2022 was voor amfibieën & reptielen opnieuw een bijzonder jaar en in dat opzicht kunnen we er stilletjes van uitgaan dat wat voorheen bijzonder of uitzonderlijk was, het nieuwe normaal geworden is. Want hoewel ze beide vergevorderde levensvormen zijn, zijn zowel de amfibieën als de reptielen koudbloedig en dus in hoge mate afhankelijk van de omstandigheden om zich heen. Extreme jaren hebben dus een sterke invloed op organismen van beide soortgroepen. Anders dan voorgaande jaren (2020 en 2021) kozen we dit jaar voor een tijdlijn per seizoen om 2022 in een notendop weer te geven.
Januari-maart
Het eerste wapenfeit van 2022 was er eentje toen het jaar nog maar negen minuten op gang was. Jan Pauwels en co waren de eerste om een herpetologische waarneming in te voeren op Waarnemingen.be. Om negen minuten over middernacht kwamen ze in Het Leen (Eeklo) een alpenwatersalamander en een bruine kikker tegen. Dat was duidelijk een gevolg van de uitzonderlijke zachte temperatuur op dat moment: 14,3 °C. Niet vreemd dat op zo’n mooie lentedag meteen ook de eerste waarnemingen van Levendbarende hagedis (Groot Schietveld) en Gladde slang (Kalmthoutse Heide) werden geregistreerd. Op 10 januari werd de eerste adder gemeld in Vlaanderen (Kalmthoutse Heide). Een enkeling die al eens kwam piepen. Voor de volgende waarnemingen moesten we wachten tot eind februari, waarmee het adderseizoen op de Kalmthoutse Heide en het Groot Schietveld in Brecht werd afgetrapt in lijn met het gemiddelde van de afgelopen tien jaar. De adders op het Groot schietveld kregen uiteraard rake klappen na de brand op 23 april 2021, maar de impact was toch beperkter dan verwacht. Het zijn taaie rakkers! Benieuwd naar de resultaten? Schrijf je hier in voor de Hyla webinar over de adder op woensdag 8 februari 2023.
Februari staat ieder jaar met rood aangeduid in de agenda van de paddenoverzetters. Doorgaans worden de schermen tegen 15 februari geplaatst zodat deze vanaf eind februari de overstekende meute amfibieën kunnen opvangen. In 2022 was 15 februari te laat. Op 16 februari kregen we, na een kleine voorhoede op 9 februari, al een erg vroege piekdag bij de overzet, met meer dan 23.000 overgezette dieren. Geen enkele dag zullen er meer amfibieën overgezet worden in 2022. En als de trek goed op gang gekomen is, is het nooit lang wachten op de voortplantingsactiviteiten. Op 28 februari werden het eerste roepkoor en de eerste legsels van heikikker gemeld door Loïc van Doorn (Kalmthoutse Heide).
Op 1 maart 2022 voert Davy Huygen als eerste in 2022 een telling in voor zijn fuikvangst. Meteen goed voor een subadulte kamsalamander. In 2022 worden er 307 tellingen ingevoerd in de projectenmodule ‘Fuik- en schepnetonderzoek’ van Waarnemingen.be. Ondertussen werden er 2237 tellingen via deze weg ingevoerd, 1998 van fuikvangsten, 239 van schepnetvangsten. Via deze module verbeteren we, door de extra info die hieruit voortvloeit, onze kennis over onze watersalamanders. Voer jij je fuik- of schepnetvangsten nog niet in via deze weg, neem dan een kijkje in de eenvoudige handleiding en maak van jouw waarnemingen ook projectwaarnemingen.
En hoewel de piekdag al midden februari plaatsvond, zal het gros van de amfibieën in maart worden overgezet in 2022, vooral tussen 11 en 16 maart. Uiteindelijk zullen er in 2022 meer dan 165.000 dieren worden overgezet, verspreid over 237 acties in Vlaanderen.
April-juni
Op 12 april wordt voor het eerst het zachte geklok van een knoflookpad gehoord aan de Vlaamse kant van de Vallei van het Merkske. De dieren werden er in 2020 uitgezet als larven en blijken nu succesvol het volwassen stadium bereikt te hebben. Een flinke opsteker voor iedereen die bezig is met deze sterk bedreigde soort die voordien nog maar op 2 plaatsen in België voorkwam.
En dan was het wachten tot 19 april om de eerste tekenen van een andere iconische soort in Vlaanderen te aanhoren. In Sint-Genesius-Rode liet de eerste vroedmeesterpad van zich horen. Ook 2022 stond bol van de acties voor deze soort. Op 12 mei werden de laatste overwinterende larven uit de vroedmeesterpadkweek van 2021 uitgezet in Huldenberg. Doordat deze soort zich tot laat in de zomer voortplant, geraakt een aanzienlijk deel van de larven niet voldoende ontwikkeld om in hetzelfde jaar te metamorfoseren en aan land te gaan. Zij overwinteren als larve en gaan pas het volgende jaar aan land.
De door werken getransloceerde populatie Rugstreeppadden in de Haven van Antwerpen heeft de verhuis naar de Bospolder goed doorstaan. Ze kwamen er voor het eerst tot voortplanten en wisten op eigen houtje uit te breiden naar de Kuifeend.
De maand mei werd op een heel droevige manier ingezet. Op de eerste dag van de maand verliest de herpetofaunawereld een fenomeen, een trekker, een mentor, een bezieler, een icoon. Robert Jooris is niet meer. Robert was jarenlang voorzitter van Hyla, de amfibieën- en reptielen werkgroep van Natuurpunt.
