Afbeelding
Kelder waarin vleermuizen overwinteren
Lode Rubberecht

Investeren in grote overwinteringsplaatsen voor vleermuizen loont

13 feb 2023
Categorieën
Natuurbericht


De laatste jaren zijn in verschillende grote overwinteringsplaatsen van vleermuizen maatregelen genomen om de omstandigheden voor de dieren nog te verbeteren. Overwinterende vleermuizen gaan op zoek naar rust, een stabiele temperatuur en een hoge luchtvochtigheid. Met de inrichtingsmaatregelen is op deze factoren ingespeeld. Deze maatregelen missen hun doel duidelijk niet. 

Alle West-Europese vleermuizensoorten voeden zich hoofdzakelijk met ongewervelden zoals insecten en spinnen. In de winterperiode vinden ze niet voldoende voedsel. Vleermuizen leggen daarom in de herfst een vetreserve aan en gaan in winterslaap. Tijdens deze winterslaap verlaagt hun lichaamstemperatuur tot de omgevingstemperatuur (ongeveer 5-10°C) en daalt hun hartslag. Op die manier beperken ze hun energieverbruik tot een minimum. 

Wordt een vleermuis tijdens de winter gestoord, dan brengt ze haar hartslag en lichaamstemperatuur terug naar de ‘actieve modus’. Dat kost veel energie en duurt ook gemakkelijk tot een half uur. Hoe stabieler de luchttemperatuur in een overwinteringsplaats, hoe minder energie het voor de vleermuis kost om er te verblijven. Een hoge luchtvochtigheid is belangrijk zodat de dieren tijdens hun winterslaap niet uitdrogen.

Fort van Ertbrand als toevluchtsoord voor meervleermuis

In het fort van Ertbrand in Kapellen voerde Natuurpunt van 2019 tot 2021 grote werken uit. Er werden nieuwe poorten en deuren geplaatst om de rust te garanderen en de temperatuur te stabiliseren. Om diezelfde reden werden ook enkele vensteropeningen voorzien van houten balken. Enkele gangen waren toegeslibd met zand en zijn weer open gemaakt. Verder zijn verspreid over het fort extra wegkruipmogelijkheden voor de dieren gecreëerd. En het resultaat mag er wezen. Waar tot voor 2 jaar ‘s winters ongeveer 170 dieren in het fort geteld werden, zijn dat er deze winter 288. Een toename van meer dan 50% dus. Als kers op de taart verdubbelde het aantal meervleermuizen van vier naar acht; deze zijn in heel Europa zeldzaam en genieten de hoogste bescherming op Europees niveau. 

En nog een zeldzaamheid…

Ook in de voormalige steen- en cementfabriek ‘La Bonne Espérance’ in Turnhout zijn de voorbije 10 jaar al meerdere inrichtingswerken uitgevoerd. Bestaande gebouwen werden afgesloten met hekken, deuren en openingen werden dichtgemetseld, ruïnes van gebouwen werden weer opgemetseld en afgesloten en nieuwe gebouwen werden opgetrokken. Het aantal getelde overwinterende vleermuizen steeg daar in 10 jaar van ongeveer 100 dieren naar meer dan 700 deze winter. Naast de vele franjestaarten en baardvleermuizen, is de speciale gast hier de ingekorven vleermuis, ook een soort die de hoogste beschermingsgraad in Europa geniet.

Overwinterende ingekorven vleermuis (foto: Hugo Willocx).

Goede resultaten geven moed 

De inspanningen zijn niet alleen waardevol voor de echt zeldzame soorten. In een kelder in Schilde tot slot werden in de zomers van 2017 en 2018 inrichtingswerken uitgevoerd. Ramen werden dichtgemaakt, extra schuilmogelijkheden werden voorzien en de toegang voor mensen werd bemoeilijkt. Sindsdien is het aantal gevonden overwinterende dieren hier gestegen tot boven de 200. 

Eenzelfde verhaal zien we tot slot ook in het fort van Walem. Daar vonden we na de inrichtingswerken 170 dieren tegenover een honderdtal ervoor. 

Inrichtingswerken kelder Schilde (foto: Lode Rubberecht).

De goede resultaten geven moed voor de vele vrijwilligers die zich dagelijks inzetten voor de bescherming van vleermuizen. Het is duidelijk dat de inspanningen lonen om de dieren geschikte en veilige plaatsen te bezorgen om er hun winterslaap te houden. Aangezien vleermuizen slechts één jong per jaar krijgen, is de stijging vermoedelijk niet alleen aan een stijging van de populatie te danken. Een deel van de gevonden dieren voelen zich in de ingerichte plaatsen blijkbaar veiliger dan op de plaatsen die ze eerder gebruikten.

Auteur: Kris Boers (Vleermuizenwerkgroep Natuurpunt)