Image
Dwergvleermuis - Elwin van der Kolk

Gewone dwergvleermuis

The common pipistrelle
Pipistrellus pipistrellus
Familie der gladneuzen - Vespertilionidae

De gewone dwergvleermuis is de meest voorkomende vleermuis van bij ons. Het is ook onze kleinste vleermuis. Je kan de soort herkennen aan  de bruine vacht en donkere kop, kleine oortjes en een korte, afgeronde tragus.

Grootte
3,6 - 5,1 cm - spanwijdte: 18 tot 24 cm
Gewicht
5 gram
Favoriete maaltijd

Kleine insecten

Burgerlijke staat

Mannetjes leven solitair, vrouwtjes in kraamkolonies

Status
Algemeen
Woonplaats

komt in alle biotopen voor, maar vooral waar de dichtheid van insecten hoog is

Afkomst
Inheems

Hoe herken je de gewone dwergvleermuis?

  • Klein, met een lichaamslengte van 3,6 tot 5,1 cm lang
  • Een spanwijdte tot 24 centimeter
  • Zwartbruine snoet, vleugels en oren
  • De kleur van de bovenzijde ligt ergens tussen oranjebruin en donkerbruin
  • De onderzijde is geel- tot grijsbruin
  • De oorschelp is kort, breed, driehoekig en heeft een afgeronde punt

De gewone dwergvleermuis is de meest voorkomende vleermuis van bij ons. Het is ook onze kleinste vleermuis. Je kan de soort herkennen aan de bruine vacht en donkere kop, kleine oortjes en een korte, afgeronde tragus. In vergelijking met de meeste andere soorten vleermuizen hebben dwergvleermuizen vrij smalle vleugels in verhouding tot hun grootte. Hierdoor kunnen ze zowel langzaam als vrij snel en behendig vliegen.

Dwergvleermuis - Elwin van der Kolk
Gewone dwergvleermuis - Shutterstock

Het geluid van de gewone dwergvleermuis

De dwergvleermuis klinkt een beetje zoals het pletsen van regendruppels in een plas, tenminste als je op ongeveer 40 kHz luistert op de batdetector.

Hoe leeft de gewone dwergvleermuis?

Wat eet de gewone dwergvleermuis?

De gewone dwergvleermuis vangt heel wat kleinere prooien uit de lucht en pakt alles wat voorhanden is. Ze eet muggen, dansmuggen, schietmotten, maar ook haften, gaasvliegen, nachtvlinders en soms ook kleine kevers. 

Hoe plant de gewone dwergvleermuis zich voort?

De paartijd loopt van juli tot november. Hiervoor beginnen de mannetjes al met het afbakenen van hun territorium en het lokken van wijfjes. Vrouwtjes bewaren het zaad van hun partner in de baarmoeder tot april, wanneer de bevruchting plaatsvindt. Vanaf april komen de vrouwtjesvleermuizen samen in kraamkolonies en vanaf juni worden de eerste jongen geboren. De draagtijd bedraagt tussen 40 en 80 dagen, afhankelijk van het voedselaanbod.

Afbeelding
Gewone dwergvleermuis - Waarnemingen - Dirk Swaenen
Waarnemingen - Dirk Swaenen
Afbeelding
Gewone dwergvleermuis - Shutterstock
NP
Icon
Icoon - Wist je dat

Wist je dat?

  • Van alle waargenomen Vlaamse vleermuizen zijn maar liefst 90% gewone dwergvleermuizen.
  • De gewone dwergvleermuis is zo klein dat ze  in een luciferdoosje past.

Waar vind je de gewone dwergvleermuis?

De gewone dwergvleermuis komt in heel Zuid- West- en Centraal-Europa voor, maar ook in delen van Azië.

De gewone dwergvleermuis heeft zich aangepast aaneen menselijke omgeving. Ze schuilen vaak in gebouwen en jagen in bijvoorbeeld tuinen en parken. Het is een nachtdier en laat zich pas zien na zonsondergang.

Bekijk de soort op waarnemingen.be

Komt deze soort veel voor?

Gewone dwergvleermuizen jagen in een gesloten tot halfopen landschap. Ze jagen relatief snel en wendbaar in een grillige vlucht met veel bochten en lussen en vliegen daarbij op enige afstand (1 tot 8 m) langs de vegetatie.

Zomerverblijf
Gewone dwergvleermuizen zijn voor hun verblijfplaatsen sterk aan de menselijke omgeving gebonden. Kraamkolonies worden hoofdzakelijk in gebouwen (dikwijls woonhuizen) gevormd, meestal in de spouwmuur of onder houten dak- of gevelbedekking. Mannetjes kunnen aangetroffen worden achter vensterluiken, in spouwmuren, onder dakgoten en eveneens in holle bomen. 
De mannetjes nemen in het najaar ook vleermuiskasten in gebruik.

Winterverblijf
De gewone dwergvleermuis overwintert vooral in gebouwen. Zeker grote gebouwen zoals appartementen zijn in trek. Daar overwinteren ze in spleten aan de buitenkant van het gebouw. Ook in forten of mergelgroeven komt de soort soms voor, maar daar zoekt ze plekken dicht bij de uitgang op. Ook in grotere vleermuiskasten en achter vensterluiken worden wel eens overwinterende dwergvleermuizen gevonden.

Migratie
In het westen van Europa is de gewone dwergvleermuis hoofdzakelijk een standsoort. Ze overwinteren meestal op minder dan 25 km van het zomergebied. In het koudere klimaat van Europees en Centraal Rusland worden wel grotere afstanden (tot 1.100 km) afgelegd.

Icon
Icoon - Vrijwilligers - Helpende handen

Help de gewone dwergvleermuis

Wat kan jij doen?

Je kan je tuin aantrekkelijk maken voor vleermuizen door hem insectvriendelijker te maken. Dat betekent hem zo duister mogelijk te maken en insectvriendelijk in te richten. Een gewone dwergvleermuis eet immers ongeveer 300 muggen en andere kleine insecten in één nacht. Andere soorten vleermuizen verkiezen dan weer nachtvlinders of kevers.

  • Hang een kast op voor vleermuizen. Het liefst aan een stevige boom en op een plaats waar meerdere bomen bij elkaar staan.
  • Hang de vleermuizenkast met de voorzijde naar het zonlicht, zuid of zuidwest. Vleermuizen zijn echte warmteliefhebbers.
  • Hang de kast op een rustige plek, met weinig verstoring.
  • Hang de kast in de luwte.
  • Zorg voor een vrije aanvliegroute. Geen takken of bladeren voor de invliegopening of direct onder de kast.
  • Hang de kast op een minimale hoogte van 3 meter.
  • Een vleermuiskast kun je het hele jaar door ophangen, maar het liefst voor het voorjaar.
  • Hang meerdere kasten in je tuin. Je vergroot zo het aanbod aan zomerverblijfplaatsen.

Wat doet Natuurpunt?

De Vleermuizenwerkgroep van Natuurpunt heeft een samenwerking opgezet met de vleermuizenwerkgroep Poniki in Indonesië. Deze organisatie gaat de handel en jacht op vleermuizen in Sulawesi tegen door vleermuizen te beschermen. De organisatie betrekt de lokale gemeenschap bij die bescherming, en organiseert onder meer lessen voor schoolkinderen, patrouilles om stropers buiten te houden en zet alternatieve inkomsten op voor de lokale mensen, zoals ecotoerisme. 
Omdat we geloven dat deze maatschappelijke aanpak een belangrijke voorwaarde is om een duurzame impact te hebben, steunt de Vleermuizenwerkgroep de Indonesische werkgroep ook financieel. Wil je zelf je steentje bijdragen, dan kan je dat doen door geld over te maken op BE12 2300 5247 4592 met vermelding GEW-2461-Sulawesi.

 

Icon
Icoon - Egel

Leer Wild Spotten in onze natuur

Afbeelding
Gratis online cursus wild spotten
NP

Er valt in België heel wat prachtige natuur te spotten, zoals te zien was in de reeks en de film Onze Natuur. Je hoeft maar goed te kijken en te luisteren. En hoe meer je over de soorten en hun verstopplaatsen weet, hoe boeiender je zoektocht wordt. Start met de gratis online cursus en kom meer te weten over wilde natuur in Vlaanderen. Je ontvangt 1 les per week waarbij onze Natuurpunt-experts je de beste zoektips geven om wilde soorten te spotten.

Schrijf in voor de gratis online cursus

 

Vaak gestelde vragen over vleermuizen

Er vliegt een vleermuis rond in huis. Wat moet ik doen?

Jonge en onervaren vleermuizen durven al eens binnen te vliegen in een huis of garage via een open deur of venster. Als dat gebeurt, wil de vleermuis graag zo snel mogelijk weer ontsnappen. Toch mag je het dier niet zomaar buiten jagen. Vleermuizen zijn nachtdieren; ze zullen niet uit eigen beweging naar buiten vliegen wanneer het licht is.

  • Begeleid de vleermuis naar een kamer waar een raam of deur naar buiten is. Leid het dier naar een uitgang door de ruimte waar het naartoe moet vliegen donker te houden en in de andere kamers licht te laten branden. Wanneer het dier begint rond te vliegen, steek je ook het licht aan in de kamer waar het zich bevindt.
     
