Afbeelding
Wulp
Griet Nijs

Vlaamse wulpen trekken weg na dramatisch broedseizoen

23 aug 2021
Categorieën
Natuurbericht
Inventarisatie & monitoring
Landbouw
LIFE BNIP
Natura 2000
Onderzoek
Vogels

Sinds 2020 wordt de wulpenpopulatie in de Velpe- en Getevallei (Vlaams-Brabant) nauwgezet opgevolgd. Het broedsucces wordt gemonitord, het habitatgebruik wordt in kaart gebracht en via zenderonderzoek wordt ook info verzameld over de trekroute en de overwinteringslocaties. Intussen zit het broedseizoen 2021 erop. De meeste wulpen hebben hun broedstek verlaten en zijn reeds aangekomen op hun zuidelijke overwinteringsgebieden. Maar hoe is het voorbije broedseizoen verlopen?

Koud en nat voorjaar zorgt voor late eerste maaibeurt

Door het koude voorjaar ging het broedseizoen van de wulp in 2021 vrij laat van start. De gemiddelde datum voor de start van de eileg lag op 19 april. Het moment waarop de kuikens uit het ei komen, valt in landbouwgebieden doorgaans samen met de eerste maaibeurt van de graslanden, rond 1 mei (in natuurgebieden worden graslanden in de regel pas na 15 juni gemaaid). Die vroege, eerste maaibeurt vormt een reëel gevaar voor de jonge (niet-vliegvlugge) wulpen en de nog niet uitgekomen nesten. Maar 2021 was anders. Door het koude voorjaar en de veelvuldige regen moest de eerste maaibeurt worden uitgesteld. Wulpennesten en kuikens bleven hierdoor gespaard. Bovendien zorgde de regen voor een ‘zachte’, goed doordringbare bodem. Voor steltlopers die met hun lange snavel in de bovenste bodemlaag op zoek moeten gaan naar ongewervelden, is dat ideaal.

Dramatisch broedsucces

In de Velpe- en Getevallei werden 13 nesten gelokaliseerd van de naar schatting 20 broedparen die in het onderzoeksgebied aanwezig waren. Alle gevonden nesten bevonden zich in graslanden. Om de kans op predatie te minimaliseren, werden (waar mogelijk) in samenwerking met de betrokken terreinbeheerders/landbouwers zeven nesten preventief uitgerasterd. Maar toch liep het fout. Slechts vier van de 13 nesten kwamen succesvol uit. De andere nesten werden gepredeerd of gingen verloren door landbouwwerkzaamheden. In een aantal nesten werden ook ‘rotte’ eieren gevonden. Mogelijk zat het aanhoudende natte weer hier voor iets tussen. Drie van de vier nesten waar wél kuikens uit het ei kwamen, waren uitgerasterd. Uit elk van deze nesten werd één jong voorzien van een klein zendertje. Hierdoor konden de vier uitgekomen legsels gemakkelijk worden opgevolgd met behulp van een antenne. Op die manier kon interessante informatie worden bekomen over het habitatgebruik en de ecologische voorkeuren van de wulpenfamilies. Slechts één van de vier koppels slaagde erin om een kuiken tot de vliegvlugge leeftijd van 35 dagen te krijgen. De overige jongen vielen waarschijnlijk ten prooi aan predatoren. Dat brengt het bruto territoriaal succes (= het percentage succesvolle broedparen t.o.v. het totaal aantal aanwezige broedparen) in het onderzoeksgebied op 7,7%, een dramatisch laag cijfer. Om een populatie op peil te kunnen houden is immers minimaal 50% vereist. Ook in andere Vlaamse deelpopulaties (Kempen, Westhoek) slagen wulpen er niet meer in om dat noodzakelijke minimum te halen. Hierdoor dreigt de wulp als broedvogel in Vlaanderen in sneltempo te verdwijnen.

Marc naar Spanje, Peter in Frankrijk, Marcel voor Portugal

Volwassen wulpen blijven normaal in hun broedgebied tot hun jongen vliegvlug en zelfstandig zijn. De vrouwtjes vertrekken vaak iets eerder dan de mannetjes. Als een broedsel mislukt is of de jongen niet overleven tot vliegvlugge leeftijd, blijven de wulpen doorgaans nog een tijdje rondhangen in hun broedgebied vooraleer ze de trek naar de zuidelijke overwinteringsgebieden aanvatten. Je kan ze dan overdag in kleine groepjes zien foerageren. ’s Avonds verzamelen ze vaak op gemeenschappelijke slaapplaatsen, in ondiepe plassen. De trektocht naar hun overwinteringslocaties kan nauwgezet opgevolgd worden doordat in het Vlaams-Brabantse onderzoeksgebied drie wulpen werden uitgerust met een satellietzender. Zenderwulp Marc vertrok op 21 juni richting Bretagne, om aan de Franse kust even bij te tanken. Op 22 juni vloog hij door richting de noordkust van Spanje, om twee dagen later aan te komen op zijn eindbestemming aan de Spaanse Costa de la Luz, nabij Huelva. Een week later, op 28 juni, vertrok ook Peter op ‘wintervakantie’. Vanuit Glabbeek belandde hij - via een omweg langs de Westerschelde en een korte tussenstop aan de Franse westkust - in de Jaudy-delta (Normandië), waar hij ook vorig jaar de winter doorbracht. Marcel vertrok als laatste, op 2 juli. Hij bereikte op 4 juli de getijdengebieden in de Loire-vallei en verbleef daar een week. Van daar vloog hij door naar de Villaviciosa-delta, aan de noordkust van Spanje, om vervolgens via het Taag-estuarium aan de westkust van Portugal in de Sado-delta terecht te komen. Dit is pas de zevende terugmelding van een Vlaamse wulp uit Portugal. De laatste Portugese terugmelding dateerde al van 1980. Dat de jaarlijkse trektocht tussen de broedgebieden en de overwinteringsgebieden niet zonder gevaar is, werd eerder al in dit natuurbericht aangegeven.

Afbeelding
Kaart trek wulpen 2021

Strohalm

Gelukkig is er ook nog goed wulpennieuws. In 2020 konden zeven jonge wulpen worden vrijgelaten in natuurgebied de Paddepoel (Velpe-vallei, Glabbeek). Deze vogels werden grootgebracht in Natuurhulpcentrum Opglabbeek, nadat hun nest door de oudervogels was verlaten. De jongen werden voorzien van een kleurring die hen individueel herkenbaar maakt. Eén van deze jongen werd op 11 september 2020 waargenomen bij Camposancos, aan de noordwestkust van Spanje, exact een maand na de laatste waarneming in Vlaanderen. In 2021 ontvingen we opnieuw een melding uit het noordwesten van Spanje, dit keer van een ander individu, dat sinds maart geregeld gezien wordt in de buurt van Carballo. Hopelijk keren ze volgend jaar terug naar Vlaanderen. Want elke wulp telt.

Tekst: Griet Nijs (Natuurpunt Studie)

Dit project wordt uitgevoerd door Natuurpunt Studie i.s.m. het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en de Vlaamse Landmaatschappij met financiële steun van Provincie Vlaams-Brabant.