Poelen, vennen, (tuin)vijvers, grachten en overstromingsplassen zijn vaak van groot belang als leefgebied voor planten en dieren. Toch zijn ze een stuk minder goed onderzocht dan stromende rivieren of meren. Provincie Limburg wil stille waters en hun natuurwaardes beter in kaart brengen, met de hulp van burgeronderzoekers.
Door klimaatverandering, toenemende verstedelijking en andere bedreigingen komen stilstaande waters meer dan ooit onder druk te staan. Dat hoort ons zorgen te baren: denk maar aan directe of indirecte drinkwatervoorziening, bescherming tegen overstromingen, hitte of droogte. Voor de natuur betekenen stille waters een belangrijk onderdeel van leefgebieden en verbindingsgebieden voor dieren en planten. Er is geen leven zonder water.
Sinds 16 mei werden al 850 stille waters gemeten in Limburg. Bedoeling is om zoveel mogelijk Limburgse waterpartijen in kaart te brengen. Uit de eerste voorlopige resultaten blijkt dat 60% van de onderzochte waters meer dan 3 plantensoorten bevat. Slechts 1 of twee dominerende soorten kan een indicatie zijn van te veel voedingsstoffen in het water en/of een woekerende exotische plantensoort. Daarnaast is slechts 10% van de onderzochte stille waters voor meer dan 25% van de oppervlakte bedekt met kroos en algen.
Een beetje algen en kroos is perfect normaal. Maar in een waterelement dat uit evenwicht is, doen algen en kroos het té goed. Hierdoor krijgen andere waterplanten onvoldoende licht en kwijnen ze weg of krijgen geen kans. Een teveel aan kroos of algen geeft meestal aan dat er te veel voedingsstoffen in het water zijn.
Uit de voorlopige resultaten blijkt dat ook zwemvijvers kunnen bijdragen aan hoogwaardige biodiversiteit. Zo werd in zo’n zwemvijver in Lummen een Kamsalamander en Loos blaasjeskruid waargenomen (foto: Robin Reynders).
Wat betreft de vorm van de vijvers heeft 65% van de onderzochte vijvers glooiende oevers. Zo’n natuurlijkere oeverwand is interessanter voor wilde dieren en oeverplanten, en verkleint de kans op verdrinking. Minder positief: 30% van de waterelementen blijkt een dikke laag op de bodem te hebben, die hoofdzakelijk bestaat uit verteerd en onverteerd plantenmateriaal. Het kan aangeraden zijn om die sliblaag tijdig te ruimen.
Daarnaast heeft drie kwart van de onderzochte waterpartijen een onderwatervegetatie die minder dan 25% van de totale oppervlakte bedekt. Ondergedoken planten zijn nochtans een van de belangrijkste factoren voor een systeem in evenwicht. Deze planten worden niet voor niets zuurstofplanten genoemd. Ze vullen de hoeveelheid zuurstof in de vijver dikwijls aan. Dit is nodig omdat in elke vijver zuurstof wordt verbruikt bij de vertering van organische materiaal (afgestorven planten en dieren, voedingsstoffen afkomstig van stikstofdepositie of van aangrenzende landbouwpercelen). Als de zuurstofhoeveelheid sterk daalt, worden giftige stoffen zoals ammoniak en waterstofsulfide (met de kenmerkende geur van rotte eieren) gevormd. Dit komt omdat afbraakreacties bij gebrek aan zuurstof worden uitgevoerd door anaerobe bacteriën (die kunnen leven zonder zuurstof). Zeker wanneer de vijver vissen bevat, zijn zuurstofplanten onmisbaar.
Ondergedoken waterplanten zijn verder heel belangrijk voor tal van waterdieren. Amfibieën en insectenlarven kunnen er zich verschuilen. Het zijn ook aanhechtingsplaatsen voor eitjes van bepaalde libellen. En ze produceren daarnaast ook algenremmende stoffen.
Hoe meet je de kwaliteit van stilstaand water?
Dit project werd gebaseerd op de methodiek van de ecologische watersysteemanalyse met ecologische sleutelfactoren (ESF), ontworpen door STOWA in Nederland.
In het kader van Stille Waters Doorgronden werd de methode aangepast voor een breed publiek. De set van factoren kan je plaatsen binnen vier belangrijke groepen: voorwaarden voor herstel van ondergedoken waterplanten, voorwaarden voor herstel van gewenste soorten(groepen), specifieke situaties van o.a. hoge organische belasting en toxische stoffen en de omgeving met zijn verschillende functies die tegenstrijdig kunnen zijn met de functies van het watersysteem.
Benieuwd wat er in jouw vijver leeft? Het citizen science-onderzoek loopt nog tot 30 september. Doe zeker nog mee. Of je nu in Limburg woont of daarbuiten. Je leert bij over jouw vijver en participeert in een grootschalig natuuronderzoek.
Dit project en andere citizen science-projecten worden gecoördineerd en ondersteund door het Provinciaal Natuurcentrum in samenwerking met PXL, UCLL, UHasselt, ANB, Lieteberg, Natuurpunt, INBO, Limburgs Landschap en de Limburgse regionale landschappen.
Tekst: Katrien Hendrickx, provincie Limburg
Foto: Liliane Van Engeland & Robin Reynders
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief