Afbeelding
Caenoplana bicolor
Jan Soors

Invasie van Down Under: exotische platwormen straks heer en meester?

31 mrt 2017
Categorieën
Natuurbericht
Exoten

Tijdens het tuinieren in zijn tuin in Hamme, stootte René op een opvallende, exotische platworm. Vermoedelijk is deze vondst nog maar het topje van de ijsberg: almaar meer platwormen doen via het mondiale transport van planten hun intrede. En dat is niet zonder gevaar voor onze inheemse fauna.

Onverwacht bezoek

In april 2015 vindt René Pletinck onder een bloempot in zijn tuin een opvallend gekleurde platworm. Er volgen nog enkele vondsten van deze mysterieuze soort die zich steeds ophoudt onder zakken, stenen en bloempotten. Observaties maken ook duidelijk dat de soort zich voedt met pissebedden.

Maar om welk dier gaat het nu? Nadat enkele foto’s geüpload worden op waarnemingen.be, wordt de soort opgemerkt door medewerkers van KBIN en INBO. Op basis van de uitwendige kenmerken wordt al snel aangenomen dat het om Caenoplana bicolor zou kunnen gaan: een Grote Australische Geelstreep. DNA-analyses, uitgevoerd door het KBIN, bevestigen deze determinatie. De dieren, die ook in 2016 en dit jaar aanwezig bleven in de buurt van Hamme, zijn mogelijk ‘meegelift’ met potplanten van Eucalyptusbomen die in de directe omgeving aangevoerd waren. De soort kan tot 12 cm lang worden, al spreekt René van een exemplaar in zijn tuin van 17 cm.

Problematische invasie?

De regenworm-etende landplatwormen worden doorgaans als schadelijk beschouwd, omdat ze een ernstige impact kunnen hebben op de bodemstructuur en –vruchtbaarheid. Caenoplana bicolor eet enkel pissebedden. Die spelen een minder cruciale rol in de bodemstructuur, maar wél in de afbraak van plantaardig materiaal, compostvorming en het voedselweb. Daarom is het nodig om de introductie op de voet te volgen. Platwormen kunnen lang zonder voedsel. Hun lichaam kan zich herstellen als het beschadigd of door midden gehakt wordt, ze smaken onaangenaam en kennen nauwelijks natuurlijke vijanden. Dat maakt hen erg lastig te bestrijden.

In een artikel in American Scientist trekt Ronald Sluys aan de alarmbel. De laatste decennia zien we in Europa almaar meer landplatwormen opduiken die meereisden met potplanten, vooral vanuit Azië, Australië en Nieuw-Zeeland. In Engeland zijn al 15 soorten ontdekt. Die houden zich deels op in kassen, maar sommige, zoals de Nieuw-Zeelandse landplatworm Arthurdendyus triangulatus, zijn invasief daarbuiten.

Exotische platwormen: we ain’t seen nothing yet

In België en Nederland zijn tot nu toe drie exotische landplatwormen gevonden. Zo heb je de hamerhoofdlandplatworm (Bipalium kewense): die komt in Nederland in serres voor, maar in onze streken kan hij niet buiten overleven. Daarnaast is er ook Marionfyfea adventor: een kleine soort die pas in 2016 werd beschreven, op basis van dieren uit Nederland. Deze worm werd al gesignaleerd in Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, maar komt van oorsprong waarschijnlijk uit Nieuw-Zeeland. En nu dook dus ook de derde exotische platworm, Caenoplana bicolor, op in Hamme nadat die in 2014 al éénmalig gefotografeerd werd in een tuin in Nederland.

Dit  is ongetwijfeld nog maar het topje van de ijsberg. Zijn deze en tot nu nog onbekende soorten binnenkort heer en meester over ons bodemleven? Wordt vervolgd.

Tekst: Jan Soors & Sytske de Waart (werkgroep Landplatwormen EIS Kenniscentrum Insecten); Thierry Backeljau, Karin Breugelmans, René Pletinck en Ronald Sluys (Naturalis)
Foto: Jan Soors