Afbeelding
Padden
Norbert Huys

Boodschap aan alle amfibieën: blijf niet in de put zitten!

20 nov 2023
Categorieën
Natuurbericht
Studie

Amfibieën worden tijdens de jaarlijkse voorjaarstrek geconfronteerd met heel wat obstakels. Vlaanderen heeft een erg dicht wegennet waardoor jaarlijks tienduizenden kikkers, padden en salamanders sneuvelen in het verkeer. Daarom organiseert Natuurpunt op zoveel mogelijk plaatsen overzetacties. Maar een aantal amfibieën verdwijnt ook ‘ongemerkt’ in straatkolken en andere putten. Toch bestaan hiervoor goede oplossingen.

Vergeetputten

Elk jaar sterven er heel wat amfibieën in het verkeer. Het aantal dode kikkers, padden en salamanders wordt relatief goed gedocumenteerd dankzij een uitgebreid netwerk aan vrijwilligers. Zo werden er in 2023 bijna 9.000 dode amfibieën geregistreerd, enkel door de vrijwilligers bij de paddenoverzetacties. Naast verkeersslachtoffers ‘verdwijnen’ ook heel wat amfibieën in de randinfrastructuur, vooral dan in straatkolken of rioolputten die instaan voor de afvoer van regenwater. Voor de meeste dieren die hierin verzeild geraken, worden dit hopeloze vergeetputten: door de steile of gladde wanden lukt het hen niet om er op eigen kracht uit te kruipen. Vaak eindigt een val in een straatkolk dan ook in de dood door verdrinking of honger. In België blijft dit probleem wat onder de radar, maar onderzoek in Nederland toont aan dat jaarlijks 180.000 tot 500.000 amfibieën in straatkolken terechtkomen.

Gelukkig kan het plaatsen van uitklimvoorzieningen dit probleem verhelpen. Maar welke uitklimvoorzieningen werken nu het best? En zijn er verschillen tussen diverse soorten? Lia Baeteman (student Biologie, UGent) onderzocht de ‘uitklimcapaciteiten’ van drie amfibiesoorten (kleine watersalamander, bruine kikker, gewone pad) op vijf verschillende materialen om te achterhalen welk substraat voor deze soorten de beste uitklimmogelijkheid bood.

Afbeelding
Figuur 1

Figuur 1 Kleine watersalamanders, bruine kikkers en gewone padden werden op vijf verschillende substraten geplaatst. In de proefopstelling werd de hellingsgraad steeds verhoogd om te zien wanneer die voor de amfibie te steil werd, ze niet lang grip kon houden en naar beneden viel (foto: Lia Baeteman).

Hoe zwaarder, hoe moeilijker

Een aantal verschillen liggen voor de hand. Zo bleek het voor zwangere (en zwaardere) vrouwtjes van de gewone pad veel moeilijker om tegen de testsubstraten op te klimmen dan voor de veel lichtere mannetjes. Dit heeft belangrijke consequenties: elk vrouwtje kan immers tot 8.000 eitjes leggen. Een vrouwtje dat er niet in slaagt om de voortplantingspoel te bereiken, kan dus een aanzienlijke impact hebben op het duurzaam voortbestaan van een lokale populatie. Het uitklimprobleem wordt voor vrouwtjes nog groter wanneer ze ook een mannetje moeten meedragen dat zich vastklampt bovenop haar rug  - in een zogeheten amplexushouding - om de eitjes te bevruchten van zodra het paartje is aangekomen in de voortplantingspoel. Dat extra gewicht maakt het klimmen extra moeilijk.

Salamanders klimmen best

De kleine watersalamander bleek een uitstekende klimmer. Deze soort slaagde er in de verschillende proefopstellingen in om op te klimmen tegen quasi verticale oppervlakken, ongeacht het substraat waarop het werd geplaatst. De klimcapaciteit van de bruine kikker en de gewone pad bleek aanzienlijk minder, maar toch was ook voor deze soorten een helling van respectievelijk 72° en 69° haalbaar. Op de uitklimmat van ACO haalden de drie soorten de hoogste hellingsgraden, maar gaas (met een kleine maaswijdte) is een goed huis-tuin-en-keuken alternatief. Let wel op dat de optimale helling idealiter niet meer bedraagt dan 55° zodat ook de zwaardere dieren zichzelf kunnen redden.

Afbeelding
Figuur 2

Figuur 2 Links: gemiddelde hellingsgraad tot waar kleine watersalamander (blauw), bruine kikker (oranje) en gewone pad (groen) zich op de vijf geteste materialen konden vasthouden. Rechts: Gemiddelde hellingsgraad van de vijf geteste materialen tot waar de drie amfibieënsoorten zich konden vasthouden.


Afbeelding
Figuur 3

Figuur 3 Bij de testopstelling met de ACO-uitklimmat (of met vergelijkbaar gaas met een kleine maaswijdte) bleven gewone padden, bruine kikkers en kleine watersalamanders zelfs tegen steile hellingen opklimmen (foto’s Lia Baeteman).

Meer info over de verschillende vormen van uitklimvoorzieningen vind je in deze en deze publicatie.

Ben je geïnteresseerd in de amfibieën en reptielen in België, kijk dan gauw naar het programma van de Hyla-studiedag die plaatsvindt op 9 december 2023 in het Natuurpunt Huis in Mechelen.

Tekst en foto’s: Lia Baeteman (Masterstudent Biologie aan de Universiteit Gent)