  • Wil de vleermuis niet uit eigen beweging vertrekken, vang hem dan op in een doos met deksel (schoendoosformaat) om hem buiten te zetten wanneer het donker is. Maak een paar kleine luchtgaatjes in het deksel, leg er een doek in en een dopje van een fles met water zodat het dier kan drinken. Vang de vleermuis met een doek (doe ook altijd handschoenen aan) en leg hem voorzichtig in de doos. Zet de doos - in afwachting van de duisternis - in een rustige kamer, buiten het bereik van katten. Laat de vleermuis vrij wanneer het buiten donker is.
     
  • Als de vleermuis niet gaat vliegen, of niet kan vliegen, zet het dier dan opnieuw in de doos en contacteer een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt of bel 1700. In de winter of bij koud en nat weer, neem je best sowieso contact op met een VOC. 
     

    Afbeelding
    Hoe vang je een vleermuis met een schoendoos

    J. Scott Altenbach - Bat conservation international - batcon.org

Ik heb een gewonde vleermuis gevonden. Wat moet ik doen?

  • Als de vleermuis niet gewond is en nog kan vliegen, vang je hem in een doos met deksel (schoendoosformaat) om hem buiten te zetten wanneer het donker is. Maak een paar kleine luchtgaatjes in het deksel, leg er een doek in en een dopje van een fles met water zodat het dier kan drinken. Vang de vleermuis steeds met een doek (doe ook altijd handschoenen aan) en leg hem voorzichtig in de doos. Zet de doos - in afwachting van de duisternis- in een rustige kamer, buiten het bereik van katten. Laat de vleermuis vrij wanneer het buiten donker is.
     
  • Indien de vleermuis niet gaat vliegen, of niet kan vliegen, contacteer dan een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt of bel 1700. In de winter of bij koud en nat weer, neem je best sowieso contact op met een VOC. 

Mijn kat heeft een vleermuis gevangen. Wat moet ik doen?

  • Als de vleermuis niet gewond is en nog kan vliegen, vang je hem in een doos met deksel (schoendoosformaat) om hem buiten te zetten wanneer het donker is. Maak een paar kleine luchtgaatjes in het deksel, leg er een doek in en een dopje van een fles met water zodat het dier kan drinken. Vang de vleermuis steeds met een doek (doe ook altijd handschoenen aan) en leg hem voorzichtig in de doos. Zet de doos - in afwachting van de duisternis- in een rustige kamer, buiten het bereik van katten. Laat de vleermuis vrij wanneer het buiten donker is.
     
  • Indien de vleermuis niet gaat vliegen, of niet kan vliegen, contacteer dan een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt of bel 1700. In de winter of bij koud en nat weer, neem je best sowieso contact op met een VOC. 

Ik heb een babyvleermuis gevonden. Wat moet ik doen?

Om een overlevingskans te hebben, moet de babyvleermuis terug opgehaald worden door zijn moeder. Dit kan alleen als de verblijfplaats van de kolonie gekend is.  Hou het diertje overdag warm (vb een fles met water op kamertemperatuur in een handdoek gedraaid) en gehydrateerd (geef het af en toe een druppeltje water met een spuitje –zonder naald- of een nat wattenstafje), en plaats het bij zonsondergang in een bak vlakbij de kolonie.  Wanneer de moederdieren uitvliegen, horen ze de baby roepen en gaan ze op onderzoek uit. Wanneer ze de baby vinden, neemt de moeder haar kind mee naar haar verblijf.

  • Zorg ervoor dat de moeder in de bak kan landen maar de baby er niet uit kan kruipen.
  • Laat de baby niet de hele nacht buiten. Indien hij niet opgehaald werd bij het uitvliegen, dan neem je hem weer binnen, en onderneem je een nieuwe poging tegen zonsopgang. Of je probeert de volgende avond opnieuw. Lukt het daarna nog niet, breng het diertje dan naar een Vogelopvangcentrum (VOC) in de buurt.
  • Raak het babydier zo weinig mogelijk aan. Een mensengeur kan ervoor zorgen dat het diertje afgestoten wordt door zijn moeder. Ook volwassen vleermuizen raak je niet met blote handen aan. Draag steeds handschoenen en gebruik een doek.

Weet je zeker dat het een babydier is?

Al onze inheemse vleermuizen zijn erg klein. Een baby heeft weinig of geen pels op zijn lichaam. Jongen van de meest voorkomende soort, de dwergvleermuis, kunnen enkel gevonden worden tussen half juni en eind augustus. Als het diertje toch behaard is, blaas dan bij twijfel zachtjes op de pels. Als je de haren bijna probleemloos uit elkaar kan blazen, is het hoogstwaarschijnlijk een jong dier.

Ik heb erg veel vleermuizen aan mijn huis gezien. Hoe komt dat? Wat moet ik doen?

