Afbeelding
Grindbed met stenen die gekoloniseerd zijn door kokerwormen en volwassen kolonies van het zachte koraal ‘dodemansduim’
KBIN

Ontdekking van een hotspot voor onderwaterleven in de Belgische Noordzee

11 mei 2022
Categorieën
Natuurbericht


Wetenschappers van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen hebben in het Belgische deel van de Noordzee een hotspot voor onderwaterleven ontdekt. Onder één van de drukste scheepvaartroutes ter wereld werden volwaardige kolonies van langlevende fauna aangetroffen (zoals talrijke kolonies van het zachte koraal ‘dodemansduim’), verbonden met een zeebodem die bestaat uit aanzienlijke hoeveelheden rotsen en stenen. Het grindbed huisvestte ook het eerste levende exemplaar van de Europese platte oester op de Belgische zeebodem in tientallen jaren. 

Het Belgische deel van de Noordzee vormt slechts een klein onderdeel van de ‘Grote Noordzee’: ongeveer 0,6 % van het totale Noordzeeoppervlak. Ondanks de beperkte omvang van het gebied, leiden de diversiteit en de omvang van de menselijke commerciële activiteiten (intensieve scheepvaart, commerciële visserij, offshore windenergie, militaire activiteit en ontginning van zeezand) tot één van de meest complexe mariene ruimtelijke plannen van Europa. De Belgische wateren staan bekend om hun overwegend zanderig zeebodemmilieu, met wijdverspreide aanwezigheid van grote zandbanken die van oudsher bekend staan als een groot gevaar voor de scheepvaart.

Meer dan zand

Toch is het bestaan van natuurlijke harde substraten (grindbedden genoemd, samengesteld uit achtergebleven afzettingen, kiezel en keien) al lang bekend, en zowel historisch als recent vrij goed gedocumenteerd. Ongeveer 15% van de Belgische zeebodem bestaat uit potentiële grindbedden, waarvan het merendeel tot op heden geologisch en biologisch nog niet geëxploreerd is. Deze grindbedden vormen een zeer belangrijk habitat omdat de stenen een thuis kunnen vormen voor een diverse onderwaterfauna. Op deze manier kunnen op grindbedden biologische riffen ontstaan, en zich ecologisch unieke gebieden vormen binnen de uitgestrekte en overwegend zandige en modderige zeebodem.

De oudste beschikbare documentatie die een verband legt tussen de Belgische ‘steenachtige’ gronden en een zeer kenmerkende fauna, dateert van de 20e-eeuwse verkenningen (1898 - 1939) van professor Gustave Gilson, een Belgisch pionier-oceanograaf en voormalig directeur van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN). Onze grindbedden zijn echter sterk afgenomen ten gevolge van intensieve visserijactiviteiten, waarbij het sediment wordt omgeploegd en de stenen worden omgewoeld. Op sommige plaatsen werden zelfs stenen ‘geoogst’ en van hun natuurlijke locatie verwijderd, met als gevolg dat deze unieke habitat verloren gaat en verscheidene van de typische soorten plaatselijk op de rand van uitsterven zijn gebracht. Een kenmerkend voorbeeld van het verdwijnen van soorten, hoofdzakelijk ten gevolge van overbevissing, is dat van de eens florerende Europese platte oester (Ostrea edulis), een soort van groot ecologisch én economisch belang.

Gunstige ecologische omstandigheden

Ondanks de aangetaste staat van de Hinderbanken heeft recent onderzoek door wetenschappers van het KBIN het bestaan gedocumenteerd van verschillende kleine toevluchtsoorden met een fragiele en veerkrachtige typische fauna. Daarom werd een groot deel van de grindgebieden van de Hinderbanken in 2012 aangewezen als ‘Speciale Beschermingszone Vlaamse Banken’ en deel van het Belgische Natura 2000-netwerk. Gedurende de voorbije vier jaren heeft uitgebreid onderzoek naar de verspreiding van de grindbedden dan ook geleid tot de ontdekking van een natuurlijke grindbedhabitat in schijnbaar gunstige ecologische omstandigheden, vlak onder de belangrijkste scheepvaartroute. Met behulp van ultramoderne oceanografische instrumenten aan boord van het vorige Belgische onderzoeksschip RV A962 Belgica werd 5 km² van deze ‘hotspot van onderwaterbiodiversiteit’ in ongezien detail geobserveerd en in kaart gebracht.

Een echte hotspot voor onderwaterbiodiversiteit

Zo stelde men de aanwezigheid vast van typische grindbeddiersoorten die de stenen koloniseren, waaronder talrijke kolonies van het zachte koraal dodemansduim (Alcyonium digitatum; ongeveer 200 kolonies / 80 m2). Bovendien was het de eerste keer in decennia dat op de Belgische zeebodem een levend exemplaar van de Europese platte oester (Ostrea edulis) in zijn natuurlijk omgeving werd aangetroffen. De weinige recente meldingen van deze soort in Belgische wateren kwamen steevast van artificiële structuren zoals de offshore windturbines. Andere ecologisch belangrijke soorten zijn een reeks schelpdieren, schaaldieren, vissen, de bruine zeevinger (Alcyonidium diaphanum), het breedbladig mosdiertje (Flustra foliacea) en de zeespriet (Nemertesia antennina).




