Afbeelding
Gert Vanautgaerden

Kustvisie 2100 mist ambitie om door te pakken op natuurlijke kustbescherming

22 mrt 2023
Categorieën
Natuurbericht
Organisatie

Onze kust zal niet ontsnappen aan een stijgende zeespiegel en de klimaatwijziging staat buiten kijf. Hoe kunnen we onze kust (en het hinterland) tegen 2100 beschermen tegen grote overstromingen en de stijging van de zeespiegel? Het onderzoek naar mogelijke maatregelen is afgerond, de Vlaamse regering moet nu de knoop doorhakken. Wat is er al gebeurd en welke extra maatregelen zijn nog nodig?

De zeespiegel stijgt, het klimaat verandert. Alleen draconische maatregelen kunnen nog voorkomen dat de wereld onder de 1,5 graad opwarming blijft. Zelfs 4 graden opwarming is nog altijd niet uitgesloten. Dat stelt het IPCC, het klimaatpanel van de VN, in een nieuwe samenvatting van de stand van zaken.

Onze 67 kilometer lange kust kan je ruwweg in drie zones indelen die bescherming behoeven: duinen (+- 50 % van de kust), bebouwing (+- 50 % van de kust) en daarnaast nog de havens. Elk van deze zones heeft een andere aanpak nodig.  Duinen die voldoende hoog en breed zijn (= een mature duinengordel) beschermen ons het best, gezien deze mits aangepast beheer meegroeien met de zeespiegelstijging. Het strand voor de bebouwing heeft nood aan een andere aanpak. Ook de havens zijn elk afzonderlijk te beschouwen en vragen een individuele aanpak om hen te beschermen tegen stormen en stijging van de zeespiegel.


Cocreatietraject Kustvisie zoekt naar oplossingen voor onze kust

Het zogenoemde "Masterplan Kust" moet onze kust beschermen tegen extreme stormen, overstromingen en de gevolgen van de klimaatverandering. Die zeespiegelstijging is voor alle duidelijkheid niet iets voor morgen, maar is nu al volop aan de gang. We meten nu al ongeveer 1 centimeter stijging per twee jaar sinds 2000. Om te anticiperen op deze toekomstige veranderingen, ging eind 2021 op initiatief van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) en Agentschap MDK-afdeling Kust, het co-creatieproject Complex Project Kustvisie 2100 van start. De startnota zag er voor het groene middenveld (Kustwerkgroep, Natuurpunt, WWF België, Bond Bond Beter Leefmilieu en de West-Vlaamse Milieufederatie) veelbelovend uit. Zo werd de nadruk gelegd op de “natuurlijkheid” van het kustecosysteem.

Nu het project op zijn einde loopt, lijkt er voorlopig weinig plaats voor “werken met natuurlijke processen”. Het consortium dat het co-creatietraject begeleidt, is beperkt in zijn concrete voorstellen omwille van de focus van de opdracht. Zo wordt er (voorlopig?) nog geen rekening gehouden met wat onze buurlanden zullen doen in de strijd tegen de zeespiegelstijging. Nochtans is het noodzakelijk om af te stemmen met Nederland en Frankrijk, zodat onze genomen maatregelen ook effectief zullen zijn.

Daarnaast worden quick-wins, zoals het stopzetten van machinale strandreiniging, niet opgenomen in de aanbevelingen die voortkomen uit het co-creatietraject. Stopzetten van machinale strandreiniging is echter een eerste, evidente stap om embryonale duinen te laten groeien tot meer mature duinen. Tijdens het traject bleken sommige geesten hier al rijper voor dan anderen. "We houden daarbij rekening met zeer uiteenlopende scenario’s", zegt ook Edward Van Keer, projectleider van Kustvisie. Voor de strandzones zijn er specifiek twee opties uitgewerkt: de waterlijn houden waar ze is, maar het strand, de dijk en de duinen ophogen. Ofwel moet de laagwaterlijn een honderdtal meter opgeschoven worden in de richting van de zee. De Vlaamse regering moet daarover nu de knoop doorhakken. Volgens Vlaams minister van MOW Lydia Peeters (Open VLD) geniet die tweede optie voorlopig de voorkeur. "We denken dat het interessanter is om de kustlijn op te schuiven en zoveel mogelijk zeewaarts te gaan", legt ze uit in "De markt". Al benadrukt ze dat er nog geen definitieve beslissing is genomen. "We moeten eerst nog bijkomend onderzoek doen: een strategisch milieueffectenrapport en een maatschappelijke kosten- en batenanalyse."

Moet er nog zand zijn?

Het spreekt voor zich dat elke menselijke ingreep om onze kust te beschermen, bv een suppletie (ophoging van het strand), een grasdijk of een duin voor dijk op de stranden, ook een zoveel als mogelijk natuurlijk beheer krijgt.
Wat voorlopig in Kustvisie lijkt te ontbreken, is op welke manier en hoe men, via de natuurlijke processen, het zand zolang mogelijk ter plaatste kan houden. De testzones in Raversijde en Oostende Oosteroever, waar rijshout rasters geplaatst zijn en helm aangeplant, tonen hoe snel embryonale duinen zich kunnen ontwikkelen. Onderzoekers noteerden ongeveer anderhalve meter zand toename in hoogte in de testzone op quasi één jaar tijd in Raversijde.

