Afbeelding
Chinese windpalm met vruchten in de plantentuin in Antwerpen
Karin Thiers

Chinese waaierpalm voelt zich thuis in Vlaanderen

2 feb 2017
Categorieën
Natuurbericht
Exoten

De Chinese waaierpalm wint aan populariteit in onze contreien doordat hij onze tuin een exotisch tintje geeft en tegelijk de winter overleeft. Sinds 2013 weten we dat de soort ook uitzaait. Momenteel zijn er meer dan 100 zaailingen te zien in de botanische tuin in de Antwerpse binnenstad. Maar is het wel zo verstandig om deze palm zijn gang te laten gaan?

Plantenwerkgroep van Natuurpunt FON vond deze maand enkele plekken met honderden zaailingen van Chinese waaierpalm (Trachycarpus fortunei) in de Antwerpse binnenstad. Deze wintervaste palmsoort blijft ook in de winter mooi groen en springt in het oog, nu er nog amper iets groeit.

Chinese waaierpalm, ook windmolenpalm of Henneppalm genoemd (Engels: Chusan Palm) is een bergsoort uit het Himalayawoud (tot 2400m) die zeer winterhard (tot -18 C°) is. De boom wordt twaalf meter hoog. De stam is bedekt met jute-achtige vezels. De sterke bladstengels zijn met doornen bedekt en zijn een halve tot anderhalve meter lang. De waaiervormige bladeren bestaan uit lange (tot 75cm), spits uitlopende delen. In het begin hangen deze delen vast aan elkaar, maar als het blad groeit, valt het langzaam maar zeker uiteen.

Palmen uit het geslacht Trachycarpus zijn allen tweehuizig. Dit betekent dat er palmen met uitsluitend mannelijke, meer gele bloemen zijn en palmen met vrouwelijke bloemen die meer groen zijn. De Chinese waaierpalm bloeit ook in België. Alleen als je vrouwelijke en mannelijke exemplaren bij elkaar hebt staan en beiden tegelijkertijd bloeien kan de palm fruit aanmaken, kleine dadelachtige vruchten die in trossen van honderden bij elkaar groeien. In de botanische tuin in Antwerpen staan beide geslachten bij elkaar, waardoor er daar nu honderden zaailingen te vinden zijn. De bessen kiemden er blijkbaar zonder moeite. Toch blijft de verspreiding niet beperkt tot deze plek… de bessen zijn geliefd bij vogels en de zaden komen via de uitwerpselen van deze wellicht ook op andere plaatsen terecht in en rond de Antwerpse binnenstad. 


Afbeelding
indra.jpg

Jonge, gekiemde Chinese waaierpalm in Ranst (foto: Indra Jacobs)

Dat deze plant zo gemakkelijk uitzaait, was al bekend uit Groot-Brittannië, Noord-Italië en Zwitserland. De soort staat in Zwitserland zelfs op de zwarte lijst, omdat ze grote stukken winterse vallei kan overwoekeren en de inheemse plantengroei ontwricht. Merels en mezen lusten de bessen blijkbaar graag en zijn zo belangrijke verspreiders van de soort.

De eerste Belgische waarneming gebeurt in 2013 in Edegem, langs het gemeentepark Ronde Put. In 2014 werden de eerste zaailingen ontdekt in de botanische tuin, onder de moederboom. De jonge palmscheuten zijn goed herkenbaar door hun kantige nerven. Toch kan je ze verwarren met jonge planten van dadel, een soort die de strenge winters hier niet overleeft. Om volledig zeker te zijn graaf je de jonge planten best uit: zie je een niervormig zaadje, dan ben je zeker dat het om Chinese waaierpalm gaat.

De Waaierpalm zou in natuurgebieden die dicht bij de bewoning liggen een probleem kunnen gaan vormen. Elke plant kan tot 30.000 zaden produceren. In verderaf gelegen gebieden geraakt de plant wellicht niet omdat de  'droppings' van bessenetende vogels meestal gevonden worden binnen een erg korte straal van de voedselbron. In Edegem zijn geen volwassen bomen in de nabijheid te bespeuren. Wellicht werd hier potgrond met zaad van de plant weggegooid in het bos.

De ongewenste uitzaai van Waaierpalm kan gemakkelijk op te lossen zijn als er alleen mannelijke bomen worden verkocht. Toch vermeldt de literatuur dat in de mannelijke bloemkolven soms ook hermafrodiete (mannelijke en vrouwelijke) bloemen voorkomen, die kiemkrachtig zaad voorbrengen.

Momenteel is het nog niet duidelijk of de Chinese waaierpalm schade toebrengt aan onze natuur. Toch leert de ervaring dat de verspreiding van exotische soorten snel kan gaan. Terwijl ingrijpen in het begin van de verspreiding erg eenvoudig is, kan het in een later stadium enorm duur en zelfs onhaalbaar worden. Daarom nemen we best geen risico met deze exotische plant en wordt hij best uitgetrokken.

Denk je dat je een jonge Chinese waaierpalm hebt gezien in de natuur, maak dan een foto (indien mogelijk ook van het zaadje) en voer die in op www.waarnemingen.be

Tekst: Erik Molenaar, Plantenwerkgroep Natuurpunt en Roosmarijn Steeman, Natuurpunt Studie
Foto’s: Indra Jacobs & Karin Thiers