Verbelen, Natuurpunt Studie
Video: Jan Vanwynsberghe, Foto’s: Filip De Ruwe, Patrick Beirens & Johan Buckens.
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief