Afbeelding
Simon Vandepitte

Dit was 2018 voor de natuur

16 jan 2019
Categorieën
Natuurbericht

Het natuurjaar 2018 zal de boeken ingaan als het jaar van abnormale droogte en kinderloze kieviten, maar ook dat van het eerste wolvenkoppel in Vlaanderen, broedende raven en boomende boomkikkers. 
 

Late padden, vroege vlinders

2018 werd -opnieuw- een jaar van extreem weer, en dat liet zich voelen in de natuur. Het jaar begon met een polaire vortex, die hield dieren extra lang in winterslaap. Wanneer de voorjaarstrek van de amfibieën dan midden maart eindelijk losbarstte, gebeurde dat massaal. Vrijwilligers verspreid over heel Vlaanderen konden vermijden dat 237.242 amfibieën onder de wielen terechtkwamen: een absoluut record.  

Nadien volgde een lange, warme en opvallend droge periode. Door het warme voorjaar begonnen veel zomervlinders 2 tot 3 weken vroeger te vliegen en bovendien waren ze met meer. Hoewel het ook nadien nog mooi weer bleef, ging het vanaf half juli snel bergaf met de aantallen. In augustus, en nog meer in september, viel op hoe weinig vlinders er vlogen. Hun maximum aantal vlieguren was door al dat zonnige weer sneller bereikt. Bovendien was het grootste deel van de nectarplanten uitgedroogd. Vooral de nazomer bleek opvallend vlinderarm. Dat gold trouwens ook voor nachtvlinders. De zeldzame hazelmuisjongen in Voeren groeiden dit jaar dan weer veel trager dan andere jaren, waarschijnlijk als gevolg van minder melkproductie bij de moeder in deze droge periode.

De droogte hield aan tot het eind van het jaar. HET KMI registreerde dit jaar 25% minder neerslag dan normaal. In hun zoektocht naar water kwamen heel wat wilde dieren in waterpartijen met steile wanden terecht. De lage waterstand bracht heel wat vis- en eendensoorten in de problemen. Veengebieden en zeldzame planten kregen rake klappen. De enige Vlaamse populatie van de dennenwolfsklauw verdroogde: het ziet ernaar uit dat we deze soort weer als uitgestorven in Vlaanderen moeten beschouwen. Ook voor de paddenstoelen was 2018 een uitgesproken zwak jaar.

 Daarbovenop kwam nog algenbloei: die ontstaat in vervuild water bij aanhoudend warm en droog weer. De algen halen het zuurstofgehalte van het water naar beneden: lokaal zorgde dat voor massale sterfte van vissen en waterplanten. De droogte en de bijhorende problemen voor drinkwatervoorziening, landbouw en natuur maken duidelijk dat we moeten inzetten op ruimte om het water na regenval vast te houden en in de bodem te laten dringen. Om de natuur weerbaarder te maken tegen grote droogte, bouwt Natuurpunt in de Kalmthoutse heide een kleischerm. Op Vlaams niveau pleit Natuurpunt ervoor om kwetsbare natuur op te nemen in het droogteplan, zodat onherstelbare schade vermeden kan worden.

Soortgroepen die wél profiteerden van het warme en droge weer waren wespen (hun nest kon door het stabiele zomerweer blijven aangroeien) en wantsen, vooral de grauwe schildwants bleek dit jaar bezig aan zijn grote doorbraak in Vlaanderen. Enkele sprinkhaansoorten beleefden ook een topjaar en het warme nazomerweer bracht een ongeziene influx van Afrikaanse zadellibellen naar de kust. Ook zuidelijke soorten die in opmars zijn, konden die door het warme weer (goede vliegomstandigheden) verderzetten. Zo dook een nieuwkomer, het scheefbloemwitje, nu ook in de provincie Antwerpen op (de eerste Vlaamse waarneming gebeurde in de Voerstreek in september 2016).

Beton rukt op, kieviten worden kinderloos oud en stropers krijgen vrij spel

In Vlaanderen verdwijnt gemiddeld 6 hectare open ruimte per dag onder het beton, en het gaat de laatste maanden nog sneller. Natuurpunt heeft de cijfers voor het eerst op gemeenteniveau berekend en gebundeld in een betonrapport. Daaruit blijkt dat veel gemeenten nog een tandje moeten bijsteken om de betonstop in 2040 te kunnen realiseren. Hoogstraten blijkt de betonhoofdstad van Vlaanderen, nergens draait de betonmolen zo hard. De betonnering van open ruimte staat haaks op de klimaatuitdagingen die ons wachten, en het leidt tot een verdere versnippering van de natuur in Vlaanderen. Die versnippering is de voornaamste oorzaak van het hoge aantal dieren onder de wielen: het opvallendste slachtoffer dit jaar was een piepjonge wolf, die doodgereden werd in Opoeteren.

