Zomers weer doet vlinders hoge toppen scheren

De lente liet wat op zich wachten, maar in april barstte ze los met zuiderse temperaturen. Heel wat vlinders reageerden meteen, en kenden een sterke start van het nieuwe seizoen. Toch merken we grote verschillen van soort tot soort.

Maart is klassiek de eerste echte vlindermaand, waarin Dagpauwogen ontwaken en Oranjetipjes en Boomblauwtjes uit de pop kruipen. Dat was dit jaar wel even anders: de winter speelde verlengingen en het duurde tot april vooraleer vlinders écht aan het voorjaar begonnen. De start van de lente maakte al snel duidelijk dat de vlindersoorten die als imago (volwassen vlinder) overwinteren, zonder kleurscheuren de late koudeperiode waren doorgekomen. In de hoogzomer van 2017 noteerden we mooie aantallen Citroenvlinders en Dagpauwogen: die waren er de afgelopen weken ook.

Afbeelding

Trendlijn Citroenvlinder. De nummers zijn weeknummers. Bron: waarnemingen.be

Maar die vlieger gaat niet op voor alle soorten. Voor de Gehakkelde aurelia blijkt het maar een matig jaar en de Kleine vos blijft ver onder het gemiddelde van de periode 2009-2017. Dat laatste viel te verwachten: ook vorige zomer blonken Kleine vossen uit in afwezigheid. Zijn zeldzame grote broer, de Grote vos, kent dan weer een goed jaar. Deze soort komt normaal maar sporadisch voor bij ons, maar dit jaar zijn er beduidend meer meldingen in de oostelijke helft van Vlaanderen.

Afbeelding

Trendlijn Kleine Vos. De nummers zijn weeknummers. Bron: waarnemingen.be

Voor vlinders die de winter doorbrengen als pop veroorzaakte de koude van maart een verlate start van het vliegseizoen. Zowel voor Boomblauwtje als Oranjetipje noteren we een vertraging van 2 à 3 weken ten opzichte van het gemiddelde. Maar de aantallen die de voorbije week zijn waargenomen, overtreffen de gemiddelde aantallen die we in april verwachten. Nu is het afwachten of de vliegperiode even lang zal duren als gemiddeld. Mogelijk beleven deze soorten een geconcentreerde piek, die vroeger eindigt dan normaal. Die balans gaan we echter na het vliegseizoen kunnen opmaken.

Afbeelding

Trendlijn Boomblauwtje. De nummers zijn weeknummers. Bron: waarnemingen.be

Vlinders die later in de lente beginnen vliegen, lijken een normale start te kennen. Het zomerweer van april heeft de achterstand door het winterweer van maart dus tenietgedaan. Dat zien we bijvoorbeeld bij het Groentje, een prachtige soort die vooral in Kempische heidegebieden voorkomt: die zit momenteel helemaal op schema. Idem dito voor de Kleine vuurvlinder.

Goed begonnen is misschien wel half gewonnen, maar het blijft afwachten hoe het vlinderseizoen verder gaat evolueren. De komende weken zien de weersvoorspellingen er heel wat minder mooi uit.

Tekst: Wim Veraghtert, Vlinderwerkgroep Natuurpunt
Foto: Dirk Eysermans