Van eind mei tot en met augustus melden veel mensen grote aantallen vleermuizen aan hun huis. Dat zijn onschadelijke en ongevaarlijke kraamkolonies van  gewone dwergvleermuizen.

In de lente verenigen de vrouwtjesvleermuizen zich in kraamkolonies. Ze zoeken een geschikte plaats om er hun enige jong ter wereld te brengen (onder zwarte daken, goed door de zon beschenen, op het zuiden gerichte spouwmuren …) Hier laten de moeders hun jongen ’s nachts achter terwijl zij gaan jagen.  De kolonies worden gevormd in mei en zijn eind juni, half juli op hun hoogtepunt. Bij de dwergvleermuizen kunnen de aantallen variëren van 20 tot een paar 100. Dit kunnen erg veel uitvliegende dieren zijn, waar je echter geen schrik van moet hebben.

Na deze periode valt de kraamgroep uit elkaar. Een aantal vleermuizen blijft ter plaatse terwijl een ander deel een ander onderkomen zoekt. Meestal hebben de vleermuizen een aantal verblijfplaatsen in de omgeving. Dikwijls verdwijnen ze dan ook plots om een tijdje later terug op te duiken. Het zijn zeer plaatstrouwe dieren en ze gebruiken jaren na elkaar dezelfde locaties.

Je hoeft dus niets te doen. Vleermuizen verstoren, vangen, doden of hun verblijfplaats vernietigen of onbereikbaar maken is ook bij wet verboden.

Ik ervaar geluidsoverlast en geurhinder van vleermuizen. Wat kan ik doen?

Vleermuizen veroorzaken geen schade aan uw huis. Het zijn insecteneters en hun gebit is niet geschikt om te knagen. Ze maken geen nest en dragen geen nestmateriaal naar binnen. Toch kunnen ze overlast veroorzaken in de vorm van geluid, keutels of geurhinder. Hier kan je eventueel iets aan doen om daarna samen met de dieren verder te leven.

  • Geluid: Vleermuizen maken ook hoorbare, sociale geluiden, vergelijkbaar met het gepiep van muizen. Ook wanneer ze over de isolatie kruipen kan je ze horen krassen. Vooral in kamers vlak onder het dak kan dit storend zijn en je slaap tijdelijk verstoren. Eventueel kan je in de winter wanneer de dieren normaal elders vertoeven, het gedeelte van het dak waar ze hinder veroorzaken ontoegankelijk maken. De rest van het dak laat je ongemoeid.
     
  • Keutels: Dikwijls verraden vleermuizen hun aanwezigheid door hun uitwerpselen op zolder of in de buurt van de uitvliegopening.  De keutels zijn droog en gemakkelijk te verwijderen. Het is uitstekende meststof voor de tuin. Keutels op zolder kan je eventueel opvangen en verwijderen door een plasticfolie onder de hangplaats te leggen. Worden ramen, gevels of raamdorpels vol gepoept, dan kan je een mestplankje onder (25 cm) de invliegopening plaatsen.
     
  • Geurhinder: Slechts zelden wordt er een ammoniakachtige geur waargenomen. In de gevallen waar geurhinder optreedt, heeft men meestal met zeer grote kolonies te maken, die zich vlak bij de woonvertrekken ophouden of met slecht geventileerde spouwmuren.
     
  • Maak de invliegopening van de vleermuizen niet toe. Het is bij wet verboden om vleermuizen te verstoren, te doden of hun verblijfsplaats te vernielen, en het is bovendien een erg wrede daad. Dieren die in je spouwmuur opgesloten geraken, sterven en veroorzaken een rottingsgeur. Wie wacht tot de vleermuizen ’s nachts zijn uitgevlogen, vergeet vaak dat de jongen achterbleven en opgesloten worden. De moederdieren komen terug en gaan op zoek naar andere manieren om bij hun jong te komen. Ze komen vaak in woonvertrekken terecht. Bovendien duurt de doodstrijd van een jong een aantal dagen. Die hele tijd roept het om zijn moeder, die net zolang blijft zoeken.

Zijn vleermuizen drager van meer ziektes dan andere dieren?

Elke diersoort is drager van een aantal virussen, bacteriën en parasieten.  Een vleermuis draagt niet meer of minder ziekten dan andere dieren. Wel is het zo dat er erg veel verschillende soorten vleermuizen zijn: wel meer dan 1400. Daarmee vormen ze de tweede meest diverse groep zoogdieren op aarde. Al die verschillende soorten vleermuizen zijn drager van verschillende soorten virussen. Daarom worden ze als soortengroep beschouwd als gastheren van een grote diversiteit aan virussen. De grote meerderheid daarvan is allerminst schadelijk en kan niet op de mens worden overgedragen.