Heel wat vogels, groot en klein, komen nu naar je voedertafel afgezakt om een graantje mee te pikken. Maar regen en sneeuw maken het hen moeilijk om zaden te vinden. Soms verdringen de grote vogels de kleintjes (of slokken ze alles op) waardoor de kleinere vogels geen kans maken. Wat kan jij doen voor de kleine vogels in je tuin?
Komen er in jouw tuin veel grotere vogels een graantje meepikken, en krijgen de kleintjes geen kans meer?
- Bied op verschillende plekjes je voer aan. De grote vogels kunnen niet overal tegelijkertijd zijn, en moeten de anderen wel toelaten.
- Bied ook voer aan op verschillende manieren: op de grond, in een vetbol, op een voedertafel, op een voederplank, in een graansilo ... Elke vogel heeft een voorkeursplaats om te eten, en bovendien durven grotere vogels niet landen op een voedertafel; zeker niet als het een met een dakje is. Ook vetbollen zijn een beproeving voor hen.
> Ontdek de favoriete plekjes van de kleine tuinvogeltjes en pas je voedergedrag erop aan.
Niet alle vogels eten van vetbollen, maar zeker de kleintjes kan je er wel mee verderhelpen.
- Smelt 0,5 kg ongezouten vast vet in een pan. Wacht tot het warm is, maar niet te heet.
- Voeg al roerend een mengsel van ca. 120 g gebroken hennepzaad en 50 g zonnebloempitten aan toe. Voeg eventueel het vogelvoer van je favoriete vogels toe.
- Giet de warme brij in een vorm, bijvoorbeeld een blikje, een melkkarton, een theeglas of een halve kokosnoot.
- Voordat de brij stolt, leg je er een stevige katoenen draad in die er ruim bovenuit steekt (om de vetbol op te hangen).
- Zodra de massa hard is geworden, kan je hem ophangen.
- Soms is de vetbol moeilijk uit de vorm los te krijgen. Hou een glas of blik even in heet water, dan komt de vetbol gemakkelijk los.
Algemene voedertips voor grote én kleine vogels
- Schud je tafellaken het hele jaar uit in de tuin.
- Voeder met mate, en zeker wanneer het vriest en/of sneeuwt. Je kan het hele jaar door je tuinvogels voederen. Stem je aanbod af op het seizoen.
- Voeder niet teveel tegelijk en liefst 's ochtends en tegen het einde van de middag. Na een lange, koude nacht hebben vogels behoefte aan een stevig ontbijt en tegen de avond eten ze hun buikje rond om de nacht door te komen. Strooi niet te veel, dat kan muizen en ratten aantrekken.
- Geef geen voedsel waarin zout is verwerkt. In de kaas en het brood dat je strooit zit voldoende zout. Geef vogels geen margarine of boter, dat werkt laxerend.
- Voedsel dat makkelijk bevriest, zoals appels, voeder je best als geheel en niet in kleine stukjes.
De vogels de winter doorhelpen. We willen het wel, maar hoe beginnen we eraan? De Tuingids voor Blije Vogels van Natuurpunt helpt je hierbij. Dit boekje vertelt je hoe je jouw tuin omtovert tot een paradijs voor jezelf, maar ook voor de vogels.
Download de tuingids vandaag nog en hou het bij tijdens Het Grote Vogelweekend.
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief