Afbeelding
Raymond Vandenhoudt

Nieuwe Aziatische boktor rukt op in ons land

3 apr 2015
Categorieën
Natuurbericht
Exoten

Naast de gevreesde Aziatische boktorren  Anoplophora glabripennis en A. chinensis is er nu nog een boktor uit Azië, Callidiellum rufipenne, in ons land opgedoken. Die werd in 2014 op 10 nieuwe vindplaatsen in Vlaanderen gevonden. Deze soort is gebonden aan dood hout van cipressen en veel minder gevaarlijk dan zijn gevreesde broertjes die levende loofbomen aantasten.

De boktor Callidiellum rufipenne heeft nog geen Nederlandse naam, maar in het Engels wordt hij 'Japanese cedar longhorned beetle' genoemd. De kever, 6-14 mm groot, laat zich goed herkennen: het mannetje is blauwzwart met rode schouders, en het wijfje heeft volledig rode dekschilden. Net als bij andere boktorren vallen de lange voelsprieten op, die bij het mannetje langer zijn dan het lichaam.  De kever is overdag actief, vooral in april en mei.

De larven van deze soort leven in het hout van cipressen (vooral Thuya, Chamaecyparis, Cupressus) en andere naaldbomen. Deze soort is oorspronkelijk afkomstig uit China en Japan, maar wordt al enkele tientallen jaren lang verspreid over de wereld via hout en mogelijk ook jonge sierplanten. Zo zijn er al nieuwe populaties gevestigd in o.a. Noord- en Zuid-Amerika, en in Europa in Italië en Baskenland.

De eerste Vlaamse waarneming (van één exemplaar) dateert uit 2006 en gebeurde in Ekeren. In 2008 werd een tweede exemplaar gevonden in Sint-Niklaas, en de eerste bekende zich voortplantende populatie in Vlaanderen werd gevonden in 2009 in Nijlen. In 2012 was er een waarneming in Westerlo, en in 2014 waren er plots vondsten op 10 verschillende locaties, van Sinaai tot Balen en van Berendrecht tot Aarschot. Op 4 van deze vindplaatsen werd voortplanting vastgesteld: in één geval werden honderden uitvlieggaten gezien op het hout.

De meeste waarnemingen in Vlaanderen zijn gelieerd aan cipreshagen die gekapt of sterk gesnoeid werden. Dode of kwijnende cipressen bieden een geschikt habitat voor deze soort. Tot nu toe werden nog geen larven in gezonde levende bomen gevonden in Vlaanderen, hoewel in de buitenlandse literatuur wel aangetaste planten in boomkwekerijen vermeld worden.

De soort lijkt al ingeburgerd in delen van de provincies Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant, en is duidelijk aan een opmars bezig. De kaart hieronder, met alle bekende verspreidingsgegevens, werd recent gepubliceerd in een uitgebreid artikel in het Bulletin van de Koninklijke Belgische Vereniging voor Entomologie.

 

Afbeelding
Verspreiding Callidiellum rufipenne

Vermoed wordt dat de komende jaren nog veel meer exemplaren zullen worden waargenomen. Een uitbreiding van de soort naar heel Vlaanderen, alsook naar Brussel, Wallonië en Nederland is erg waarschijnlijk. Doordat de soort bijna uitsluitend voorkomt op cipressen, en dus vooral in tuinen en stedelijke gebieden voorkomt, ontsnapt ze ten dele aan de aandacht van professionele entomologen en inventarisaties van natuurgebieden. De hulp van het grote publiek, bijvoorbeeld door het invoeren van waarnemingen met foto’s op waarnemingen.be, kan in dit geval erg nuttig zijn om de opmars van deze soort de komende jaren verder te documenteren.

Literatuur:

DRUMONT, A., SMETS, K., SCHEERS, K., THOMAES, A., VANDENHOUDT, R. & LODEWIJCKX, M. (2014). Callidiellum rufipenne (Motschulsky, 1861) en Belgique: bilan de sa présence et de son installation sur notre territoire (Coleoptera, Cerambycidae, Cerambycinae). Bulletin van de Koninklijke Belgische Vereniging voor Entomologie 150 (3): 239-249.

Tekst: Koen Smets