Afbeelding

Levend individu van de Europese platte oester (Ostrea edulis) vastgehecht aan een steen. Het exemplaar werd vastgelegd tijdens het eerste bezoek aan het nieuw ontdekte grindbedgebied in 2018 ©KBIN

Unieke ecosysteemdiensten

Een dergelijk gebied is ecologisch zeer relevant: habitats op hard substraat leveren unieke ecosysteemdiensten. De structurele complexiteit van stenige zeebodems biedt microhabitat voor een reeks dieren die hetzij vastgehecht op de stenen, hetzij tussen de gecreëerde spleten en kloven leven. Dergelijke biogene substraten kunnen zacht of hard zijn en worden gecreëerd door diverse dieren, van rif- en kokerbouwende wormen tot rechtopstaande en boomvormige poliepen en mosdiertjes. Deze grote structurele complexiteit bevordert niet alleen de kolonisatie door een diverse fauna, maar creëert ook ideale paai- en kweekgronden, schuilplaatsen en/of voedselgebieden voor diverse andere soorten in hun diverse levensstadia. Aangezien veel van deze dieren zich voeden door de watermassa te filteren, dragen zij bij tot de zuivering en de helderheid van het water. De harde substraten vervullen op de overwegend zanderige zeebodem van de zuidelijke Noordzee dus de rol van fundament voor een diverse biologische gemeenschap. Net zoals zeegrassen, kelpwouden en andere macroalgen dat doen in andere mariene ecosystemen.

Hoe nu verder met de bescherming van dit grindbed?

Gezien de veelheid aan menselijke activiteiten, en de commerciële visserij in het bijzonder, mag deze ontdekking verrassend worden genoemd. Inspectie van regionale kaarten van de visserij-intensiteit in het studiegebied, waarin de activiteit van de Belgische, Franse, Deense, Duitse, Nederlandse en Britse vloten is opgenomen, toonde inderdaad aan dat hier een hotspot voor de visserij bestaat, aangezien het gebied meer dan vijf dagen per jaar wordt bevist. Uit een gedetailleerder onderzoek van de lokale visserijpatronen bleek echter dat de activiteiten meestal beperkt blijven tot het gebruik van passief vistuig en vistuig voor de visserij in de waterkolom, en dat slechts in geringe mate aan bodemberoerende visserij wordt gedaan. 

De vondst werd gedaan in één van de drie zoekzones voor bodembescherming die zijn vastgelegd in het Marien Ruimtelijk Plan 2020-2026 van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. "We gaan door met het monitoren van dit gebied en de bredere regio van de Hinderbanken, nu met behulp van de nieuwe RV Belgica" zegt Giacomo Montereale Gavazzi, "maar de ontdekking suggereert nu al dat biologische gemeenschappen die geassocieerd zijn met grindbedden kunnen blijven bestaan en zich kunnen herstellen in Belgische wateren". In het kader van de toekomstige mariene ruimtelijke ordening en natuurbehoud en -herstel, "kan dit gebied als voorbeeld dienen voor deze habitat elders in de Belgische wateren en in het algemeen, in de bredere zuidelijke Noordzee regio". Vincent Van Quickenborne, vice-eersteminister en minister van Noordzee wil dit unieke grindbed beter gaan beschermen: “Voor het eerst in decennia werd een levend exemplaar van de Europese platte oester op de Belgische zeebodem aangetroffen. Deze vondst is des te bijzonder omdat ze werd gedaan in een grindbed in ecologisch goede staat onder één van de drukste scheepvaartroutes ter wereld. Dit grindbed gaan we nu extra beschermen. Als Blue Leader moeten we niet alleen de oceaan ver weg beschermen, maar ook de bijzondere natuur in onze eigen Noordzee.” 

Natuurpunt is blij met de extra bescherming en wellicht kan de ontdekking van dit grindbed de aanzet zijn voor de afbakening van een marien reservaat. Op die manier kan het ontdekte grindbed als bronpopulatie dienen voor natuurherstel in de rest van onze Noordzee.

Tekst: Giacomo Montereale Gavazzi, Danae-Athena Kapasakali, Francis Kerckhof, Steven Degraer, Vera Van Lancker en Kelle Moreau, Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen

Literatuur: 

- Montereale Gavazzi et al.; 2021, Journal of Remote Sensing.

- De zeebodemkarteringen van het KBIN worden uitgevoerd door de onderzoeksgroepen MARECO (Marine Ecology and Management) en SUMO (Suspended Sediment and Seabed Monitoring), in het kader van onderzoek naar grindbedecologie, zeebodemintegriteit en nationale milieumonitoring waarbij de effecten van menselijke activiteiten worden bestudeerd. Bathymetrische gegevens van de Vlaamse Hydrografie, alsook visserijgegevens van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO), zorgden verder voor de nodige context voor de studie.