Amper 1 op 10 kievitnesten is succesvol. Dat blijkt uit een rapport dat Natuurpunt opgesteld heeft in opdracht van de provincie Vlaams-Brabant. De sierlijke landbouwvogels slagen er nog nauwelijks in om te broeden in het steeds intensiever bemeste en bewerkte landbouwlandschap. De klimaatverandering, met extremen van droge tot kletsnatte voorjaren, maakt het allemaal nog moeilijker.

Er is flink gesnoeid bij het personeel van de Natuurinspectie: de cel van het Agentschap Natuur en Bos die overtredingen van de natuurwetgeving vaststelt. De gevolgen waren onder meer te merken in Destelbergen, waar reeën gestroopt werden vlak bij een veelbezocht fiets- en wandelpad. De natuurinspectie kon niet ingrijpen wegens onderbemanning.

95% van de heides en veengebieden en 70% van de duinen, loofbossen en zoete waters in Vlaanderen krijgen te veel stikstof over zich heen. Dat blijkt uit het rapport Natuurindicatoren 2018. Oorzaak: landbouw, transport en industrie. De impact is subtiel, maar daarom niet minder gevaarlijk. Stikstof werkt als een gif dat langzaam het hele ecosysteem aantast. In bossen op arme zandgronden gaat het aantal sperwers achteruit, slakken verdwijnen er door een tekort aan calcium en daarmee ook vogels zoals de zanglijster die slakken eet.

Hoop door wolven, natuurherstel en inspanningen van bedrijven en landbouwers

Maar 2018 bracht ook hoopvol nieuws: de gezenderde wolvin Naya zet rond de jaarwisseling voet op Vlaams grondgebied. Later krijgt ze gezelschap van een mannetje, August. Het hele jaar verblijft het stel in de buurt van de vallei van de Zwarte Beek en het militair domein van Leopoldsburg. Het stel staat symbool voor robuuste, verbonden en ontsnipperde natuur. Ook aan de andere kant van de taalgrens worden wolven gemeld.

Het jarenlange natuurherstel door vrijwilligers werpt z’n vruchten af. Zo telt Limburg momenteel 3245 roepende boomkikkermannetjes en werd recent de Bosbeekvallei weer gekoloniseerd. Rond 2000 was de soort nagenoeg uitgestorven in Vlaanderen. En: raven hebben succesvol gebroed in het Meerdaalwoud bij Leuven. Het gaat om het eerste bevestigde broedgeval van de iconische vogelsoort in Vlaanderen sinds 1865. Er werden grote stukken natuur veiliggesteld doordat lokale vrijwilligers van Natuurpunt ze konden aankopen en beheren: het Altenbroek in de Voerstreek, de Vinderhoutse bossen bij Gent en het Kluizenbos in Aalst.

Op 64 veldjes met wintergraan of Japanse haver in het westen van West-Vlaanderen werd een nieuw recordaantal geteld van overwinterende geelgorzen. De gele akkervogel doet het sinds enkele decennia erg slecht in Vlaanderen, door het verdwijnen van hagen en wintervoedsel. Het toont hoe inspanningen in landbouwgebied, vaak samen met lokale landbouwers, een verschil kunnen maken.

Nog hoopgevend: meer dan 50 bedrijven onderschreven de ‘Green deal’ om hun bedrijventerreinen natuurvriendelijker in te richten. Onderzoek op de terreinen van Ikea in Genk bewijst dat ingrepen er een verschil kunnen maken voor zeldzame bijensoorten.  

Bijzondere waarnemingen

Via het citizen science-project www.waarnemingen.be liepen heel wat bijzondere waarnemingen binnen. Waarnemingen.be is na 10 jaar en 30 miljoen waarnemingen dé referentie voor natuurgegevens in ons land.

Enkele opzienbarende ontdekkingen van het afgelopen jaar: de eerste westelijke orpheusgrasmus voor België, de eerste goudvleugel (een prachtige eendagsvlieg) in 60 jaar, het eerste broedgeval van de hop in 36 jaar, de eerste Vlaamse populatie van de spoorkrekel, een nieuwe roofvlieg voor België en de superzeldzame aardster Geastrum welwitschii, die opduikt in het Antwerpse Rivierenhofpark.