Dagpauwoog
De dagpauwoog, waarvan de prachtige vlekken op zijn vleugels doen denken aan grote ogen, is één van de algemene soorten dagvlinders in Vlaanderen. Hij vliegt van maart tot oktober, en overwintert als imago in oude schuurtjes, op zolders ...
Grote brandnetel (waardplant voor rupsen)
Individueel
Overwintert op donkere, beschutte plekjes
Mannetjes bakenen vlijtig een territorium af
De zon en bloemen die nectar bieden
Hoe herken je de dagpauwoog?
- De bovenzijde van de vleugels heeft een dieprode kleur, met een grote, blauwe oogvlek op elke vleugel. De onderzijde van de vleugels is zwart.
- De blauwe vlek op elke vleugel is een perfecte imitatie van een zoogdieroog: een blauw oog, met een lichte oogrand en een zwarte pupil. Mogelijke predatoren worden afgeschrikt door deze oogvlek.
- De rups van de dagpauwoog kan tot 42 mm groot worden en is zwart, met fijne, witte spikkeltjes en lange, zwarte doorns op de rug en flanken. De geelachtige poten zijn een opvallend kenmerk.
De dagpauwoog, waarvan de prachtige vlekkentekening doet denken aan die van een pauw, is één van de algemene soorten dagvlinders in Vlaanderen. De kans dat je hem op de vlinderstruik in je tuin vindt, is erg groot.
Lijkt op
- Distelvlinder
- Kleine vos
- Oranje zandoogje
Hoe leeft de dagpauwoog?
Wat eet de dagpauwoog?
De dagpauwoog is verzot op de nectar van de bloemen van verschillende planten, zoals de akkerdistel en de paardenbloem. In tuinen zie je hem vaak op vlinderstruik.
De rups van de dagpauwoog is erg kieskeurig en lust enkel de blaadjes van de grote brandnetel. Ze verkiezen grote groepen brandnetels op een vochtige, lichtbeschaduwde plaats.
Hoe plant de dagpauwoog zich voort?
De dagpauwoog kan je waarnemen van begin maart tot eind mei. In het voorjaar bakenen de mannetjes een territorium af van enkele tientallen vierkante meters. Andere mannetjes worden daaruit verjaagd, en passerende vrouwelijke bezoekers worden het hof gemaakt.
De dagpauwoog zet haar eitjes af op de grote brandnetel, de enige plant waar de rups zich mee voedt. Van eind april tot half juli leven de rupsen in groepjes samen op deze plant. Wanneer ze voldoende gegeten hebben, zoeken de rupsen een rustig en beschut plekje op om zich te verpoppen. Na twee weken kunnen er al prachtige vlinders tevoorschijn komen. Van eind juni tot eind oktober vliegen deze nakomelingen rond. Het zijn deze vlinders die in het najaar in overwintering gaan.
Waar vind je de dagpauwoog?
Vooral ruige graslanden en bloemrijke gebieden, aan de rand van bossen of heide, zijn de ideale biotoop van de dagpauwoog. Maar ook in parken en tuinen wordt de vlinder vaak waargenomen.
Deze vlinder overwintert op donkere, beschutte plekjes, zoals in holle bomen of donkere schuurtjes. De onderkant van zijn vleugels is zwart, een overwinterende dagpauwoog valt dan ook nauwelijks op.
Bekijk deze soort op waarnemingen.be
Komt deze soort veel voor?
Deze vlinder komt zowat over de hele wereld voor. In België kan je hem verspreid over het hele land waarnemen. Tijdens de vlindertelling in 2013 werd de dagpauwoog in 75% van de Vlaamse tuinen geteld, dit was goed voor een eerste plaats.
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief