Natuurgebieden

Afbeelding
Nikolaj
Nikolaj

Keigatbos - een korte schets

Sinds 2010 koopt Natuurpunt (onder de vlag van Natuurpunt Zomergem, i.s.m. Natuurpunt Maldegem-Knesselare) stukken grond aan in het bosrijk gebied van het Keigat. Het Keigatbos, of ook vaak de Rijversbossen genoemd in de volksmond, situeert zich deels op het grondgebied van Oostwinkel (Zomergem-Lievegem), maar vooral grotendeels op het grondgebied Ursel (intussen Aalter). Het Keigatboscomplex ligt op de grens tussen Knesselare (in deelgemeente Ursel) en Zomergem (in deelgemeente Oostwinkel) en beslaat ongeveer 90 ha, waarvan intussen ongeveer 30 ha natuurgebied van Natuurpunt is. De eerste aankoop situeerde zich aan het Veldkruis rond het stuk dat intussen door het leven gaat als het Berhoutbos. Tegelijkertijd werd ook een klein perceel verworven tussen de Gentseweg en Bauwerwaan (Beyerwaenbos). Nadien werden stelselmatig andere complexen aangekocht waaronder het Essenbos en het Pastershuyzekensbos (of Eikenbos) en werden onze clusters Berhoutbos en Beyerwaenbos uitgebreid (zie kaart onderin). Aan de biodiversiteitswaarde van het Keigat wordt hard gewerkt! 

Het bestaat momenteel vooral uit een combinatie van grove dennenaanplanten met vooral bramen en pijpenstrootje in de ondergroei, aaneengesloten sparrenaanplanten en zure eikenbossen met nogal dikwijls Amerikaanse eik als dominante soort in de boomlaag. Desalniettemin verschillen onze bosfragmenten substantieel, daarom stellen wij deze elk nog eens kort voor hieronder.

Berhoutbos

Dit deel van onze gebieden is de cluster binnen ons boscomplex die reeds het langst in ons bezit is. Recentelijker is deze cluster omgedoopt van Keigatbos tot Berhoutbos om naamsverwarring met het overkoepelend bosgebied Keigat te vermijden. Het volgroeid bos bestaat voornamelijk uit naaldbos (zwarte den en Douglasspar) met een ondergroei van lijsterbes, vlier, sporkehout en hazelaar. Het vroegere OCMW-bos er net naast werd een paar jaar nadien aangekocht en kenmerkt zich door een grote lorkengemeenschap met veel brede stekelvaren in de ondergroei.

Er werd reeds een dunningskap uitgevoerd om meer licht te creëren voor de opkomst van loofboomsoorten, om op lange termijn gemengd bos te creëren. 

Tevens zetten wij in op een deel beweiding op het voorste stuk van het gebied, met inbegrip van de poel. Aan de bosranden wordt ernaar gestreefd om een mooie struikengordel te creëren als overgang richting het bos.

Essenbos

Het “Essenbos” is de roepnaam van een bos aan de zuidkant van de Gentseweg, tussen Zomergem en Ursel maar op grondgebied Ursel. Van dit bos werd in 2014 1,8 hectare door Natuurpunt aangekocht, wat ongeveer de helft is van het totale bos. Mede door de ligging langs de steenweg ligt het wat afgescheiden van de kern van het Keigatbos, maar zowel landschappelijk als ecologisch hoort het er gewoon bij. Het bos ligt aan de voet van de cuesta, de kleiheuvel waarop zich ook het centrum van Zomergem bevindt, en kent een redelijk hoogteverschil van de straatkant naar het verst afgelegen deel. Het is een erg nat terrein met heel wat grachten en een waterpartij (die geen eigendom van Natuurpunt zijn). Opvallend zijn de vele rabatten; dit zijn langwerpige verhoogde bermen die eeuwen geleden werden aangelegd in functie van hakhoutbeheer. Op die rabatten werden bomen aangeplant die gemiddeld om de zeven jaar tot tegen de grond werden gekapt. Het resultaat is een hakhoutstoof, een soort knotboom tegen de grond die klein hout oplevert als brandhout of voor klein rondhout (rasterpalen etc).

Opmerkelijk aan het Essenbos is de rijke bloemenpracht die vooral in het voorjaar opvalt. Zo kleurt het bos in april wit en geel door de vele bosanemonen (foto) en speenkruid, maar zijn er ook soorten te vinden zoals dotterbloem en slanke sleutelbloem. Dat zijn typische voorjaarsbloeiers die we in vochtige bronbossen terugvinden en enkele onder hen zijn ook typische indicatorsoorten voor oud bos. In centraal en zuidelijk Meetjesland vinden we meer van dit soort zeldzame en waardevolle bosjes, onder meer in Aalter en het Burkelgebied.

