Afbeelding
Reuzenertswesp in bijenhotel
Thomas Van de Weyer

Piepkleine Reuzenertswesp duikt voor het eerst op in Vlaanderen

20 sep 2017
Categorieën
Natuurbericht
Insecten en ongewervelden

In een boomgaard in Waanrode (Bekkevoort) hebben medewerkers van Regionaal Landschap Noord-Hageland een Reuzenertswesp (Leucospis dorsigera) gevonden. Het gaat om de allereerste waarneming in Vlaanderen van het piepkleine insect, dat z’n eitjes net als een koekoek in de nesten van wilde bijen legt.

In het kader van het Interreg-project ‘Meer natuur voor pittig fruit’ worden maatregelen genomen om wilde bijen te helpen, onder meer door nestblokken te voorzien in de buurt van fruittelers. Fruittelers zien de bijen graag komen: ze zijn onontbeerlijk voor de bestuiving.

Medewerkers van Regionaal Landschap Noord-Hageland vzw onderzochten de bezetting van zulke nestblokken in een biologische boomgaard op de Rijnrodeberg in Waanrode (Bekkevoort), en ontdekten daarbij een vrouwtje van de Reuzenertswesp. Het insect probeerde nesten van metselbijen in bamboestengels binnen te dringen.

De Reuzenerstwesp parasiteert namelijk op verschillende soorten wilde bijen, die vele malen groter zijn dan zijzelf. De vrouwtjes leggen hun eieren door de wand van de afgesloten bamboestengel. Een hele klus, die soms enkele uren in beslag neemt. De jonge larve zal nadien de larve van de gastheer leegzuigen en doden.

Kleine reus

Ondanks z’n naam is de Reuzenertswesp betrekkelijk klein (vrouwtjes meten 5,7-13,2 mm en mannetjes 5-10,5 mm). Maar alles is relatief natuurlijk. In de familie van de bronswespen gaat het om een vrij groot en opvallende geel-zwart getekend exemplaar.

De Reuzenertswesp komt oorspronkelijk voor van Centraal-Azië via Midden- en Oost-Europa tot in Noord-Afrika. De soort breidt haar verspreidingsgebied, wellicht onder invloed van het opwarmende klimaat, uit naar het noorden en het noordwesten. De soort werd voor het eerst in België gemeld op basis van een waarneming van 22 juli 2001.

Op www.waarnemingen.be staan vondsten van in de zomer van 2012 in het uiterste zuiden van Wallonië (Meix-devant-Virton), in 2015 in het nabijgelegen Villers-Devant-Orval en in 2016 in de provincie Namen en in 2017 in de provincie Luik gemeld. In 2014 werd de soort voor het eerst in Nederland gemeld. Wellicht zijn in de toekomst meer Reuzenertswespen te verwachten. Dat hoeft niet meteen slecht nieuws te zijn voor de bijenpopulaties.

Bronswespen zoals deze Reuzenertswesp beperken zich vaak tot slechts enkele nestcellen. De echte boosdoeners voor onze bijen blijven nog steeds het grootschalig gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, het verlies van habitat en bloemenrijkdom en klimaatverandering.

Ook bij ons heeft de soort een voorkeur voor zonnige, warme locaties. Ook de waarneming op een ijzerzandsteenheuvel in het Hageland lijkt in dat opzicht niet geheel toevallig.

Afbeelding
Reuzenertswesp (Michel Garin)

(foto: Thomas Van de Weyer)

Herkennen van bronswespen

In Europa zijn zes soorten bronswespen bekend. De geelzwarte wesp valt op door het afgestompte achterlijf, brede achterdijen en vooral door de legboor die in een over het achterlijf gebogen buis ligt en reikt tot aan het borststuk. Voor het afzetten van de eieren kromt het wijfje het achterlijf sterk, waarbij het lijkt of het achterlijf in tweeën breekt. Op die manier wordt ruimte gecreëerd om de legboor uit te vouwen. Volwassen dieren vind je vooral op schermbloemen, zoals wilde peen en pastinaak.

Kijk je mee uit naar de Reuzenertswesp? Post eventuele waarnemingen mét foto’s op http://www.waarnemingen.be

Tekst: Nobby Thys, Regionaal Landschap Noord-Hageland vzw en Natuurpunt natuurstudiewerkgroep Hagelandse Heuvelstreek
Foto: Thomas Van de Weyer

Met dank aan Provincie Vlaams-Brabant en Interreg voor de steun aan het Europese project ‘Meer natuur voor pittig fruit’.