Afbeelding
Mark Zekhuis/Saxifraga

Droge zomers nefast voor Heikikker?

9 dec 2019
Categorieën
Natuurbericht
Biodiversiteit
Biotopen en habitats
Inventarisatie & monitoring
LIFE BNIP
Natura 2000

In Limburg wordt een aantal populaties van Heikikker sinds 2005 jaarlijks opgevolgd. In 2019 werd vastgesteld dat het aantal afgezette legsels een spectaculaire daling vertoonde van 86 % tot 100 %, afhankelijk van de locatie. Zou de droge zomer van 2018 daar voor iets kunnen tussen zitten?

De Heikikker is - samen met de Bruine kikker - de eerste kikker die in het voorjaar aan de voortplanting begint. De paartijd van de Heikikker valt vroeg en duurt op de meeste locaties doorgaans drie tot vijf dagen. Afhankelijk van de weersomstandigheden verschijnen de eerste dieren soms al in februari op de voortplantingsplaatsen. De ei-afzet vindt meestal plaats in de tweede helft van maart of de eerste helft van april. Net als de Bruine kikker produceert de Heikikker een klomp kikkerdril die uit 600 tot 3.000 eitjes bestaat, vaak in grote velden bij elkaar, in het ondiepe water van de oeverzone of op drijvende vegetatie. De vrouwtjes verlaten na de ei-afzet meteen weer het voortplantingswater en ook de mannetjes verdwijnen na het paren erg snel.

De paarpiek, gekenmerkt door de ‘kooractiviteit’ van roepende mannetjes, varieert van locatie tot locatie. Zo beginnen de Heikikkers in het Nationaal Park Hoge Kempen doorgaans 10 dagen vroeger te roepen dan die van Opglabbeek. De populatie in de grote voormalige visvijvers van het Limburgse Vijvergebied valt dan weer op door een veel langere ‘koorperiode’ t.o.v. die in kleinere vennetjes, waar de paarperiode bijzonder kort maar krachtig is.

Tijdens het voorjaar van 2019 werd  vastgesteld dat het op de gekende ‘koorlocaties’ erg lang stil bleef en dat het aantal Heikikkers dat deelnam aan de koorvorming zeer laag lag. Het viel de onderzoekers bovendien op dat de ei-afzet van alle opgevolgde populaties was uitgespreid over een periode van meer dan een maand. Doorgaans worden zo goed als alle legsels immers op een drietal dagen afgezet. Er was dus iets vreemds aan de hand, maar wat?

De watertafel stond in 2019 iets lager dan normaal, maar geen enkele locatie stond droog tijdens de normale voortplantingsperiode van de Heikikker. De afzetplaatsen zagen er dus goed uit. En toch werd bij de telling van het aantal afgezette legsels een daling van 86 % tot 100 % geconstateerd. Hiervoor is geen duidelijke verklaring.

Afbeelding
figuur heikikker

Mogelijk speelt de langdurige droogte van 2018 een rol. De zomer van 2018 was te Ukkel abnormaal droog met een neerslagtotaal van 134,7 mm (= 6 % van het langjarig gemiddelde). Bij lang aanhoudende droogte gaat een aantal amfibieën in ‘droogterust’: een beetje hetzelfde als een winterslaap, maar dan in de zomer. De vitale functies (bv. hartslag) worden verlaagd en er wordt nog nauwelijks gegeten. Hierdoor bouwen de amfibieën te weinig vetreserves op en gaan ze in een matige tot slechte lichaamsconditie in winterslaap. Misschien heeft dit ertoe geleid dat een aantal Heikikkers (en andere amfibieën) de winterslaap niet hebben overleefd. Zij die het voorjaar wel haalden, zullen mogelijk zijn ontwaakt met een heel klein aantal resterende vetcellen. En net dit aantal vetcellen bepaalt bij de vrouwtje hoeveel eicellen er worden aangemaakt. De combinatie van sterfte tijdens de droogterust en winterslaap, aanmaak van een laag aantal eicellen en mannetjes die niet ‘in vorm’ waren om aan de paarkoren deel te nemen, zou een verklaring kunnen zijn voor de legseldip die in 2019 werd vastgesteld.

Het fenomeen van beperkte kooractiviteit en sterk verminderde ei-afzet beperkte zich niet tot de opgevolgde locaties in het Nationaal Park Hoge Kempen en het Ecoduct Kikbeek maar werd ook vastgesteld in Opglabbeek, het Vijvergebied Midden-Limburg, in Achel en zelfs op de Veluwe in Nederland. In tegenstelling tot Heikikkers zijn er voor Bruine kikkers geen lange tijdsreeksen beschikbaar m.b.t. de ei-afzet. Toch lijkt er zich in 2019 ook bij Bruine kikkers een sterke legseldip te hebben voorgedaan. We weten echter dat Bruine kikkers en Heikikkers het verlies van slechte legseljaren kunnen compenseren met winst in topjaren. Het wordt dan ook afwachten wat 2020 zal brengen, vooral omdat ook de zomer van 2019 erg droog was …

Mocht je zelf interesse hebben in reptielen en amfibieën, dan ben je zeker welkom op de 12de herpetologische studiedag die plaatsvindt op zaterdag 14 december 2019 in Mortsel. Het volledige programma vind je hier.

Tekst: Peter Engelen (Hyla); Foto: Mark Zekhuis (Saxifraga)