Gezien zand een natuurlijke eindige grondstof is en wetenschappers al langer waarschuwen voor het uitputten van de zandbanken in de Noordzee, moet er voorzichtig omgesprongen worden met onze zandvoorraad. Jaarlijks slorpt de bouwsector per Europeaan vier ton nieuwe grondstoffen op. Daarmee is de sector goed voor de helft van alle grondstoffen consumptie in Europa, zoals deze week gepubliceerd in Apache. Daarenboven is de bouwsector goed voor een derde van de Europese afvalproductie. Het meest gebruikte bouwmateriaal ter wereld, ook in België, is beton. Beton slorpt niet enkel de open ruimte op in Vlaanderen, maar ook primaire grondstoffen zoals grind, zand en water. De productie van beton veroorzaakt tevens een enorme CO2-uitstoot. Cement is, na water, het tweede meest geconsumeerde materiaal ter wereld. De regulering van de milieu-impact van cement is prioriteit nummer één. In België gaat ongeveer tweederde van al het opgedolven zand en grind uit de Noordzee naar de bouwsector en een derde naar strandsuppleties.

Meer ambitie is nodig om onze kust te beschermen

Natuur- en milieuverenigingen blijven wachten op meer ambitie binnen dit traject: een echte (Kust)visie om het zand zo lang mogelijk ter plaatse te houden, gebruik te maken van het natuurlijk kustecosysteem en alzo natuurinclusief en kostenbesparend te werken. De testzones in Oostende bewijzen wat wetenschap en natuur en- milieuorganisaties al jaren zeggen: dat er goedkope natuurlijke oplossingen zijn om het zand op het strand te houden.

Dit zal vragen om aangepaste (overkoepelende) strand beheerplannen, zoveel als mogelijk stopzetten van machinale strandreiniging en ook een shift in het beeld dat toeristen hebben over het strand. We moeten ijveren voor een meer natuurlijk strandbeeld, waar duinen en natuurlijke vloedlijnen hun plaats kennen. Ook recreatie heeft zijn plaats aan onze kust, weliswaar ingepast in een natuurinclusieve kustbescherming, met oog op toekomstige zeespiegelstijging. Wanneer de machinale strandreiniging stopt, krijg je spontane ontwikkeling van vloedmerk vegetaties en kan er natuurlijke duinvorming, zelfs op korte termijn, ontstaan. De embryonale duinen in Zeebrugge zijn het bewijs.

Afbeelding
kust_-_franky_bauwens.png

© Franky Bauwens

WWF België en Natuurpunt hebben samen beelden laten ontwerpen van hoe een natuurinclusieve kust eruit zou kunnen zien. Met plaats voor recreatie en toerisme, maar ook voor voldoende duinontwikkeling met oog op onze kustbescherming én natuurbehoud.

Afbeelding
kustvisie_c_brenda_de_groot_in_opdracht_van_wwf-belgie_en_natuurpunt.png

© Brenda de Groot, in opdracht van WWF-België en Natuurpunt

In Kustvisie blijven we voorlopig op onze honger zitten wat betreft alle vragen rond zandbeheer, (eindige) zandvoorraad en de vele suppleties die onze stranden momenteel nodig hebben om voldoende hoog te blijven. Jaarlijks wordt er zand aangebracht, dat vervolgens wegspoelt richting Nederland. Met de scenario’s zoals voorgesteld in Kustvisie, o.a. een zeewaartse uitbreiding van duin en strand, loop je risico op nog meer wegspoelen van zand. Zeker indien onze buurlanden wel kiezen voor het terugtrekken van de bebouwing (= meer land in een dynamische kustzone).

Tot slot worden prangende vragen zoals afwatering (immers bij 1 meter zeespiegelstijging kan er niet meer gravitair geloosd worden), verzilting van het achterland en migratieknelpunten voor migrerende soorten niet of onvoldoende meegenomen. Ook hier hopen we dat in het verdere verloop van het traject voldoende aandacht zal gaan naar kustconnectiviteit: de verbinding van zee, strand, duinen en polders. Het kustecosysteem werkt als één geheel en kan je niet artificieel los van elkaar in zones bekijken. Om een Kustvisie écht toekomstbestendig te maken, zal men moeten kijken naar de wisselwerking tussen zee-strand-duinen-polders.

Tekst: Franky Bauwens (Kustwerkgroep Natuurpunt), Sarah Vandeneede (beleidsmedewerker Oceaan voor WWF België), Bart Vanwildemeersch (West-Vlaamse Milieufederatie) en Sarah Tilkin (beleidsmedewerker Noordzee voor Natuurpunt)


[1] bron: FOD Economie, dienst Continentaal Plat