In juni publiceerde Natagora en Natuurpunt in opdracht van Leefmilieu Brussel een atlas van de amfibieën en reptielen van de Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Een mooi document over het reilen en zeilen van de 26 voorkomende soorten. Dit is een update van de atlas die in 2005 verscheen.
En een wereldprimeur! Op 25 juni werden voor het eerst steriele larven van de invasieve Amerikaanse stierkikker uitgezet. In de omheinde vijvers in Balen zullen ze verder ontwikkelen waarna ze ingezet zullen worden om hun fertiele soortgenoten zelf te bestrijden. Je leest er alles over op www.stierkikker.be.
Juli-september
Juli was weer uiterst droog. Hoewel een soort als de vroedmeesterpad hier vrij goed tegen opgewassen is, zien we enkel verliezers tijdens deze weersomstandigheden. Heel wat larven zullen niet op tijd gemetamorfoseerd geraakt zijn voor poelen uitgedroogd waren en kwamen zo meteen aan hun einde. Ook augustus werd erg droog en warm.
Tijdens het scheppen naar larven en het zoeken naar juvenielen werd duidelijk dat onze boomkikkers er een mager jaar op hebben zitten. De oorzaak van het lage voortplantingssucces is niet met zekerheid te achterhalen. Dat is wat minder goed nieuws na de recente succesverhalen van deze soort. Wetende dat de boomkikker in de jaren ‘60 en ‘70 verspreid over België voorkwam, maar vervolgens decimeerde tot 200 roepende mannetjes in 2002 met het uitsterven van de soort in Wallonië, Antwerpen en Oost-Vlaanderen. In juli werd de soort in Wallonië geherintroduceerd.
Behoorlijk slecht nieuws op 9 augustus. De Afrikaanse klauwkikker heeft na een tocht door Noord-Frankrijk en Wallonië, nu ook Vlaanderen bereikt. Deze invasieve exoot kent een zeer hoog voortplantingssucces, zo blijkt uit de duizenden larven en juvenielen die werden vastgesteld in de gemeente Mesen. Zorgwekkend! De bestrijding van deze soort is in gang gezet.
Eind augustus komt de vroedmeesterpad weer in de kijker. Op 26 augustus werd de soort voor het eerst geïntroduceerd in een gebied waar voorheen nog geen populatie aanwezig was, als onderdeel van het kweekprogramma van het INBO. Het golfterrein in Tervuren werd de nieuwe thuis van honderden larven.
In september viel er eindelijk veel regen. Goed nieuws voor de vuursalamander(tellingen). Alle Vlaamse populaties Vuursalamander worden opgevolgd binnen de Meetnetten. Maar om veel salamanders te tellen, is een voldoende natte herfstavond nodig. Voorbije jaren was dit vaak een probleem, maar in 2022 absoluut niet. September was een topmaand voor de vuursalamander. In heel wat bossen sneuvelt het dagrecord.
Vuursalamander (foto: Kees Marijnissen/Saxifraga)
Oktober-december
Om de gevlekte ringslang een handje te helpen, worden broedhopen aangelegd. Deze geven de slang een ideale omgeving om hun eieren te leggen. De warmte van een goed gemaakte broedhoop (compost/mest) broedt de eieren uit. In oktober kunnen we ervan uit gaan dat alle eitjes van de ringslang zijn uitgekomen en kan het voortplantingssucces gecontroleerd worden door de broedhoop open te maken en de uitgekomen eieren te tellen. Voorgaande jaren waren telkens meer dan 90% van de eieren uitgekomen. In 2022 was dit slechts 20%. Vermoedelijk heeft de droogte ervoor gezorgd dat de broedhopen, en dus de eieren, te droog zijn geworden.
Eind oktober en vooral november werden nog behoorlijk warm waardoor dieren die zich voorbereiden op de winter voldoende tijd hebben gekregen om hun buikje rond te eten en voldoende vetreserve aan te leggen. Deze vetreserves zijn cruciaal om de kwakkelwinters, zoals we die afgelopen jaren kenden, zo goed mogelijk door te komen en klaar te zijn voor de voortplanting.
Midden december kregen we elf opeenvolgende vorstdagen tijdens dewelke de overwinteraars zich nog eens extra diep moesten wegstoppen tegen de vorst. Maar al snel sloeg de balans om. 19°C verschil op minder dan 48u. We belandden in de warmste derde decade van december sinds de metingen, met als kers op de taart de warmste laatste dag van het jaar sinds de metingen (17,5°C). Voor overwinterende dieren voelt het aan alsof de lente aangebroken is. Hun lichaam komt weer op gang. Als er vervolgens nog een plotse koudeprik of vorstperiode aankomt aan het begin van 2023, kan dit fataal zijn voor tal van amfibieën
De laatste herpetologische waarneming van 2022 is er eentje van Stef Spruytte uit Nieuwkerke. Hij vond op 31 december 2022 om 22u drie Alpenwatersalamanders en drie Kleine watersalamanders toen hij met zijn zaklamp een kijkje nam in zijn tuinvijvertje.
Ook in 2022 bleef Vlaanderen nog gespaard van de salamander-etende schimmel Bsal. Hoewel we dit hoogstwaarschijnlijk geheel te danken hebben aan de graad van isolement waarin onze populaties leven, is elk jaar zonder Bsal besmetting een gewonnen jaar.
Tekst: Hyla werkgroep
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief