Voor de Belgische kust ligt een stuk fascinerende onderwaternatuur, compleet met grindbedden en zandbanken. Op papier genieten die zones een strikte Europese bescherming, maar onder druk van Deense en Nederlandse vissers worden de Belgische beschermingsmaatregelen verder uitgehold, onder meer door er bepaalde bodemberoerende visserijtechnieken te blijven toelaten. Dat is spelen met vuur: als kraamkamers voor vissen en oesters is deze natuur de beste toekomstverzekering van de zeevisserij.
Met hun klacht willen Natuurpunt en WWF-België de bescherming van natuur voor onze kust afdwingen bij Europa. Het lijkt nochtans niet meer dan logisch dat de Europese Commissie zich aan haar eigen natuurwetgeving houdt. Wat is dan het probleem?
Kwetsbare zeebodems beschermen doe je door op die specifieke plaatsen geen bodemberoerende activiteiten meer toe te laten, zoals bodemberoerende visserij.Om die beschermingsmaatregelen in onze Noordzee te doen renderen, moeten de beperkingen ook gelden voor de vele buitenlandse vissers die actief zijn in ons gedeelte van de Noordzee. Visserij is nu eenmaal een grensoverschrijdende kwestie: ook Nederlandse, Franse, Engelse, Duitse en Deense vissers zijn actief in ons deel van de Noordzee. Net daarom verplicht Europa dat visserijbeperkende maatregelen in eigen zee besproken worden met alle landen die er visrechten hebben.
Het zijn deze besproken en dus onderhandelde maatregelen die nu voorgelegd worden aan het Europees parlement via een zogeheten ‘delegated act’. En daar wringt het schoentje. België heeft grote visserijbelangen in andere lidstaten en staat daardoor erg zwak in dit soort onderhandelingen. Bovendien toetst de Europese visserijadministratie (DG Mare) de onderhandelde maatregelen niet aan de belangrijkste natuurwetgeving, de Europese Habitatrichtlijn. Ze bekijkt enkel of de wettelijke procedure juist gevolgd werd. Zo komt het dat de Belgische maatregelen, die al beperkt waren, nog verder afgezwakt zijn.
In het voorstel dat nu voorligt, zal geen enkele zone nog volledig afgesloten zijn van bodemberoerende visserij. De Denen onderhandelden een uitzondering voor hun ‘Deense zegen’, een vistechniek die minder diep in de bodem ploegt dan de traditionele boomkor, maar die de bodem grondig schoonveegt over een grote oppervlakte. Koralen zoals bijvoorbeeld de Dodemandsduim worden dan letterlijk weggeveegd.
Maandag komt de visserijcommissie van het Europees parlement samen om te beslissen over deze maatregelen. Natuurpunt en WWF-België hopen dat de europarlementariërs deze ‘delegated act’ niet goedkeuren en dat Europa België effectieve beschermingsmaatregelen oplegt voor de grindbedden en schelpdierbanken in onze Noordzee. Want die bescherming is dringend nodig, verder uitstel is een slechte zaak.
De beslissing om een Europese klacht in te dienen is weloverwogen: het is een van de laatste redmiddelen in dit dossier. Visserijbeperkende maatregelen moeten effectief zijn in het beschermen van natuur, en op Europese schaal ingevoerd worden. Alleen zo lonen de inspanningen om natuur en visserij te beschermen. Door uitzonderingen toe te laten zullen de beschermingsmaatregelen hun effect verliezen en zal het nog langer duren vooraleer de natuur de kans krijgt zich te herstellen.
Tekst: Krien Hansen, Natuurpunt Beleid
Foto: Wim Dirckx
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief