Afbeelding
Kurt Geeraerts

Luzernebehangersbij kent opmars in hete steden

4 jul 2016
Categorieën
Natuurbericht

De Luzernebehangersbij is een zuidelijke bijensoort die in 2013 voor het eerst werd waargenomen in ons land. Intussen is de soort begonnen aan een sterke opmars, en duikt ze her en der op in Vlaamse steden. Reden is wellicht het opwarmende microklimaat in onze steden.

De Luzernebehangersbij (Megachile rotundata) meet slechts 7 tot 9 mm en is daarmee één van de kleinste vertegenwoordigers van de behangersbijen. Door haar geringe grootte en wittige beharing is ze slechts met een paar andere soorten te verwarren.

Commercieel gezien is de Luzernebehangersbij één van de belangrijkste solitaire bijensoorten, aangezien ze wordt ingezet voor de bestuiving van Luzerne. Ze nestelt zowel in aangeboden als natuurlijke nestgelegenheid als holle stengels, gangen in dood hout en soms in de grond en in leemwanden. Nestjes worden afgesloten door middel van gekauwd plantenmateriaal. In luzernevelden worden vooral blaadjes van Luzerne gebruikt, wat meteen haar naam verklaart. Terwijl de Luzernebehangersbij van nature voorkomt in Midden- en Zuid-Europa, Noord-Afrika en oostelijk tot Midden-Azië, werd ze vanwege haar diensten als bestuiver ook ingevoerd in Noord-Amerika, Nieuw-Zeeland en Australië, waar haar meerwaarde jaarlijks op vele miljoenen euro wordt geschat.  

In de Benelux werd ze tot dit jaar slechts een paar maal aangetroffen. De eerste melding was van een mannetje in 2009 in Groesbeek (Nederland). Sindsdien werd ze er ondanks gericht zoeken niet meer teruggevonden. Ook in België waren er tot zeer recent slechts een paar waarnemingen, namelijk in 2013 in Bergen, in 2014 in Sint-Amands en in 2015 in Vorst en Hasselt.

Op 22 juni van dit jaar werden tegelijkertijd waarnemingen verricht in Gent en Mechelen. In de daaropvolgende dagen werd de soort op twee extra plaatsen in Mechelen en op een locatie in Brussel aangetroffen. Het ging telkens om enkele tientallen exemplaren die ook nestelend in een bijenhotel aangetroffen werden. De Luzernebehangersbij is hier dan ook al goed ingeburgerd en lijkt aan een sterke opmars bezig. Verwacht kan worden dat de komende maanden en jaren nog extra waarnemingen zullen opleveren.


Afbeelding
a_1.jpg

Een van de vindplaatsen van de Luzernebehangersbij in Mechelen, op een voormalig industrieterrein. De soort werd hier vooral aangetroffen op honingklaver (foto: Jens D'Haeseleer)

In het buitenland is de soort van nature bekend van warme biotopen, zoals rivierduinen, groeves, droge hellingen, dijken en op het zuiden gerichte bosranden. Ook in stedelijk gebied wordt ze echter aangetroffen. Bij ons werd ze tot nu toe gevonden in de stad op ruderale terreinen, in een stadstuin en op een groendak. Ze lijkt hier dan ook een echte cultuurvolger te zijn. De voorkeur voor stedelijk gebied lijkt het belang van een warm microklimaat te benadrukken. De Luzernebehangersbij is in principe niet gespecialiseerd qua bloembezoek en wordt waargenomen op lelieachtigen, lipbloemen, schermbloemen, vetplanten en vlinderbloemen. In ons land werd ze tot nog toe enkel aangetroffen op verschillende soorten honingklaver, Witte klaver, Haagwinde en Wit vetkruid.

Wie zelf op zoek wil gaan naar de Luzernebehangersbij, richt zich best op stedelijke gebieden met veel bloeiende Luzerne of honingklaver. Waarnemingen, liefst met foto, kunnen ingegeven worden op www.waarnemingen.be.

Tekst: Jens D'Haeseleer, Natuurpunt Studie
Foto’s: Kurt Geeraerts & Jens D'Haeseleer