PWG VA+ Verslag 18 mei 2023: Inventarisatie van de hogere planten in het ifbl-kwartierhok E2 12 22 te Dikkelvenne en Dikkele

18 mei 2023:  Inventarisatie van de hogere planten in het ifbl-kwartierhok E2 12 22 te Dikkelvenne en Dikkele.

Deelnemers: Marie-Anne De Geest, Jan Janssens, Karel De Waele, Marc Van Oost, Dominiek Decleyre, Willy Desmetre, Danny Minnebo, Christine Troch, Pierre Van Vooren en Laurent Flostroy.   Gids, streeplijst en verslag: Henk Coudenys

Onze laatste excursie van mei was terug een ‘thuishokinventarisatie’, meer bepaald het thuishok van Jan Janssens. Dit ifbl-kwartierhok omvat de dorpskern van Dikkele (deelgemeente van Zwalm) een hooiland van Natuurpunt en een deel van de Muinkbosbeekvallei.  Een ander deel van dit hok behoort nog tot Dikkelvenne (deelgemeente van Gavere).

Privétuinen omvatten een groot percentage van de open ruimte in Vlaanderen, zo ook in ons studiegebied.  Volgens ons werkprotocol noteren we de soorten die spontaan in tuinen opduiken, ongeacht of het om adventieven gaat of om planten die reeds zo lang zijn ingeburgerd dat ze tot onze ‘wilde’ flora gerekend worden.  Het probleem hierbij is dat enkel de tuineigenaars weten wat ze zelf hebben geplant of ingezaaid. Voor de inventariserende plantenwerkgroep blijft dit vrijwel altijd koffiedik kijken en in de regel spelen we dan ook op veilig en noteren geen tuinplanten die in een tuin groeien. Het voordeel van een thuishokinventarisatie is dat er minstens één tuineigenaar betrokken is bij de inventarisatie die weet wat er in zijn tuin spontaan is opgedoken.  En aangezien enkele buren van Jan hem hebben betrokken bij de aanleg van hun tuin, zijn er in dit geval drie privétuinen waar we het onderscheid tussen spontane en aangeplante of ingezaaide soorten kunnen maken.  Deze tuinen leveren ons naast onder meer Tongvaren, Scherpe zegge, stomp kweldergras, Moerasvergeet-mij-nietje, Beemdooievaarsbek, Kleine leeuwenbek, Smalle stekelvaren en Kamgras ook enkele rariteiten op voor ons lijstje, namelijk Geschubde mannetjesvaren, Smalle stekelvaren, Kruipend vetkruid en  Nieuw-Zeelandse veldkers.

In een beboste strook langs de Muinkbosbeek groeit een zeldzame Zachte naaldvaren, maar je moet hem echt wel weten staan.  We vinden er tevens Bosgierstgras, Reuzenbalsemien, Dolle kervel, Bosanemoon, Muskuskruid en Watermuur.

Langs de werbermen groeien en bloeien andere soorten zoals Grote muur, Grasmuur, Heggevogelmuur, Vierzaadwikke, Heggewikke, Gewone ereprijs, Vreemde ereprijs, Klein- en Groot hoefblad en Grote ratelaar volop in het zicht. 

De dorpskern van Dikkele werd in 2018 geïnventariseerd door onze werkgroep en dus besteden we hier deze keer weinig aandacht aan.  Het hooiland van Natuurpunt dat achter de kerk is gelegen doen we echter opnieuw aan.  Op het pad ernaartoe vinden we onder meer Wilde chicorei en Gewoon barbarakruid. Op het muurtje naast dit pad groeien Muurvaren en Muurleeuwenbek.  In de recent gegraven amfibieënpoel groeien Grote lisdodde en Klein kroos.  Daar waar er vijf jaar geleden welgeteld één Bosorchis in het hooiland groeide, vinden we nu twee kleine populaties van een vijftal exemplaren op twintig meter van elkaar. 

Aan het eind van de voormiddag hebben we maar liefst 247 herkenbare taxa genoteerd.  Tezamen met de vondsten van 2018, levert dit alvast een basislijst op met 305 plantennamen.