Afbeelding
Springzaadbladroller
Ruben Meert

Reuzenbalsemien helpt springzaadbladroller een handje

3 sep 2021
Categorieën
Natuurbericht
Exoten
LIFE BNIP
Nachtvlinders
Natura 2000
Natuurbeheer
Provincie Antwerpen

Als er in natuurkringen over reuzenbalsemien wordt geschreven, is de teneur doorgaans negatief: deze invasieve exoot verdringt onze inheemse flora en afgezien van het late nectaraanbod lijkt de plant weinig meerwaarde te bieden. Nochtans is het niet allemaal kommer en kwel, want een schaars microvlindertje heeft er onverwacht zijn voordeel mee gedaan.

Vooral langs beken en rivieren, waar reuzenbalsemien massaal kan optreden, kleurt het landschap rozerood in deze tijd van het jaar. Zelfs met de ogen dicht laat de aanwezigheid van de plant zich raden door de indringende, weeë geur die de bloemen verspreiden. Deze onmiskenbare plant kwam oorspronkelijk voor in de Himalaya en werd in de 19de eeuw als sierplant naar Europa gebracht, waar hij gaandeweg verwilderde.

Afbeelding
Reuzenbalsemien

Reuzenbalsemien is een typische springzaadplant, waarbij de vruchtjes bij rijpheid exploderen en op die manier hun zaden meters ver wegslingeren. In België is slechts één soort uit deze plantenfamilie inheems: groot springzaad, die verspreid over het land op vochtige, beschaduwde plekken kan worden gevonden. Groot springzaad blijft ondanks de naam veel kleiner dan Reuzenbalsemien en heeft gele bloemen.

De springzaadbladroller, een bont gekleurd microvlindertje, kwam in België enkel voor op plaatsen waar groot springzaad groeide. De rupsen voeden zich in de stengels van de plant en worden daardoor slechts af en toe opgemerkt. De vlinders zelf worden bovendien niet makkelijk door lichtvallen aangetrokken. Waarnemingen van springzaadbladroller waren dus overwegend toevalstreffers en uiterst uitzonderlijk.

Afbeelding
Rups Springzaadbladroller

De afgelopen jaren doken echter ook waarnemingen op van springzaadbladroller op plaatsen zonder populaties van groot springzaad. En in de herfst van 2018 werd dit mysterie opgelost, met tal van rupsenvondsten in – jawel – reuzenbalsemien. Nadien werd het vlindertje op tal van nieuwe locaties waargenomen. Dit doet vermoeden dat ondertussen zowat heel het land werd gekoloniseerd, hoewel West-Vlaanderen en Henegouwen het voorlopig nog zonder vondsten moeten stellen.

Zeker niet onaardig voor een vlindertje dat als ‘zeer zeldzaam’ wordt gecatalogeerd. Met dank aan een exoot dus. Ook in Zwitserland, Nederland en Bulgarije werd reuzenbalsemien reeds al voedselplant vastgesteld, maar vermoedelijk geldt dit voor heel Europa. Overigens lijkt de plant zelf weinig last te ondervinden van de rups.

Met de keuze van reuzenbalsemien als bijkomende waardplant lijkt de springzaadbladroller bovendien ook letterlijk uit de schaduw te treden, vermits deze plant op veel zonnigere plekken kan voorkomen dan groot springzaad. Zo werden al rupsen gevonden in reuzenbalsemienstengels op zonnige oevers van Schelde en Ourthe. In dat laatste geval recent zelfs in planten die enkele weken geleden nog…3 meter onder water stonden. Straf!

Afbeelding
Reuzenbalsemien aan de Ourthe

Sommigen zullen hierin misschien een bewijs zien dat het ‘wel meevalt met die exoten’ of ‘dat de natuur zich altijd aanpast’. Maar aanpassingen zoals deze blijven uitzonderingen op de regel. Reuzenbalsemien blijft in de eerste plaats een plant die bonte oevervegetaties met grote kattenstaart, moerasspirea en andere bloemen omvormt tot één roze eenheidsworst, waardoor ondermeer de diversiteit van grondbewonende insecten sterk afneemt en zelfs het voorkomen van mycorrhizapaddenstoelen wordt afgeremd en verhinderd. De negatieve effecten van deze plant blijven dus enorm.

Meer info over de springzaadbladroller en handige zoektips zijn te vinden in deze recente studie die over dit onderwerp werd gepubliceerd.

Ruben Meert (Insectenwerkgroep Voelspriet) & Regis Nossent (Werkgroep Bladmineerders Vlaamse Vereniging voor Entomologie)