Afbeelding
Harig mosdiertje
Inge Demey

Ongewone aantallen harige mosdiertjes op Belgische stranden

10 jun 2021
Categorieën
Natuurbericht
Strand en zee

Mosdiertjes zijn bij het grote publiek niet echt bekend maar kunnen soms talrijk opduiken. Ze vormen een heel aparte groep binnen het dierenrijk, met in België bijna 200 en wereldwijd vele duizenden soorten. Het harig mosdiertje is onze algemeenste soort. In 2020 was er een invasie van op de Nederlandse stranden. Ze lagen in tapijten van tientallen meters breed en honderden meters lang, tot kniehoog. Gelukkig was het toen al herfst, want op een warme zomerdag zou je ze niet alleen zien maar ook ruiken. Zo’n massa harige mosdiertjes op het strand was nog maar één keer in 120 jaar gemeld. En nu zijn er signalen van een toename van de hoeveelheden die aanspoelen op de Belgische stranden.

Het harig mosdiertje kan op zowat alles groeien. De diertjes vestigen zich als larve op een schelp, steen, wier, poliepkolonie, plastic, metaal, ... De larve ondergaat een metamorfose, krijgt een kalkskellet met poriën, stekels, een tentakelkransje. Het diertje zelf is minder dan één millimeter lang. Maar dan begint het te klonen, en die klonen doen dat ook. Al gauw kom je tot een korstje dat het substraat volgt en de kolonie wordt snel een paar centimeter groot. Als de kolonie op een struikvormige poliepkolonie groeit (zeecypres of tweetandzeedraad zijn er vaak mee begroeid), dan is er rondom de fijne takjes geen plaats genoeg en beginnen de mosdiertjes rug aan rug te groeien, in bladvorm, waarbij ze elkaar ondersteunen. Een blad bestaat dan uit twee lagen, met aan beide zijden diertjes die zich kunnen voeden door hun tentakelkrans uit te spreiden.

Poliepkolonies hebben een dunne steel, de zwaar overgroeide kolonie komt makkelijk los van de ondergrond, door stroming of visserij. De losse poliepkolonies rollen verder over de zeebodem, de mosdiertjes kunnen er gewoon op doorgroeien. Als het afgebroken poliepstukje klein is, kunnen de mosdiertjes flink doorgroeien. Dan kan uiteindelijk een bolvormige mosdierkolonie ontstaan die een vijftal centimer in doorsnede bereikt. Van de vele bollen en worstvormige kolonies op de zeebodem spoelen een aantal aan op het strand.

Onlangs werden - naar Belgische normen - al behoorlijke hoeveelheden langsheen de laagwaterlijn opgemerkt. Het is nu uitkijken hoe de aantallen verder zullen evolueren en of we op weg zijn om de Nederlandse recordaantallen van 2020 te evenaren. Waarnemers worden verzocht om alle waarnemingen (mét foto) in te voeren op www.waarnemingen.be zodat deze evolutie zo goed als mogelijk kan worden opgevolgd. Een zoektip: de grootste hoeveelheden worden verwacht tussen de laagwaterlijn en de vloedlijn, vooral tegenaan havenmuren en staketsels, die een beetje als een fuik op het strand fungeren.

Geïnteresseerd in alles wat je op onze stranden kan vinden? Dan is dit boek een absolute aanrader!

Tekst: Hans De Blauwe (Strandwerkgroep) 

N.v.d.r

Hans De Blauwe ontving recent de internationale H.H.Bloomer award. Die prijs wordt sinds 1963 jaarlijks uitgereikt aan een niet-professionele natuuronderzoeker voor diens bijdrage aan de natuurwetenschappen. Voor het eerst gaat de prijs naar een Belg. Hans is gerenommeerd voor zijn kennis over mariene fauna, en dan in het bijzonder mosdiertjes. Proficiat, Hans!

Lees hier meer