Afbeelding
Helophorus fulgidicollis
Nobby Thys

Uitgestorven gewaande waterkever van zilte habitats na 68 jaar teruggevonden

16 jun 2021
Categorieën
Natuurbericht
Biodiversiteit
Biotopen en habitats
Insecten en ongewervelden
Inventarisatie & monitoring
Kevers
LIFE BNIP
Natura 2000
Strand en zee


Zilte graslanden vormen een erg bijzonder leefgebied. Er leven planten en dieren die aangepast zijn aan de zoute omstandigheden. De oppervlakte zilte habitats is in ons land beperkt en de insecten die er voorkomen, zijn nog niet erg goed onderzocht. Dit jaar werd in een zilte kreek in Lissewege een waterkever aangetroffen die sinds 1953 niet meer in ons land gemeld was. 

Ooit waren uitgestrekte zoutwatermoerassen bijzondere leefgebieden langs de West-Europese kust. Maar die zijn door ontginning (veelal in de Middeleeuwen) verdwenen. In de plaats kwamen polders, die onder invloed staan van het zeewater. In Vlaanderen vinden we nog zo’n 140 ha aan zilte graslanden, verspreid over de kustpolders en het Schelde-estuarium (met name Kieldrecht). Natuurpunt beheert in Lissewege (West-Vlaanderen) het gebied Ter Doest, dat Monnikenwerve omvat. Vanaf de twaalfde eeuw werd dit gebied ingedijkt door monniken van de abdij Ter Doest. 

Zilte graslanden vormen een specifiek natuurtype, waar we zogenaamde halobionte soorten terugvinden, soorten die afhankelijk zijn van zoute omstandigheden. Het gaat zowel om planten (bijvoorbeeld zilte zegge) als om dieren, vnl. ongewervelden. Zo herbergen deze graslanden loopkevers die enkel daar voorkomen. Enkele jaren geleden werden ook drie soorten halobionte dazen aangetroffen in de Vlaamse zilte graslanden. 

Bijzondere waterkevers

Tijdens een terreinbezoek aan Monnikenwerve op 21 maart 2021 stonden de waterkevers centraal. Om waterkevers in brakke wateren op te sporen werd een appelmoeszeef gebruikt. Zo werden drie soorten waterkevers gevonden, alledrie halobiont. 

Deze dieren werden gevonden in een greppeltje met zowel modderige open plekken (en trapgaten van vee) als een beperkte hoeveelheid vegetatie. Het gaat om greppeltjes in het zilte grasland, waar o.a. zeekraal groeit. Het water was er meestal slechts enkele centimeter diep. De aangetroffen soorten zijn dan ook typisch voor   oeverzones (of ondiepe waterplekken).

De meest bijzondere soort is de ca. 4mm grote Helophorus fulgidicollis, die voor het laatst gezien werd in 1953 in Antwerpen, waar de soort ook in 1909 geregistreerd werd. De soort is gekend van de kust want daar werd hij in 1927 in het Zwin gevonden. Dit betreft dus de vierde waarneming van deze soort in België en het was reeds 68 jaar geleden dat deze soort nog gevonden werd .

Over de leefwijze van deze kever is niet erg veel bekend. De eieren worden in een cocon in de modder afgezet. De larven jagen op kleine organismen zoals borstelwormen, terwijl de volwassen kevers wellicht enkel plantaardig materiaal (algen etc.) eten. 

De overige soorten waren reeds gekend voor de kust en regio Antwerpen en het betreft Enochrus bicolor en Ochthebius dilatatus. Het aantal waarnemingen van halobionte waterkevers is zeer beperkt omdat dit habitat extreem zeldzaam geworden is. In totaal kent België 9 soorten halobionte waterkevers waarbij het voorkomen Paracymus aeneus en Ochthebius punctatus in België onzeker is. Verder onderzoek naar waterkevers aan de kust kan dus lonen.

Tekst: Nobby Thys (keverspecialist), Hans De Blauwe & Wim Veraghtert (Natuurpunt)