Afbeelding
Marianne Horemans

De waarde van een dode kat

20 feb 2015
Categorieën
Natuurbericht
Kevers

Net zoals dood hout vormen ook dode dieren een voedselbron voor kevers. Aan de rand van een graanakker in Lubbeek lag half april een overreden kat die op twee momenten met enkele dagen tussenpauze bezocht werd door onderzoekers. En wat bleek: ze waren niet alleen gekomen.

Op en naast het kadaver, dat deels verdroogd en deels rottend was, werden niet minder dan 16 verschillende soorten kevers gevonden. Het kadaver werd lichtjes bewogen en op enkele plekken opgetild, waarna de aanwezige kevers in het rond begonnen te lopen en gevangen werden. Het bleken kevers van verschillende families: er waren bladsprietkevers bij, glanskevers, kortschildkevers, spiegelkevers, aaskevers en ook landbewonende spinnende watertorren.

Binnen die diverse keverfamilies bestaan er soorten die op een of andere manier gebonden zijn aan kadavers. Naar schatting zijn 750 keversoorten afhankelijk van kadavers. En naast kevers zijn er nog honderden andere diersoorten die tuk zijn op kadavers.

Net als met dood hout kent ook een kadaver verschillende stadia, ruwweg op te delen als: vers, inflatie, vroege rotting, late rotting en droge resten. Elk van deze stadia trekt zijn eigen fauna aan. Tijdens de eerste dagen verschijnen vooral vleesetende kevers, maar geleidelijk aan verschijnen ook soorten die zich voeden met beenderen, verdroogd aas en oude huiden zoals een aantal glanskevers (Nitidulidae). Mestkevers (Scarabaeidae) verschijnen o.a. wanneer de darminhoud vrijkomt (bv. door vraat van aasetende vogels).

Het ene kadaver is het andere niet. Zo speelt de grootte een rol want doodgravers (Silphidae, Nicrophorinae) moeten het kadaver ingraven om hun levenscyclus te kunnen voltooien en zijn daarom gebonden aan kleinere kadavers voor de voortplanting, maar kunnen op grote kadavers wel voedsel vinden. Het ene leven trekt ook het andere aan: Kortschildkevers (Staphylinidae) van het genus Aleochara parasiteren op de poppen van vliegen. De larven voeden zich met de inhoud van de vliegenpop waarin ze leven. De larven van de niet-waterbewonende spinnende watertorren uit het genus Sphaeridium jagen dan weer actief op vliegenlarven.

Ook specifieke factoren zoals de vochtigheid van het kadaver spelen een rol. Zo zal een kadaver dat voldoende regen gekregen heeft het perfecte habitat vormen voor schimmels, zodat ook schimmeletende kevers een belangrijke component vormen van de kadaverfauna.

Omwille van het belang voor heel wat diersoorten, zijn er zowel in Nederland als in Vlaanderen zijn projecten waarbij geëxperimenteerd wordt met het laten liggen van kadavers in de natuur.

Tekst: Nobby Thys, Natuurpunt natuurstudiewerkgroep Hagelandse Heuvelstreek

Referenties:

Colijn, E.O., 2014. Kevers op kadavers in Nederland, de stand van zaken
Entomologische Berichten 74 (1-2): 60-67

Schilthuizen M, Vallenduuk H, 1998. Kevers op kadavers, Wetenschappelijke mededeling KNNV nr 222, KNNV Uitgeverij, Utrecht