Zwarte mees
zwarte_mees_-_fr_van_bauwel.jpg

Zwarte mees (Parus ater)
De zwarte mees is een kleine, onopvallende mees die zich vaak hoog in naaldbomen ophoudt. Soms wordt ons land in het najaar overspoeld door zwarte mezen.
Hoe kan je de zwarte mees herkennen?
- kleine, onopvallend gekleurde mees
- zwarte kop met witte ‘wangvlek’ en witte ‘nekvlek’
- grauwe onderdelen (niet geel als bij pimpel- en koolmees)
- grijze rug; twee fijne, witte vleugelstreepjes
Hoe klinkt de zwarte mees?
Wat eet de zwarte mees?
De zwarte mees eet in het broedseizoen vooral insecten, spinnen, larven en rupsen. In het najaar en de winter staan vooral zaden op het menu (met een sterke voorkeur voor de zaden van fijnspar).
Waar leeft de zwarte mees?
- De zwarte mees broedt voornamelijk in naaldbossen, vaak met enkele hoge sparren. Tijdens najaarse invasies kan je de soort zowat overal aantreffen (stadsparken, tuinen, villawijken).
- Verspreidingskaart van de zwarte mees.
Hoe plant de zwarte mees zich voort?
De zwarte mees broedt in boomholtes. Bij gebrek aan geschikte holtes maakt ze haar nest ook in grondholen (tussen boomwortels, onder stenen, in oude muizenholletjes). In tegenstelling tot andere mezensoorten, gebruikt de zwarte mees meestal maar één enkele mossoort voor de nestbouw. Het vrouwtje bouwt het nest alleen en broedt ook de 8 à 9 eieren alleen uit.
Hoe krijg je de zwarte mees te zien?
De zwarte mees is vooral een onopvallende mees die zich doorgaans hoog in naaldbomen ophoudt. De soort verraadt haar aanwezigheid vaak door haar zang. Zwarte mezen zingen meestal vanaf de hoogste boom in hun territorium, wat het net iets makkelijker maakt om ze te spotten. In de winter kan je zwarte mezen ook op de voederplaats aantreffen, al is de soort er veel minder talrijk dan de pimpel- en de koolmees.
Weetjes over de zwarte mees
- Zwarte mezen hebben een klein kuifje op het achterhoofd. Vooral wanneer ze opgewonden zijn, kunnen ze dit kuifje opzetten.
- Zwarte mezen houden er aantal intrigerende voedselgewoontes op na. Zo hebben ze, net als kool- en pimpelmezen, geleerd om de dunne folie van de karnemelkflessen te doorprikken en zich te goed te doen aan de room. In Noord-Europa kunnen zwarte mezen pas aan de zaden in de fijnsparkegels vanaf oktober, wanneer de kegels open gaan, bij droog en zonnig weer. Om toch al eerder aan deze favoriete hap te geraken, volgen ze eekhoorns naar de plekken waar die de sparrenkegels met hun sterke tanden openbreken om daar een zaadje te kunnen meepikken.
- Indien je de Nederlandse naam koolmees letterlijk zou vertalen in het Engels, kom je op Coal Tit. Maar Coal Tit is nu net de Engelse naam voor onze zwarte mees (terwijl de Engelse naam voor koolmees Great Tit is). Misschien een beetje verwarrend maar de Engelse namen zijn eigenlijk beter dan de Nederlandse. Aan een koolmees zijn er immers niet zoveel kool-kenmerken. Het is vooral een grote mees, vandaar ook de logische keuze voor Great Tit.
- Tijdens invasiejaren komen zwarte mezen van heel ver naar Vlaanderen overwinteren: zo werden er in ons land al exemplaren gevangen die eerder van een wetenschappelijke ring waren voorzien in Rusland, Litouwen en Polen.
Wat kan jij doen voor de zwarte mees?
Tijdens invasiejaren komen zwarte mezen makkelijk naar de voedertafel in jouw tuin. Met vetbollen, een halve kokosnoot, geplette hazel- en okkernoten, vogelzaad en zonnebloempitten maak je een goede kans op een zwarte mees op jouw voederplek.