Afbeelding
David De Grave

Paletten redden zeldzame bijen van zandstraaldood

29 apr 2015
Categorieën
Natuurbericht

Lichte paniek in Heindonk (Willebroek), begin maart. De aangekondigde schilder- en zandstraalwerken aan de verroeste pijlers van een brug over de Dijle zouden de populaties Gewone sachembij en Bruine rouwbij er fataal kunnen worden. Op advies van Aculea, de wilde bijenwerkgroep van Natuurpunt, bracht het bedrijf dat de werkzaamheden uitvoerde de bijen in veiligheid, met behulp van enkele paletten.

Onder de bewuste brugpijlers aan de Dijle is al enkele jaren een grote populatie Gewone sachembij gevestigd. Voor minder goed geoefende ogen lijkt deze bijensoort met zijn lange en dichte beharing op het eerste zicht op een hommel. Mannetjes zijn gemakkelijk te herkennen aan hun geelwit gezicht en lange haren op de middelste poten. Vrouwtjes zijn met een (roest)bruine en zwarte beharing onopvallender. Samen met de sachembijen leeft ook de Bruine rouwbij onder de brug. Dit is een vrij zeldzame soort in Vlaanderen die parasiteert op de nesten van de Gewone sachembij.

Natuurlijk konden de mensen van Acotec, het bedrijf dat de schilderwerken uitvoerde, niet weten dat er zo’n mooie populatie bijen op hun werkplek huisde. Tussen de kiezel en de mortel vallen de nestgaatjes namelijk amper op.

Afbeelding
bij_naamloos-1.jpg

Bruine rouwbij breekt uit zijn cocon (foto Chantal Deschepper)

In een poging om de nestelende bijen onder de brug te redden contacteerde een alert lid van de ‘Wilde bijenwerkgroep van het rivierengebied’ (een afdeling van Aculea) het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB). Snel werd doorverwezen naar de sectorverantwoordelijke van Waterwegen en Zeekanaal. Die wilde onmiddellijk meewerken aan een plan om de bijen te redden.

Navraag bij de bijenexperts van Aculea leverde de sleutel tot de oplossing. Door bovenop de nesten paletten met een afdekzeil te plaatse, konden bijen tijdens het zandstralen en schilderen in en uit het nest te vliegen. Ook werd ervoor gezorgd dat bij het afronden van de werken geen dikke laag zand over de nesten gelegd werd zodat de bijen niet verder verstoord werden en de nestingangen niet afgesloten geraakten.

Dit voorbeeld van een geslaagde samenwerking tussen het bedrijf Acotec, Waterwegen en Zeekanaal (W&Z) en Aculea toont aan dat je met een simpele oplossing al een belangrijk verschil kan maken voor onze wilde bijen.

Iedereen kent ondertussen wel de bijenhotels waar artificiële nestgelegenheden voor wilde bijen gecreëerd worden door gaatjes te boren in houtstronken of door holle stengels aan te brengen. Dit type nestgelegenheden is erg nuttig, maar voor de meerderheid van onze 370 soorten wilde bijen volstaan ze niet. De meeste wilde bijen maken hun nest in de grond. Afhankelijk van de soort worden de nesten horizontaal in bijvoorbeeld een steilkant of berm gegraven, of verticaal in de grond. Veel soorten houden van open stukken grond, al dan niet met wat begroeiing ertussen. Zelfs een kleinschalig open stukje grond in je tuin kan een belangrijke kans bieden voor bijen om hun nest te maken.

Voor meer info omtrent wilde bijen en hun gewoonten:
http://www.aculea.be/gewonesachembij.html

Zelf iets doen voor wilde bijen in je tuin:
http://www.natuurpunt.be/help-de-bijen

Tekst: Chantal Deschepper & David De Grave, Aculea (wilde bijenwerkgroep van Natuurpunt)