Afbeelding
Bruine kikker
Hugo Willocx

Hoe tuinvijvertjes de Brusselse amfibieën kunnen redden

11 mei 2017
Categorieën
Natuurbericht
Natuur in de stad


Veel van onze amfibieën hebben het moeilijk. Leefgebied verdwijnt en het verkeer doodt. Tuinvijvertjes kunnen amfibieën redden, zeker in steden zoals Brussel. Daar zijn vijvers vaak de enige plek waar ze zich kunnen voortplanten. Heb je een tuinvijver in Brussel? Tel de amfibieën die je er ziet. Met behulp van jouw waarnemingen werken we aan maatregelen die onze amfibieën kunnen helpen.

Onze amfibieën en reptielen staan er niet al te best voor. Van de 22 Vlaamse soorten krijgen er in de Rode Lijst slechts 9 de status ‘niet in gevaar’. De andere soorten zijn ‘bijna in gevaar’ tot ‘ernstig bedreigd’ of zelfs ‘regionaal uitgestorven’. Vooral het verlies aan geschikt habitat maakt het onze amfibieën en reptielen moeilijk. Maar ook de vele wegen en auto’s doen hen geen goed. Tuinen met een poel of vijver kunnen dan een redding zijn: groene oasen van rust, die amfibieën de kans geven om te overleven en zich voort te planten.

Oase in je tuin

In onze hoofdstad is dat niet anders. Want zelfs in hartje Brussel komen amfibieën voor: bruine kikker, groene kikker, gewone pad, alpenwatersalamander, kleine watersalamander en vinpootsalamander. Daar zijn tuinen zowat de enige plek waar amfibieën ongestoord kunnen leven en zich kunnen voortplanten. Natuurlijke poelen ontbreken er. Tuinvijvertjes zijn, vooral in een sterk verstedelijkt gebied, dus erg belangrijk voor amfibieën. De totale oppervlakte aan tuinen in het gewest is aanzienlijk. Als die oppervlakte natuurvriendelijk kan worden ingericht, levert dat een grote winst op voor de natuur. Het hoeft allemaal niet zo duur of groot te zijn: een ingegraven plastic zandbak of een kunstmatig vijvertje met plastic folie kunnen volstaan als geschikte locatie voor amfibieën, waterkevers of libellen.

Leg eens een vijver aan

Al is de ene tuinvijver de andere niet. Vijvertjes met vissen zijn doorgaans niet echt geschikt voor amfibieën: vissen eten namelijk graag de eitjes en larven van kikkers en salamanders. Ook de aanwezigheid van waterplanten is van belang. Bij de aanleg van een nieuwe tuinvijver is het daarom goed om de ‘juiste’ waterplanten te voorzien. Sommige soorten zorgen voor zuurstof in je tuinvijver, tussen de ondergedoken bladeren van mannagras of fonteinkruiden kleven salamanders hun eitjes en de drijvende bladeren van gele plomp of waterlelies zijn een prima uitkijkplaats voor zonnende groene kikkers. Zorg ervoor dat je zeker geen exotische soorten aankoopt: woekerende Canadese waterpest, exotisch parelvederkruid of grote waternavel. Het zijn soorten die al gauw je hele vijver bedekken en waar je nog moeilijk van afgeraakt. Gedoornd hoornblad, aarvederkruid, waterdrieblad en gele lis zijn wel een goed idee.

Wachten en genieten

En de amfibieën? Die komen doorgaans vanzelf. Zeker kikkers en padden zijn vrij mobiel en kunnen nieuwe plekjes snel innemen. Als je enkele jaren wacht, is de kans groot dat er ook in jouw tuinvijver amfibieën zullen opduiken. Neem zeker geen amfibieën weg uit de natuur. Dat is bij wet verboden maar het verstoort ook het natuurlijk verspreidingspatroon. Bovendien bestaat de kans dat je (voor amfibieën) gevaarlijke ziektes verspreidt en dat kan niet de bedoeling zijn. Geduld oefenen dus.

Tel de beestjes in jouw vijver

Heb je een tuinvijver in Brussel? Kijk dan zeker eens naar de amfibieën die er in voorkomen en geef het door. Om alle soorten te herkennen, werd een handige webpagina aangemaakt en via www.herpetobru.be kan je jouw waarnemingen gemakkelijk doorgeven. De gegevens zullen gebruikt worden voor de Atlas voor amfibieën en reptielen, die opgesteld wordt door Natuurpunt en Natagora, in opdracht van Leefmilieu Brussel.

Jouw waarnemingen zijn erg belangrijk. Wanneer we een goed beeld hebben van de verspreiding van kikkers, padden en salamanders in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dan kunnen ook gepaste maatregelen worden genomen om bepaalde locaties beter te beschermen of om verbindingsgebieden tussen bestaande locaties aan te leggen, zodat amfibieën zich gemakkelijker van de ene plek naar de andere kunnen verplaatsen. Tuinvijvers kunnen hierbij de perfecte stapsteen vormen.

Tekst: Dominique Verbelen, Natuurpunt Studie
Foto: Hugo Willocx