De vele populieren in het bos zijn aangeplant tussen de hakhoutstoven als opgaande bomen en vormen een opvolging van vroegere boomaanplant van voornamelijk Amerikaanse eik, waarvan her en der nog bijna volledig vergane stronken zijn terug te vinden. Daarnaast komen er gewone esdoorn, zomereik, berk, Amerikaanse eik en tamme kastanje voor. De opvallendste boomsoort in het gebied is de gladde iep, ook wel olm genoemd. Je vindt hem in diverse stadia van ontwikkeling, van jonge uitloper tot reeds puberende boom, met het kenmerkende schorspatroon. Het voorkomen van olmen is een enorm interessant, omdat iepen-essenbossen Europees beschermde bostypes zijn. De aanwezigheid van deze twee soorten wijst vermoedelijk op een origine van dit bos als Wagenmakersbos: het iepenhout werd vroeger voornamelijk gebruikt voor de buitenzijdes van een wagenwiel, terwijl essenhout gebruikt werd in de spaken vanwege de capaciteit om korte schokken op te vangen.

Sinds dit bosje eigendom is van Natuurpunt, werden er al enkele acties ondernomen om de natuurwaarden te verhogen. Zo werden de aanpalende bewoners gesensibiliseerd om niet langer tuinafval in het bos te storten. Dit zorgt er immers niet alleen voor dat de waardevolle laagtes gedempt worden, maar ook worden op die manier vele exoten in het bos binnen gebracht. In de winter van 2022 werden alle bomen ook gedetermineerd en gelocaliseerd om een goed ruimtelijk beeld te krijgen van dit bos.

Pastershuyzekensbos

Het Pastershuyzekensbos was de laatste nieuwe cluster die aangekocht werd. Het bestaat uit 3, ongeveer even grote, langgerekte percelen. Een eerste perceel (foto) bestaat uit een oud eiken-beukenbos dat gradueel overgaat naar een zuiver beukenbos. Het tweede deel is een grasland, waarop de laatste jaren een aanplant verwezenlijkt werd met o.a. berk, eik, boswilg en struiksoorten. Het laatste perceel is dan weer een typisch naaldhoutbos, zoals de meerderheid van het Keigatbos.

Onze beheerfocus lag de laatste jaren vooral op het beplanten van het nieuwe perceel en het bestrijden van Amerikaanse vogelkers. Daarnaast worden in dit stuk 3 peilbuizen voor grondwaterstand gemonitord en werden verschillende dammen geplaatst in de vijverloop, die dwars doorheen dit stuk bos stroomt om het afstromende water op te houden en trager te laten insijpelen.

Beyerwaenbos

Het Beyerwaenbos is een klein stukje bos, vooral bestaande uit essenhakhout, dat zich situeert tussen de Gentseweg en Bauwerwaan. Dit stukje dateert ook reeds uit onze eerste aankoop. Recenter in 2022 slaagden we erin om een paar percelen verderop een nieuw stuk grond aan te kopen, hetwelk ook bebost werd. 

Merk op dat deze twee percelen zich bevinden in de nabijheid van andere restanten van het Keigatbos en percelen waar ook herbebossingsprojecten opleven. Op termijn zouden alle stukken zo opnieuw kunnen samensmelten tot een groter aaneengesloten bos.

Context en geschiedenis van het Keigatbos

We kunnen het grote Keigatbosgebied beschouwen als een uitloper van het Drongengoedgebied, maar het Keigatbos heeft toch een eigen karakter met schitterende dreven en grote loofbomen. 

Wanneer we voor het Keigatbos teruggaan in de geschiedenis, stoten we steeds op ingrijpen van de mens. De naam Keigat verwijst naar een bosrijke plek en heuvelkam waar veel keien en stenen te vinden zijn. We kunnen tot rust komen aan het Veldkruis, omgeven door linden. De geschiedenis ervan gaat terug tot de 13de eeuw. Het was dan ook dan, tussen de 10de eeuw en 13de eeuw, dat een eerste poging werd ondernomen om het natuurlandschap naar cultuurlandschap om te zetten. Dit was een zeer onzekere periode, met onder andere woelige godsdienstoorlogen. Het is pas rond 1750, toen vele hoeves in puin lagen, dat men terug overging van veld naar bos. Nu nog heel herkenbaar zijn de dreven in dambordpatroon.

Keigatbos

 

Zomergem Groot gebied - Tussen 50 en 100 hectare

We kunnen het grote Keigatbosgebied beschouwen als een uitloper van het Drongengoedgebied, maar het Keigatbos heeft toch een eigen karakter met schitterende dreven en grote loofbomen. Het bestaat momenteel uit een combinatie van grove dennenaanplanten met vooral bramen en pijpenstrootje in de ondergroei, aaneengesloten sparrenaanplanten en zure eikenbossen met nogal dikwijls Amerikaanse eik als dominante soort in de boomlaag.

>> Naar alle natuurgebieden van Natuurpunt