Huiszwaluwen halen hoogste cijfers sinds start van de tellingen in 1995

De voorbije maanden wandelden enkele vrijwilligers van Natuurpunt Rupelstreek, net zoals de 28 jaar ervoor langs straten en pleinen waar huiszwaluwen wonen en voor het 2^de jaar op rij konden ze, met een totaal van 285 bewoonde nesten bijzonder goede cijfers noteren. Meteen ook het hoogste aantal sinds de start van de tellingen in 1995.

De grootste kolonie van de streek, met 111 nesten vonden we aan de gebouwen van de oude Interescautcentrale langs de oever van de Schelde in Schelle. Op plaats 2 met 58 nesten staat de kolonie in de centrumstraten in Rumst, met het merendeel van de nesten in het Molenveld. In Boom telden we in de centrumstraten 47 nesten, bijzonder verheugend is dat de kolonie daar inmiddels is uitgedeind naar een gebouw langs de Kaai, met dit jaar 5 nesten tegenover één nest vorig jaar. Aan de gebouwen van de PTS-school aan de Beukenlaan in Boom werden 37 nesten geteld. En in Hemiksem tenslotte werden aan de gebouwen van de betoncentrale aan het einde van de Herbekestraat in Hemiksem 36 nesten geteld.

Dat zijn allemaal hoopvolle resultaten en het geeft bijzonder veel voldoening dat het jarenlange werk, samen met partners zoals Regionaal Landschap Rivierenland, de gemeenten Boom, Hemiksem en Rumst en de directie van de PTS-school bijzonder mooie resultaten heeft opgeleverd. Ook de bewoners van huizen waar huiszwaluwen hun nesten bouwen verdienen een applaus, omdat ze onvermijdelijk geconfronteerd worden met enkele ongemakken, met vogelpoep op de stoep of op geparkeerde auto’s.

De controles van het aantal bewoonde nesten heeft doorgaans in de periode eind juni/begin juli plaats. Op dat moment zitten er grote jongen in de nesten of zijn de jongen reeds uitgevlogen, wat duidelijk te zien is aan hoopjes verse vogelpoep onder de nesten of op de stoepen. Dit jaar werden enkele kolonies een 2^de keer bezocht tijdens de laatste weken van augustus. In die kolonies telden we een hoger aantal nesten dan tijdens de eerste telling, al weten we niet of alle huiszwaluwenpaartjes ook daadwerkelijk met een tweede legsel gestart zijn. Opmerkelijk is wel, dat als dat gebeurt, de jongen van het eerste legsel helpen met het voederen van de jongen van het tweede legsel.

Tekst: Erik De Keersmaecker